Wijziging van Monumentenwet
op komst
Van de penningmeester
Heemschut Restauratie
Hulpfonds
Nationale Contactcommissie
Monumentenbescherming
Een wijziging van de Monumentenwet
verkeert in een vergevorderd stadium van
voorbereiding.
Dit heeft de minister van CRM, mr. Van
Doorn, aan de Tweede Kamer meege
deeld. De bewindsman voegde aan deze
mededeling toe, dat het overleg op
ambtelijk niveau nagenoeg is afgerond.
Slechts op het punt van een eventuele
voorlopige bescherming van de stads- en
dorpsgezichten bestaat nog geen overeen
stemming. Het streven van de minister is
erop gericht, dat de wetswijziging in de
loop van het volgende zittingsjaar bij de
Staten-Generaal kan worden aanhangig
gemaakt.
De minister erkent, dat er op het-gebied
van de financiering van de monumenten
zorg een zorgelijke situatie heerst. De
sterk toegenomen belangstelling van vele
zijden voor het restaureren van met
name de zogenoemde woonhuismonu
menten heeft vooral de laatste jaren een
grote toeneming van het aantal verzoe
ken om subsidie tot gevolg gehad. Tege
lijkertijd stegen de kosten in de restaura
tiesector in zeer sterke mate, aldus minis
ter Van Doorn. Het aangeven van priori
teiten lijkt voor de hand te liggen. Toch
zou dit een keuze kunnen inhouden
b.v. tussen onze grote, nationale monu
menten en de woonhuismonumenten of
andersom die tot onverantwoorde ver
liezen zou kunnen leiden. Niettemin, zo
vervolgt de minister,.wordt in de laatste
jaren meer aandacht besteed aan de res
tauratie van gevelwanden en de renovatie
van oude stadskernen, dan aan het be
houd van zgn. solitaire monumenten.
Het beleid van de minister zal erop ge
richt zijn de zgn. woonhuispotten, naar
mate er meer middelen ter beschikking
komen, te versterken.
Verder merkt de minister op, dat een al
te perfectionistisch restaureren een luxe
is, die wij ons niet kunnen veroorloven
zonder een groot verlies op andere pun
ten. Anderzijds dient gewaakt te worden
voor het ontstaan van een soort coulis-
senarchitectuur, een fapade, waarachter
zich niets authentieks verbergt. Vanuit
het oogpunt van monumentenzorg dient
hieraan niet te worden meegewerkt,
meent mr. Van Doorn.
De regering wil met kracht voorkomen,
dat, zoals een eeuw geleden, de nood
klok zou moeten worden geluid. De rege
ring denkt dit te kunnen voorkomen
door overleg met het ministerie van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening, een selectief restauratiebeleid,
scherpe kostenbewaking e.d.
v. d. W.
Van diverse leden wordt de contributie 1974 tegelijkertijd ontvangen per
automatische giro-afschrijving én per accept-girokaart, per gewone giro-over
schrijving of via een bankbetaling. Indien dit niet in uw bedoeling ligt, wilt u
dan zo vriendelijk zijn het secretariaat van de Bond Heemschut te Amsterdam
hiervan op de hoogte te stellen, opdat dan de voor u passende maatregelen
kunnen worden genomen?
De prijs van boekbanden voor het laten inbinden van drie jaargangen be
draagt f 6,50 (inclusief kosten van verzending). Te bestellen bij het secretariaat
van de Bond Heemschut, Postbus 10525, Amsterdam.
De prijs van losse nummers voor zover nog in voorraad bedraagt f 2,—
per exemplaar; bij bestelling van meer exemplaren, worden porti-kosten extra
in rekening gebracht.
Na onze publikatie in Heemschut
nr. 6—1973 (bldz. 146) zijn nog vele vrij
willige bijdragen voor het Restauratie
Hulpfonds binnengekomen. Het eind-
totaal kan thans met vrij grote zekerheid
worden gesteld op f 32.000,—, hetgeen
betekent, dat ongeveer zestig procent
van de Heemschut-leden positief op de
oproep van de voorzitter heeft gerea
geerd. Een geweldig goed resultaat!
Door notaris mr. P. M. van der Laan wer
den opnieuw 18 leden aangewezen, die
voor de ontvangst van een Woudrichem-
map in aanmerking komen. Samen met
de reeds gepubliceerde 108 gelukkigen,
betekent dit, dat thans 126 mappen zijn
uitgereikt. De desbetreffende leden zijn
hiervan persoonlijk op de hoogte ge
bracht.
De achttien leden, die alsnog een map
ontvangen zijn: drs. H. B. Alingh Prins,
Haren (Gr.); L. Blok, Heemstede; fa. M.
Bugter, Deventer; mej. J. C. van Dam van
Polanen, Oosterbeek; ir. G. van Dijk,
Utrecht; mr. C. P. van Eeghen, Den
Haag; mevr. A. D. Groen-Sterk, Doorn;
mr. J. ter Horst, Oosterbeek; Kon. Zee-
landia, H. J. Doelemah N.V., Zierikzee;
mr. Ph. L. van der Lee, Rotterdam; P. D.
van Leeuwen, Utrecht; P. J. van Lunte-
ren, Woudrichem; L. L. van Maris,
Leiden; A. A. W. Meine Jansen, Gorssel;
B. de Meyere, Amsterdam; mej. W. Por,
De Bilt; mr. D. Teixeira de Mattos,
Amsterdam; C. van Wijk, Spijk (Z.H.).
Sinds enige tijd is in ons land werkzaam
de Stichting Nationale Contactcommissie
Monumentenbescherming (NCM). Het
initiatief tot de oprichting hiervan is ge
nomen door de Bond Heemschut met de
bedoeling de krachten, werkzaam op het
gebied van monumentenbescherming te
bundelen. Behalve de Bond Heemschut
zijn in de NCM vertegenwoordigd de
Kon. Ned. Oudheidkundige Bond, de
vereniging Hendrick de Keyser, de stich
ting Menno van Coehoorn, de vereniging
De Hollandsche Molen, de Ned. Kaste
lenstichting, de N.V. Amsterdamse Mij.
tot Stadsherstel en de ANWB, welke laat
ste bond voorlopig het secretariaat voert.
Secretaris van de NCM is mr. C. T. de
Bijll Nachenius (Hendrick de Keyser).
Tot voorzitter werd benoemd de heer H.
J. L. Vonhoff, oud-staatssecretaris van
CRM en lid van de Tweede Kamer.
Heemschuts' voorzitter, dr. R. Hoegen
treedt op als penningmeester.
Gelet op het nationale karakter van de
NCM is het de bedoeling, dat zoveel
mogelijk verenigingen e.d., die zich op
enigerlei wijze met monumentenzorg in
de ruimste zin van het woord bezig
houden, zich bij de stichting aansluiten.