Heemschut
Levend geloof
Officieel orgaan
van de Bond Heemschut
Opgericht 1911
Beschermvrouwe:
H.M. Koningin Juliana
Eindredacteur: J. E. v. d. Wielen.
Redacteur: J. Westerwoudt.
Typografische verzorging:
B.V. 't Koggeschip, drukkers- en
uitgeversbedrijf.
Alle correspondentie betreffende de
redactie van het orgaan, richte men
tot het secretariaat
van de Bond Heemschut:
Korenmetershuis, NZ. Kolk 28,
Postbus 10525,
Amsterdam 1, tel. 22 52 92.
Alle correspondentie betreffende advertentiesB.V. 't Koggeschip, drukkers- en
uitgeversbedrijf, Nwe. Achtergracht 104, Postbus 1198, Amsterdam 4, tel. 229721.
Het is bepaald geen opzienbarende uit
spraak als we constateren, dat onze
maatschappij, de samenleving, sterk
aan het evolueren is. Wetenschap en
techniek hebben zo enorme vorde
ringen gemaakt, dat ons leven zich aan
totaal andere normen is gaan ge
wennen.
In dit proces, dat heel langzaam ook de
„derde wereld" aanraakt, is aanpas
sing op praktisch alle gebieden van de
maatschappij noodzakelijk. De ene
mens gaat die aanpassing wat gemak
kelijker af dan een ander. Niemand kan
er echter onder uit. Men wordt er min
of meer toe gedwongen. Ook oude, be
staande instellingen ontkomen er niet
aan zich aan te passen, want stilstand
zou stellig achteruitgang betekenen.
In dit licht moeten we de verande
ringen zien, die zich in de Bond Heem
schut bezig zijn te voltrekken. De wijzi
gingen, die de statuten van de bond
op de jongste buitengewone ledenver
gadering hebben ondergaan, zijn een
voorbeeld van de noodzaak tot aan
passing aan het moderne maatschap
pij-beeld.
Heemschut is uit particulier initiatief
geboren en dat was een goede zaak.
Het is verheugend, dat ook na meer
dan zestig jaar er nog steeds talloze
particulieren bereid worden gevonden
zich volop aan deze goede zaak te
geven. Maar wat eens gekenmerkt
werd door een zeker amateurisme,
kan in de tegenwoordige samenleving
Foto voorpagina:
Museum „De Waag" Deventer.
een zakelijke instelling niet missen.
Dat kan al daarom niet, omdat de Bond
Heemschut is uitgegroeid tot een
grote organisatie, die - wil het werk
goed worden gedaan - efficiënt geleid
dient te worden. Dit betekent echter
geenszins, dat er' aan het particularis
me of wil men het amateurisme nu
geen enkele waarde meer zou worden
gehecht. Integendeel. Het zou ook van
een totaal verkeerd beleid getuigen.
De heemschut-gedachte is een indivi
duele aangelegenheid, althans in eer
ste aanleg. Wanneer alleen - om het
nu eens heel kras te stellen - de
overheid zich met de zorg voor en het
behoud van monumenten en land-
schapsschoon zou bezig houden, zou
de heemschutgedachte niet of in elk
geval veel minder, bij ons volk leven.
En het is juist zo'n gelukkige omstan
digheid. dat er duizenden Nederlan
ders zijn, die zich direct bij het wezen
van heemschut betrokken gevoelen en
daarvan door hun lidmaatschap van
de Bond Heemschut blijk geven.
De aanpassing van de structuur van de
Bond Heemschut aan moderne inzich
ten gaat er trouwens vooral ook van
uit, dat nog veel meer landgenoten
zich daadwerkelijk moeten gaan inte
resseren voor het behoud van heem
en erf, ontstaan in een cultuur van ver
scheidene eeuwen. Met andere woor
den, de nieuwe structuur van Heem
schut moet het mogelijk maken de
aanhang van de bond sterk te ver
groten. Want: er valt nog zo oneindig
veel te doen op het terrein, dat ons zo
zeer ter harte gaat. Meer leden dus,
duizenden meer.
En dat is nu zo plezierig, de grond voor
de opvoering van het ledental is
oogstrijp. Niet alleen onder de oude
ren, maar eveneens, ja vooral ook
.onder de jongeren. Op de algemene
ledenvergadering op 7 juli jl. in Am
sterdam is ons dat nog eens - voor
zover nodig - duidelijk geworden. Er
is onder jonge mensen een verheugen
de, toenemende belangstelling voor
datgene, waarvoor Heemschut zich
thans al meer dan zestig jaar met
overgave inzet. Die interesse zien we
bijvoorbeeld als het er om gaat oude
stads- en dorpskernen voor sloop te
behoeden. Er valt een merkwaardige
hang naar het verleden te constateren
en waarlijk niet alleen in de mode.
Ware dat het geval, men zou nog van
een voorbijgaand verschijnsel kunnen
spreken. Maar zo is het niet. Het op
groeiende geslacht begint in toe
nemende mate de waarde van het
historisch monumentale te erkennen.
En hiervan moet Heemschut gebruik
maken. Een deel van de statutenher
ziening ligt daaraan dan ook ten grond
slag. Het jeugdlidmaatschap wordt
vergemakkelijkt en uitgebreid, en dat
is ook voor de toekomst van de Bond
Heemschut van de allergrootste be
tekenis. Immers jong gewend, oud ge
daan. Uit hen, die thans jeugdlid zijn
of aanstonds zullen worden, moet het
kader voortkomen om nu en in de toe
komst leiding te geven aan Heem
schut. De tegenwoordige bestuurders
hechten er aan' zekerheid te hebben,
dat hun werk in te toekomst zal worden
voortgezet. En hoe jonger men het toe
komstige kader met de belangen van
Heemschut vertrouwd maakt, hoe
beter. Dat wil intussen geenszins zeg
gen, dat er voor de ouderen geen
plaats meer zal zijn. Inspraak en
medewerking van de jeugd: akkoord.
Heel graag zelfs. Noodzakelijk ook.
Maar de ervaring van de ouderen kan
daarbij niet worden gemist. Trouwens,
de jongeren van nu, eenmaal in Heem
schut geïnteresseerd, zullen op oudere