tie van dit gebied is inmiddels a! op gang gekomen, meer studie en onderzoek zul len volgen. Dit alles moet een sterkere basis geven aan het te volgen beleid dat bestaat uit onder meer deze hoofdpun ten: het opstellen van een structuur schema voor de landinrichting (met Landinrichtingswet), het bevorderen van een meerjarenplan voor de uitbreiding van het bosareaal, het behouden van in beginsel alle in Nederland nog aanwezige natuurgebieden, het vormen van nieuwe natuurgebieden, het stimuleren van de instelling van nationale parken en natio nale landschappen, het behouden van de meest waardevolle cultuurlandschappen en cultuurmonumenten en het bevorde ren van recreatieve voorzieningen binnen en dichtbij de woongebieden. Ongelijkheid Nauw met de zorg voor en de beheersing van het milieu hangt uiteraard samen de economische groei. De regering wil een selectieve groei, om op die wijze het milieu te ontlasten dan wel te bescher men. Dit in het kort over de economie. Dan is er nog het derde centrale punt uit de nota: de vermindering van ongelijk heid en achterstand. Voorbeelden zijn in dit verband de (al te ver doorgescho ten? suburbanisatie die in hoofdzaak een voorrecht is van beter bedeelden en, in nauwe samenhang hiermee, de sterke achteruitgang van de oude wijken in de grote steden. Aan zulke ongelijkheden en achterstanden wil de regering iets doen. Daarbij gaan om er eens een fors punt uit te lichten de gedachten vooral uit naar herstel van de leefbaarheid in de ste den. Ofwel: het beleid wil een verdere verarming van de stad tegengaan en maatregelen om de woonfunctie van de binnenstad weer te versterken. Te kort De Oriënteringsnota heeft, in het kader van een bijzondere inspraakprocedure, twee maanden ter visie gelegen om het publiek de gelegenheid te geven er in het vroegste stadium (nu juist voorbij) over te discussiëren. Diverse deskundigen heb ben deze periode als veel te kort ervaren. Hun argumentatie: de regering wil ombuiging van het ruimtelijk beleid, akkoord, maar daarbij staat er voor de hele samenleving zóveel op het spel dat er best langer over (in)gesproken had mogen én moeten worden. Verder: de rege ring heeft haar beleidsvoornemens al vastgesteld zonder dat er, vanuit een des kundig publiek, over gepraat kón wor den. Dit publiek heeft dus in feite ook niet de kans gekregen iets tegenover de Oriënteringsnota te stellen. Die nota gaat nu de molen in, eerst naar de Raad van Advies voor de RO en daarna naar het politieke toneel. Waardevol landschap Houvast Gesteld is al dat de Oriënterings nota een algemeen kader is. Maar dan wel een kader dat het een en ander heeft losgemaakt én nieuws gierigheid heeft gewekt. Want wat volgt er? Wat moet er volgen: Wel, dat moet de concretisering zijn van de (her)geformuleerde bedrijfslij- nen, zodat er in de praktijk mee ge werkt kan worden. Zij, die met die praktijk te maken hebben en zich bezighouden met het opstellen van streek- en bestemmingsplannen, kij ken dan ook ongetwijfeld uit naar de volgende deelnota's. De tweede komt aan het eind van dit jaar en zal gewijd zijn aan het erg belang rijke verstedelijkingsbeleid. Maar houvast moet er komen. Houvast in de vorm van een instrumentarium, van geld ook vooral.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1974 | | pagina 23