't Roode Hert Jï3aaQï<3 In het vroege voorjaar zonden de heer en mevrouw Hogenhuis-van Rheenen een uitnodiging rond voor de feestelijke inge bruikneming van de in alle luister geres taureerde 17e-eeuwse herberg 't Roode Hert aan het plein te Oud-Velsen, nabij het Noordzeekanaal. Om meer dan één reden mogen we bij dit feit al is het wat laat wel even stilstaan. Ofschoon natuurlijk de restauratie op zich het be langrijkste is, menen we dat het bijna van nog meer betekenis is dat jonge mensen, in dit geval het echtpaar Hogenhuis, be reid waren een dergelijke restauratie tot stand te brengen. Oud-Velsen wordt in zijn geheel als beschermd dorpsgezicht gerestaureerd. De herberg-restauratie is, zo vertelde ons onze kort geleden afge treden technisch adviseur ir. F. Otte- vangers, zeer geslaagd. En dat is voor ons een reden te meer om aan 't Roode Hert enige aandacht te besteden. Een stukje geschiedenis is hier op zijn plaats. Oud-Velsen is in de vroege mid deleeuwen ontstaan rond de Engelmun- duskerk, een van de vijf moederkerken van Holland omstreeks 720 gebouwd. Op dezelfde plaats een verhoogd binnen- duin verrees in de 11e-12e eeuw het thans nog bestaande tufstenen kerk gebouw, waarin Romaanse ramen. Over Oud-Velsen schreef C. F. Janssen in Heemschut (jrg. 1960) o.a.: „Dit dorp is in Kennemerland het enige, dat nog een oud karakter bezit en dat met de nog overgebleven buitens (Velserbeek, Water land en Beeckestein) een charmant ge heel vormt." Toen moest Janssen vrezen, dat er van het pleintje weinig meer zou overblijven, maar gelukkig is dat niet helemaal het geval. Weliswaar moest het vanouds bekende wagenmakershuis t.b.v. de verbreding van het Noordzeekanaal verdwijnen, maar de typische topgevel met een wagenwiel is behouden geble ven, d.w.z. aangebracht in de nu geres taureerde herberg 't Roode Hert. Eerder kon H. J. Calkoen in zijn boek over Vel- sen (Vermande Zonen; IJmuiden 1967) schrijven hoe mooi het laat-17e-eeuwse huis met trapgevel op de hoek van de Hoofdbuurstraat is gerestaureerd en hoe ook het nog oudere huis daar tegenover in oude schoonheid is herrezen. Zelfver- meldt de heer Hogenhuis: „Met de aan wijzing tot beschermd dorpsgezicht door de overheid (juli 1969) werd beoogd, dat schaal, sfeer en karakter van het histo risch geheel van het dorpje gehandhaafd wordt, zodat zaken, die van historisch belang zijn, voor het nageslacht bewaard blijven. Met dit doel voor ogen hebben de stichting ,Het dorp Velsen' en de ge meente veel bereikt, de historische kern is al grotendeels in haar oude toestand teruggebracht, terwijl andere plannen in een vergevorderd stadium verkeren." 't Roode Hert of ook wel „het rode Hart" wordt in de annalèn al aan het eind van de 16e eeuw genoemd. De schrijfster Anna van Gogh-Kaulbach is in Oud-Velsen geboren en heeft indertijd enige herinneringen aan haar geboorte plaats opgetekend (Calkoen). 't Roode Hert, waar generaties herber giers hun gasten van spijs en drank heb ben voorzien, staat nu weer te pronken midden op het bijzonder sfeervolle plein tje. De overwelfde wijnkelder, waarvan ook Calkoen in zijn boek rept, is prach tig hersteld. Om de herberg wonen nu schilders, een tapijtweefster en andere kunstenaars en ambachtslieden. Voor 't overige is de restauratie van het oude pand met zorg en liefde tot stand gebracht, hetgeen aan het interieur ook te merken is. Om aan de eisen van een 't Roode Hert, Zuiderdorpstraat, Oud- Velsen. (Foto J. Hogenhuis) moderne herberg te voldoen is wel de muur tussen de oude gelag- en opkamer weggebroken. De bestaande muren wor den nu gebruikt voor culturele activitei ten: kleine exposities van kunstenaars, zoals enkele maanden terug met werken van Paul Höhner en Haye Gemser, terwijl ook Matthieu Wiegman er al te gast was en tentoonstellingen van Mary en Jan Everts en Jan Makkes op het programma staan. Vier jaar is er aan de restauratie van 't Roode Hert, onder leiding van archi tect K. van Keekem, met medewerking van het gemeentebestuur en CRM, ge werkt. In deze restauratie zien we een prachtig voorbeeld, van wat een indivi dueel lid van Heemschut, de heer J. Hogenhuis met zijn echtgenote, voor monumentenbehoud vermag te doen. v. d. W.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1973 | | pagina 33