Bescherming van roomse kerken De Monumentenraad heeft, in nauwe samenwerking met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, besloten 131 r.k,-kerken, vier kapellen en één kerkto ren, gebouwd tussen 1825 en 1924 on der bescherming van de Monumentenwet te brengen. Hiermee is de tweede fase van monumen tenregistratie ingeluid, sedert het in wer- king treden van de Monumentenwet in 1961. In de eerste fase werden ca. 40.000 bouwwerken van vóór 1840 gere gistreerd. Thans is men toe aan de bouw werken, ouder dan vijftig jaar uit het ver volg van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Men is de registratie begonnen met uit sluitend r.k.-kerken omdat mede ten gevolge van de intensieve en gerichte bouwactiviteiten van de bisdommen in deze periode hierover zeer volledige gegevens ter beschikking stonden. Inmiddels is de registratie van stations, woonhuizen, watertorens, bruggen en overige kerken ter hand genomen. Bij de beoordeling van de kerken, enz., die thans op een ontwerplijst zijn ge plaatst, werd uitgegaan van de overwe gingen, welke zijn opgenomen in de be gripsbepaling van een monument, zoals vastgelegd in de Monumentenwet. Hier bij is betrokken de vraag van de ouder dom, de kunsthistorische betekenis, de architectonische bijzonderheden, de vraag of er meer dergelijke gebouwen be staan, de ligging en de functie, welke het gebouw in het verleden in de samen leving heeft vervuld dan wel nog vervult. De thans op de ontwerplijst geplaatste kerken zijn evenzovele voorbeelden van bouwwerken opgetrokken in de Water staatsstijl, alsook volgens de neo-gotische vormprincipes, die in de tweede helft van de vorige eeuw een dominerende plaats innamen in de kerkelijke architectuur. Bovendien staan er kerken op de lijst, waarvoor andere historische bouwstijlen een bron van inspiratie voor de architect zijn geweest. Een bekend voorbeeld is de St. Nicolaas- kerk (1885—1887) van A. C. Bleys aan de Prins Hendrikkade te Amsterdam, die in de zgn. neo-renaissance stijl is ge bouwd. Op de overgangsstijl van het ro- maans naar de gothiek geënt zijn de in drukwekkende koepelkerken, die Ch. Weber tussen de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw in Noord-Brabant St. Catharina, Eindhoven bouwde en waarvan die in Geldrop (H. H. Maria en Brigida, 1889—1891) en Uden (St. Petrus Stoel van Antiochië, 1890) wellicht de boeiendste zijn. Het neo-romaanse heeft een typerende verte genwoordiger in de Kerk van St. Jacobus in Kethel, gebouwd door A. C. Bleys, leerling van dr. Cuypers. In de hierna volgende lijst ontbreekt Am sterdam. Dit komt, omdat deze stad in het kader van de registratie al eerder aan de orde is geweest. De Monumentenraad heeft zich bij zijn overwegingen ook laten leiden door de vraag of er niet sprake is van „hopeloze gevallen". Een voorbeeld daarvan was de Koninginnékerk te Rotterdam die, na veel protesten toch is afgebroken. De plaatsing op de ontwerplijst betekent niet, dat de onderhavige kerken defini tief op de beschermende lijst komen. Er staat een periode van twee jaar open voor het indienen van bezwaren. Daarna beslist de minister van CRM. De lijst ziet er als volgt uit: 29

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1974 | | pagina 14