Langs de grachten
Historisch album Groningen
Gouwekerk met sloop bedreigd
Irrrr
de begijnen, de kloosters en de school.
Ook de verhouding tot de geestelijke en
wereldlijke overheid wordt uitvoerig be
sproken. Het aantal illustraties is zeer
bescheiden. Des te groter het aantal voet
noten. Aan de personen- en zakenregis
ters is bovendien veel zorg besteed.
De geschiedenis van de Oude Kerk in
Delft gaat veruit boven die van het ge
bouw en de Prinsestad alleen. De Oude
Kerk is immers nauw met de historie van
Nederland verweven. Vandaar dat we
menen, dat er ook buiten de kring van
historici en andere wetenschapsbeoefe
naren, grote belangstelling voor dit boek
zal bestaan. Uitg. J. N. Voorhoeve, Den
Haag.
v. d.W.
En daar ligt het pronkstuk dan op tafel:
„Langs de Amsterdamse grachten
Niet zomaar een historische wandeling of
een rondvaart, maar een mee-kijken met
de schilder Willem Gerard Hofker die
eindeloos subtiel een stuk unieke,
Amsterdamse monumentaliteit heeft uit
getekend. Ruim veertig tekeningen, zó
treffend en zó sfeervol en zó verrassend
dat je, als je het even op je laat inwerken,
het woord „pronkstuk" al gauw vervangt
door kunstwerk. Want dat is het. Het
kostbare „Langs de Amsterdamse grach
ten staat dan ook primair op naam
van Hofker die uiterst fijngevoelig een
dimensie toevoegt aan het werk van kun
dige restaurateurs (het gaat in het boek
om herstelde monumenten) en daarmee,
op zijn geheel eigen wijze, een stukje oud
en bewonderenswaardig Amsterdam dat
herleefde nóg eens optilt en wel zo dat je
alleen maar ademloos kunt kijken. De
tweede naam, die aan het (monumentaal
uitgevoerde) boek is verbonden, is die
van Ton Koot. Hij schreef er een
„Amsterdamse" inleiding bij en voorzag
de tekeningen (reprodukties in zwart van
de originele) van een bondige tekst.
„Langs de Amsterdamse grachten
uitgegeven door Nijgh en Van Ditmar te
Den Haag. Prijs (gebonden) f 49,50.
G. W.
De hang naar het oude bestaat al ver
scheidene jaren. De jongere generatie is
nieuwsgierig naar de toestand van hun
woonplaats in de tijd van groot- en over
grootouders. En de ouderen willen graag
nog eens terugblikken op de omgeving,
waarin ze als kind zijn opgegroeid en
waaraan ze vaak zoveel goede herinnerin
gen hebben. Vandaar, dat er steeds meer
boeken en boekjes verschijnen met plaat
jes uit die „goeie, oude tijd". Zo'n
boekje is het Historisch album van stad
en provincie Groningen. Al is er dan
sinds het begin van deze eeuw, waaruit
de plaatjes stammen, veel verdwenen, er
is toch gelukkig nog veel te herken
nen. Dat verhoogt de charme van deze
uitgave van Knoop en Niemeijer Haren
(Gr.).
v. d. W.
De Gouwekerk (1902—1904) te Gouda
in 1972 buiten gebruik gesteld
wordt met sloop bedreigd. Hoe de vork
precies in de steel zit op het moment dat
we dit schrijven, is niet helemaal duide
lijk, maar een feit is, dat brede kringen
van de Goudse burgerij zich hebben inge
zet de kerk te behouden.
Wie elders in dit blad de lijst van voor
lopig beschermde katholieke kerken na
leest, zal de Gouwekerk daarbij niet aan
treffen. Op schriftelijke vragen van een
lid der Tweede Kamer heeft de minister
van CRM, mr. Van Doorn, onlangs geant
woord, dat de Gouwekerk uit het oog
punt van monumentenzorg niet van die
betekenis is, dat het gebouw voor be
scherming in aanmerking komt. Dat is
een verdrietige zaak, want de Gouwekerk
beheerst met de Grote Kerk het silhouet
van de Pijpenstad. Het verdwijnen van de
Gouwekerk is een ingreep, die de Hoge
en Lage Gouwe esthetisch degradeert,
heeft de oud-directeur van de VVV aan
de Goudse Crt. verklaard. In hetzelfde
blad heeft een oud-Gouwenaar, de heer
Willem Hoffman, al het vorige jaar ge
schreven, dat de kerk (architect C. P. W.
Dessing) weliswaar niet mooi is, maar
wel markant. Zij had aardige, niet artis
tieke muurschilderingen, die levensbeel
den gaven van Franciscus van Assisië,
ook Serafijnse Heilige en Poverello ge
noemd en van de Martelaren van Gor-
cum. De muurschilderingen zijn echter al
jaren geleden afgekrabd! Aldus de heer
Hoffman.
Volgens de officiële inzichten is de
Gouwekerk dus geen „voorbeeld" van
neo-gothische architectuur, dat behou
den dient te blijven. Daar kan men des
noods nog inkomen, maar erger is, dat,
als de kerk gesloopt wordt, er een ge
vaarte van beton en glas voor in de plaats
zal komen. En dat is in het stadsgezicht
een uitermate kwalijke zaak.
Volgens recente uitlatingen van wethou
der drs. Borgman bezit het gemeente
bestuur middelen om de sloop van de
kerk voorlopig te voorkomen, waarbij
wel de nadruk moet worden gelegd op
het woordje „voorlopig". Het behoud
van de Gouwekerk is echter niet uitslui
tend een kwestie van gemeentelijke ver
ordeningen. Geld speelt er ook een be
langrijke rol in. Het bisdom Rotterdam
zou voor de verkoop een aanzienlijk be
drag vragen met bovendien het beding,
dat het gebouw een sociaal-culturele be
stemming zal krijgen. Ondanks goede wil
van vele kanten, schijnt het lot van de
kerk bezegeld.
v. d. W.