A^
Ir. Elizabeth Frederika van
den Ban
HEEMSCHUT
Lunteren niet.
Daar thans van particuliere zijde een der
gelijke interesse voor dit gebouw wordt
getoond, zal wederom deze kwestie aan
de Monumentenraad worden voorgelegd
om na te gaan of plaatsing alsnog moge
lijk is.
Berkhout: Westeinde
Aangezien G.S. van Noord-Holland des
tijds in een brief aan de Commissie voor
landelijk schoon van het historisch ge
nootschap „Oud Westfriesland" een be
richt had gestuurd dat er waarborgen
waren voor een goede esthetische bege
leiding voor dit tracé, is onzerzijds tegen
de reconstructie geen bezwaar gemaakt.
Daar wij thans betwijfelen of deze esthe
tische begeleiding op zodanige wijze zal
plaatsvinden dat het geheel het destijds
verwachte resultaat zal opleveren; is door
de Bond aan G.S. geschreven met het
verzoek inderdaad uitvoering te geven
aan het gestelde in genoemde brief aan
„Oud Westfriesland".
Met de Gemeente zal hierover ook een
bespreking plaatsvinden.
Benningbroek (Gem. Sijbekarspel):
Oosterstraat
Het destijds door de Bond ingediende
bezwaarschrift tegen de reconstructie
van deze straat werd ingetrokken. Er is
een ander plan opgesteld dat in belang
rijke mate aan onze bezwaren tegemoet
komt.
Bij de intrekking werd nog wel nadruk
gelegd op een juiste esthetische begelei
ding bij de reconstructie.
Hilversum: 's-Gravelandseweg 41
De Bond nam kennis van een aantal verr
ontrusten tegen de bedreiging met sloop
van dit pand, het zgn. „Perk-huis".
Daar de Bond ook van oordeel is dat dit
huis zowel door zijn karakteristieke stijl
als door de relatie die het heeft met de
Nederlandse cultuur, behouden zal
moeten blijven, heeft het zich tot de
Raad van de Gemeente Hilversum ge
wend alsmede tot de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg.
Schermer: Wegverbinding Grootscher
mer-Driehuizen
In mei 1972 had de Bond zich met een
bezwaarschrift gericht tot het college van
G.S. van Noord-Holland tegen de voor
genomen reconstructie van deze weg.
Verzocht werd om deze wegverbinding
in een bestemmingsplan op te nemen.
In januari 1973 hebben wij ons gewend
tot B. W. van Oterleek daar wij de
voorgenomen verbreding een ernstige
aantasting achten van het landschaps-
schoon.
Wij ontvingen thans bericht van het Pro
vinciaal Bestuur van Noord-Holland dat
door de nog aan hen uit te brengen
adviezen een en ander veel tijd zal ver
gen, enerzijds door de talrijke bij de
Gemeente binnengekomen bezwaar
schriften, anderzijds de afweging van
zaken als verkeersveiligheid en natuur
schoon.
T.z.t. zullen wij voor een hoorzitting
worden uitgenodigd.
Den Helder: Zeezeilhaven
Door de Vereniging tot Behoud van De
Waddenzee werden wij attent gemaakt
op de vestiging van een zeezeilcentrum
op het in het bestemmingsplan „De
Schooten" gelegen industriegebied
„Westoever".
Na ampele overwegingen heeft de Bond
besloten tegen deze vestiging geen be
zwaar te moeten indienen.
Broek in Waterland: Dijkseinde
Naar aanleiding van het door de Bond
ingebrachte bezwaar bij G.S. van Noord-
Holland tegen de reconstructie van het
Dijkseinde te Zuiderwoude, heeft op ver
zoek van de Gemeente Broek in Water
land een bespreking plaatsgevonden.
Bij deze bespreking hebben wij duidelijk
gesteld dat wij positief staan ten opzich
te van de ontsluiting van de aanliggende
boerderijen, doch dat ons inziens ge
zocht moet worden naar een oplossing
waarbij deze weg zoveel mogelijk be
perkt zal blijven tot het gebruik als weg
van lokale aard.
Alphen aan de Rijn: Winkelcentrum en
bestemmingsplan
Aan het College van B. W. werd ver
zocht bij de opstelling van het bestem
mingsplan rekening te houden met de
nog aanwezige oudere panden uit het
midden van de vorige eeuw, alsmede met
een hofje uit dezelfde periode. In het
algemeen het verkrijgen van een harmo
nische overgang van deze oudere panden
naar de in uitvoering zijnde plannen voor
de bouw van het winkelcentrum.
Breda: Pand Veemarktstraat 63b
Door de Bond werd destijds bezwaar
gemaakt bij B. W. tegen het zwart
schilderen van dit pand.
Wij ontvingen bericht van de Gemeente
dat zij besloten heeft de eigenaar geen
aanschrijving te doen toekomen om zijn
woning in een passende kleur te doen
overschilderen.
Wij vinden deze uitspraak zeer teleurstel
lend daar het steeds meer voorkomt dat
vooral ook uit zakelijke publiciteitsover-
wegingen het schilderen van panden in
niet passende kleuren hand over hand
toeneemt.
In het onderhavige geval was dit nog wel
in een beschermd stadsgezicht!
Ook de Rijksdienst voor de Monumen
tenzorg hebben wij daarvan in kennis ge
steld.
Bergen (L): Romaanse toren
Het Gemeentebestuur heeft besloten
enkele consolidatiewerken aan de rui'ne
van deze Romaanse toren uit te voeren.
Door gebrek aan middelen zal geen vol
ledige consolidatie kunnen plaatsvinden.
Door de Bond werd aan de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg verzocht dit
consolidatiewerk te willen begeleiden.
Rectificatie
Enschede: Boom op de Markt
Ondanks de vele acties van verschillende
kanten is deze boom toch gerooid!
Door een abuis werd in Heemschut
5/1973 bericht dat geen vergunning ver
leend werd voor het kappen van deze
voor het plein zo belangrijke boom,
omdat het zich eerst liet aanzien dat
behoud toch nog mogelijk was.
's-Hertogenbosch: Fiatgebouw Zuidwal
Bij G.S. van Noord-Brabant werden door
de Bond bezwaren ingebracht tegen de
bouw van een flatgebouw op deze plaats,
daar dit bouwwerk niet passend zal zijn
in die omgeving. Hoewel liggend buiten
beschermd stadsgezicht is het onjuist een
dergelijk flatgebouw te realiseren op de
stadswal die ook in het monumenten-
register is opgenomen.
Het gezicht vanuit het zuiden op de stad
zou hierdoor ook ernstig verstoord wor
den, daar de opbouw van dit gezichtsveld
vanuit laag polderland via stadsmuren
naar lage bebouwing en daarbovenuit
stekend het silhouet van de St. Janskerk
nog steeds gaaf is.
Op 25 december 1973 overleed
mejuffrouw Ir. E. F. van den Ban,
Oud-hoofdingenieur Rijkswaterstaat,
Officier in de Orde van Oranje-Nas-
sau.
Mejuffrouw Van den Ban heeft ge
durende een lange reeks van jaren
deel uitgemaakt van het Algemeen
Bestuur van de Bond Heemschut.
Door haar grote kennis alsmede door
de persoonlijke betrokkenheid bij de
doelstellingen van onze Bond, heeft
zij steeds een belangrijke inbreng ge
had op onze vergaderingen waar zij
zelden of nooit ontbrak.
Wij allen betreuren haar heengaan
zeer.
26