Willemstad, een voorbeeld met moeite 58 Volgens het Aardrijkskundig Woor- denboek van Witkamp telde Wil lemstad aan het begin van de 19e eeyw 1200 inwoners. Honderd jaar geleden werd de stad door ruim 2000 zielen bewoond. Vandaag telt men in de kern, in het eigenlijke gebied, nog maar 1200 burgers. De stad van vandaag is niet los te maken van de stad van vroeger, „De kunst is", zegt de burgemeester, de heer J. H. Reinders, „de harmonie van wat was en nu is te synthetiseren". Als een goed schutter van het heem staat hij liever in een gerestaureerd Mauritshuis dan op de bres ervan. En het Arsenaal gaat hem evenzeer ter harte, zoals de statige woningen dat doen, zoals het oude paleis van de gouverneur, en de straten met hun typische lantaarns en de opvallende naamborden. Maar Willemstad moet ademen om te kunnen leven, oud en nieuw zullen met elkaar moeten sa mengaan. Het is met Willemstad niet gegaan zoals het met de meeste oude steden is gegaan. Toen „het dorp van de Ruygenhil" zo rond 1564 in de gelijk namige polder werd opgetrokken had Jan IV van Glymes. markies van Ber gen op Zoom, het daar voor het zeggen. Tijdens de 80-jarige oorlog, in 1582, kwam het gebied in handen van Prins Willem van Oranje, die het begon te omwallen. Zijn zoon Maurits zette het vestingwerk voort. Van 1583 af herbergt de stad dan een garnizoen, want het is een bolwerk en het blijft een bolwerk en nog vandaag is Willemstad een bolwerk, waar het stempel van Prins Maurits nog te ontdekken valt. letterlijk en figuurlijk. Laten wij niet vergeten, dat Maurits de eigenaar was. Goed, hij schonk stadsrechten, hij hielp het stadhuis bouwen, hij stelde f 7000,beschik baar voor de bouw van de Koepelkerk (de eerste protestantse kerk in ons land), hij liet ook voor zich een huis bouwen, maar Willemstad bleef een vesting met alle afgeslotenheid van dien. En er is geen onvruchtbaarder veld dan een schootsveld. Zo'n vesting moest „self supporting" zijn, moest vele militairen herbergen, (in Willemstad hebben vele Schotse en Engelse huurlingen gelegen) die van alles nodig hadden wat des soldaats is. Maar er was bij alle nadeel altijd dit voordeel: wat de vesting tekort kwam, paste de eigenaar bij. Dat lijkt Hoofdingang Mauritshuis Proeve van restauratie in Wiiiimstad. Kerkring 37

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1972 | | pagina 20