Heemschut Milieu en energie Officieel orgaan van de Bond Heemschut Opgericht 1911 Beschermvrouwe: HrM. Koningin Juliana Eindredacteur: J. E. v. d. Wielen. Typografische verzorging: B.V. 't Koggeschip, drukkers- en uitgeversbedrijf. Alle correspondentie betreffende de redactie van het orgaan, richte men tot het secretariaat van de Bond Heemschut: Korenmetershuis, N.Z. kolk 28, Postbus 10525 Postgiro 124326 Amsterdam 1tel. 22 52 92. Alle correspondentie betreffende advertenties: B. V. 't Koggeschip, drukkers- en uitgeversbedrijf, Nwe. Achtergracht 104, Postbus 1198, Amsterdam 4, tel. 229721. Er moet een aanhoudende strijd worden gevoerd voor behoud en bescherming van het milieu. We vertellen hiermee niets nieuws. Evenmin nieuw is, dat onder milieubeleid een heel scala van uit eenlopende zaken wordt verstaan. Zien wij het als onze eerste plicht voor onze monumenten te zorgen, onmiddel lijk daarop sluit aan onze plicht de natuur te beschermen, het landschap in zijn vele schakeringen in stand te hou den. We hebben er zo weinig van en dus moeten we er wel heel erg zuinig op zijn. Industrialisatie en urbanisatie hebben ons landschap én de natuur al in sterke mate aangetast. Iedere weldenkende Nederlander moet het behoud van natuur en landschaps- schoon ter harte gaan. Er behoeft geen twijfel over te bestaan, dat ook de over heid de regering, de provinciale bestu ren en de gemeentebesturen open oog heeft voor de milieu-problematiek. Maar diezelfde overheid ziet zich hierbij vaak voor een belangenconflict geplaatst. We mogen daarover niet luchthartig denken. Ministers zijn bepaald niet te benijden; zeker niet in deze tijd. Zij moeten het algemeen belang behartigen. Dat is een voudiger gezegd dan gedaan. Want men kan al beginnen met de vraag te stellen wat algemeen belang is. De een zal daar onder vaak heel iets anders verstaan dan een ander. Het afwegen van het algemeen belang zal dikwijls een compromis bete kenen tussen ongelijksoortige belangen. Het is vrijwel altijd zo, dat een compro mis verlies betekent voor onderdelen van die verschillende belangen. Uiteindelijk zal het er bij een beslissing om gaan wat het zwaarst is ook het zwaarste te laten wegen. De uitkomst is meestal niet alles zins bevredigend. Want al aanstonds doet zich het probleem voor, dat niet iedereen Foto voorpagina De gerestaureerde Martini-kerk te Groningen. Foto P. L. de Vrieze, B.N.A. dezelfde mening is toegedaan over wat nu precies het zwaarste is. In de zorg om het milieu is dat een abstracte aange legenheid. En daarmee is het conflict ge boren. In de regeringsverklaring van 28 mei 1973 werd gezegd, dat ,,de strijd tegen milieuvervuiling en voor milieu hygiëne een hoeksteen van het beleid dient te zijn". Daarmee kan iedereen instemmen. In theorie ongetwijfeld een schone doelstelling. Maar helaas, de prak tijk kan deze wreed verstoren. Dat ge beurt nu. Men zegt nu, dat de energie crisis hiervan de oorzaak is. De regering zal het daarom de Ned. Aardolie Maatschappij mogelijk maken zonder gehinderd te worden door bepalingen in bestemmingsplannen snel aardgas boringen uit te voeren. Er zal afgeweken kunnen worden van de normale wette lijke procedures voor wijzigingen in be stemmingsplannen. De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Orde ning krijgt de bevoegdheid gebruik te maken van de uitzonderingsregel in art. 65 van de Wet Ruimtelijke Ordening. Dit artikel geeft de bewindsman de bevoegd heid vrijstelling te verlenen van de voor schriften in een, geldend bestemmings plan. Dat is dan een stukje van de alge mene machtigingswet, waarover in het parlement een zware strijd is gestreden. Inspraak en bezwaarschriften kunnen we hierbij voorlopig wel vergeten. Voor het aanboren van de gasbel in Emmen is het groene licht al gegeven. Niet het gemeen tebestuur, resp. het provinciaal bestuur beslist, maar de centrale overheid. Ver traging veroorzakende procedures wor den uitgeschakeld. De gevolgen hiervan zijn (nog) niet te overzien. Bergen N.H. (Pirolavlak) en Middelie, eveneens in Noord-Holland zullen na Emmen wel volgen, evenals de Waddenzee en Ros- sum—De Lutte (Twente), terwijl ook een gebied bij Haastrecht wordt genoemd. Hiervan valt een regelrechte bedreiging van natuurgebieden te vrezen. De NAM heeft laten weten, dat het zo'n vaart niet zal lopen. Weliswaar komt er een boor toren (één? maar die verdwijnt na enige tijd weer en dan blijft er niets anders dan een kleine installatie over. Zelfs beweert de NAM, dat een natuur gebied door een boorlokatie wordt veilig gesteld omdat het wordt afgegrendeld en er dan niemand meer mag komen, be halve dan personeel van de NAM. In Emmen zullen niettemin twee hectaren bos moeten verdwijnen. Dat is al aange zegd. Maar wat gaat in Bergen N.H., in Middelie, op Ameland, enz. verloren? In Emmen zal de NAM voor de twee hec taren op te geven bos tien ha nieuw bos laten planten. Dat valt toe te juichen, maar de NAM stelt het toch wel te sim pel voor. Het blijft immers niet bij boor- lokaties.Het natuurlijk milieu wordt aan getast: wegenaanleg, woningbouw, e.d. Er vloeien bovendien nog andere activi teiten uit voort, zoals de aanleg van pijp leidingen, waartegen Voorne-Putten zich tot nu toe hardnekkig heeft verzet, maar dit verzet ter bestrijding van de energie crisis nu heeft opgegeven. Had men dit niet gedaan, dan had de met veel machti ging beklede regering het verzet wel ge broken. Het is een trieste zaak. Men spreekt in deze over leefmilieu, maar we hebben het dan wel over totaal verschillende zaken. Nü gaat het om energie, om licht, verwarming, om het in standhouden van het industriële apparaat, om de scheep vaart, het verkeer én om het behoud van de werkgelegenheid. In het kort: het gaat om ons welzijn en nog niet eens zo zeer om welvaart. Maar dat welzijn krijgt in tussen toch maar een onherstelbare deuk door het verloren gaan van natuurgebie den en landschapsschoon. Dat komt hard aan. Om de wereld, onze wereld in het kleine Nederland, leefbaar te houden, is een samenhangend overheidsbeleid nodig staat te lezen in het rapport „Grenzen aan de groei". We kunnen het wel ver geten. De samenhang is juist zoek, meer dan ooit. v. d. W.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1974 | | pagina 11