Heemschut Levensruimte Officieel orgaan van de Bond Heemschut Opgericht 1911 Beschermvrouwe H.M. Koningin Juliana Eindredacteur: J.E. v. d. Wielen. Redacteur: J. Westerwoudt. Typografische verzorging: B.V. 't Koggeschip, drukkers- en uitgeversbedrijf. Alle correspondentie betreffende uitgeversbedrijf, Nwe. Achtergracht 104 Alle correspondentie betreffende de redactie van het orgaan, richte men tot het secretariaat van de Bond Heemschut: Korenmetershuis, N.Z. Kolk 28, Amsterdam 1, tel. 22 52 92. enties, B.V. 'tKoggeschip, drukkers- en Postbus 1198, Amsterdam 4, tel. 22 97 21. De roep om meer levensruimte wordt tegenwoordig althans in ons land meer en meer gehoord. We den ken daarbij natuurlijk niet aan de pe riode tussen het einde van de Eerste Wereldoorlog en 1945, toen die roep elders een geladen betekenis had. Meer levensruimte in ons land is een zaak van geheel andere aard. Ze heeft alles met ruimtelijke ordening te maken, een vraagstuk, waarover in de loop van de laatste jaren enige om vangrijke nota's zijn verschenen. Ove rigens werd pas in 1965 bij het optreden van het kabinet-Cals de naam van het ministerie van Volks huisvesting en bouwnijverheid gewij zigd in ministerie van Volkshuisves ting en Ruimtelijke Ordening. Daar mee werd het vraagstuk van de ruim telijke ordening duidelijk benadrukten kreeg het ook meer de aandacht, die het verdiende. De regeringsnota's over ruimtelijke ordening vormen in tussen zo langzamerhand maar een bescheiden deel van de bibliotheek, die over dit vraagstuk is gevormd, nog afgezien van de schriftelijke stukken, die het parlement erover heeft geproduceerd. Wie ook maar met het vraagstuk van de ruimtelijke ordening in ons land heeft te maken, weet hoe moeilijk het is, hoe gecompliceerd. Het wordt voor een niet onbelangrijk deel beheerst door het feit, dat we maar een klein land in de zin van oppervlakte zijn. Om in het tekort aan grond tege moet te komen, hebben we o.m. grote delen van de vroegere Zuiderzee drooggelegd. Het is waar, de voor naamste reden voor de drooglegging was onze landbouwers aan nieuwe grond te helpen. Dat was toen een kwestie van landbouwbeleid, een be- Foto voorpagina: Heusden Reconstructie van de bolwerken en ravelijn. Op deze foto is de Maas nog niet verlegd; los- en laadplaats bij het verankerde schip. leid waar we tegenwoordig in het ka der van de EEG wel iets anders te genover staan dan in de Eerste We reldoorlog, toen de Wet tot (gedeelte lijke) drooglegging van de Zuiderzee tot stand kwam. Met betrekking tot landaanwinning is de visie sterk veranderd. Denken we bijv. maar aan de vraag, welke be stemming er eventueel aan de Mar kerwaard gegeven zal moeten wor den. Die vraag wordt thans voor een niet gering deel beheerst door het probleem van de aanleg van een nieu we internationale luchthaven. Land aanwinning in het Eems-Dollargebied wordt voornamelijk beheerst door industrievestiging en zeehaventrans port. Voor het Waddengebied staan weer andere problemen. De aanleg van de Maasvlakte daarentegen heeft vrijwel alles te maken met industrie vestiging en zeetransport. Bij de tot standkoming van de Deltawerken is men van weer een andere visie uit gegaan. Daarbij stond landaanwinning bepaald niet op de eerste plaats. In feite is daar zelfs helemaal geen sprake van landaanwinning in de eigenlijke betekenis van het woord. Al deze zaken hebben intussen in min of meer verwijderd verband met le vensruimte" te maken, ook en wel voornamelijk met ruimtelijke ordening. Een zeer gecompliceerd probleem, dat voor een niet onbelangrijk deel opgekomen is door de omzwaai van de Nederlandse economie, een om zwaai van een grotendeels agrarisch land in een moderne, geïndustriali seerde staat. Het heeft eveneens te maken met de groei van de Neder landse bevolking. Over die groei heb ben het Centraal Bureau voor de Sta tistiek en het Centraal Planbureau in de loop van de na-oorlogse jaren een aantal prognoses gemaakt, die sinds dien moesten worden herzien. Vol gens de meest recente gegevens be hoeven we thans niet meer te reke nen op een bevolking van 21 a 22 mil joen, zoals men eens heeft aange nomen. Onze bevolking zal, naar de laatste prognose, niet uitgaan boven 17 18 miljoen. Dit betekent, dat men ten aanzien van de ruimtelijke orde ning op den duur om de gedachten te bepalen: over zo'n twintig jaar van een andere opzet zal moeten uit gaan. Voor huisvesting en openbare voorzieningen zal dan, naar mag wor den aangenomen, minder grondopper- vlakte nodig zijn. Het toenemende autoverkeer daarentegen zal in elk geval voorlopig nog heel veel grond opeisen. En dat zal waarschijnlijk ook voor de industrie gelden. Op dit punt aangeland, komen we op ons eigenlijke uitgangspunt terug: het probleem van de levensruimte. Het heeft er nogal eens de schijn van, dat met betrekking tot de levensruimte voor onze bevolking niet of te weinig AAN ALLE HEEMSCHUTLEDEN De bewaking van de schoonheid van ons land moet veel intensie ver door ons worden nagestreefd dan tot nu toe het geval is ge weest. Het is ons doel in elke provincie een technisch-adviseur aan te stellen, die nauw zal sa menwerken met de secretaris van onze Provinciale Commissie. Deze beide bewakers samen kun nen echter nooit elke gemeente van de betrokken provincie onder hun hoede nemen. Daarom wil uw bestuur in elk dorp en elke stad een informateur hebben, die wij correspondent zouden willen noe men. „Wie stelt zich beschikbaar" onder de leuze: „In elk dorp en elke stad is Heemschut dag en nacht op pad." Aanmelding aan ons adres: Korenmetershuis N.Z. Kolk 28, Amsterdam-c. HET BESTUUR

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1973 | | pagina 10