I
iffiö
EÉÉêsaö
ttmm
«JB
-..-se
L&trdwit «i i I 1
t v-
J ïi> I f
i 1
Een restauratie in Fife, The GiiesPittenweem. Eigenaar The National Trust for Scotland. Bekroond in 1965.
king met de Department of Environ
ment van het Ministery of Public
Works, c.q. het Ministry of Housing
and Local Government alsmede de
plaatselijke overheden (waarbij men
de Greater London Council ook als
een „plaatselijke" overheid moet
beschouwen) werkzaam is als een
onafhankelijke stichting. In deze
stichting zitten zeer invloedrijke
persoonlijkheden, zoals de voormalige
minister Duncan Sandys, en de aarts
bisschop van Canterbury, terwijl vrij
wel in elke plaats van enige histo
rische betekenis een afzonderlijke
groep optreedt ook weer onder lei
ding van mensen, die zeer actief zijn
en vaak in de gemeenteraad zitten.
Naast de Civic Trust bestaan als
dochterinstituten de Scottish Civic
Trust, de Civic Trust for Wales, de
Civic Trust for the North-West, Civic
Trust for the North-East.
De eerste indruk is die, welke men
eigenlijk altijd heeft als men in En
geland komt, namelijk dat iedereen
probeert naar iedereen te luisteren,
zich ervan onthoudt op lange tenen te
trappen en op die wijze vaak vrij veel
bereikt maar dikwijls verrast wordt
als het te laat is.
De grootte van het land brengt de
noodzaak tot regionale verdeling met
zich mee, maar het „hoofdkantoor" te
Londen blijft het centrale punt. Het
hoofddoel is voorlichting in die zin,
dat men de mensen en de over
heidspersonen bewust wil maken van
hetgeen er op het spel staat. Tevens
geeft men aanwijzingen, dus leiding,
hoe een bepaald probleem opgelost
kan worden. Zo is men begonnen met
aan te tonen hoe in Norwich en Sto-
ke-on-Trent verwaarloosde straten
met weinig kosten opgeknapt konden
worden. In Windsor werd een soort
gelijke straat na voltooiing van het
plan geopend door de koningin in
tegenwoordigheid van meer dan dui
zend burgemeesters en vertegen
woordigers van de lokale overheid.
Het planten of overplanten van bo
men, het doen verwijderen van vuil
door vrijwilligers, het toezicht op ver-
keers- en reclameborden, protesten
tegen onaanvaardbare plannen op
bouwkundig en stedebouwkundig ge
bied, het zijn werkzaamheden die ook
bij ons beker,d zijn. In zekere zin
afwijkend is de poging om in plaatsen
die daarvoor in aanmerking komen
verenigingen op te richten en zelf
voor te stellen wat op recreatief ge
bied kan gebeuren. Zo maakte de
Civic Trust in 1963 schematisch een
plan voor de herinrichting van de Sea
Valley te Londen, waar de Greater
London Council onder leiding van
Hubert Bennett later uitvoerig op is
ingegaan.
Naast brochures, die het streven tot
behoud c.q. verfraaiing van de omge
ving propageert, geeft de Civic Trust
regelmatig een overzicht uit over de
stand van zaken genaamd „Conser-
vation Progress", een maandelijks
verschijnende „Civic Trust Newslet-
ter", die te vergelijken is met het
Nederlandse blad Heemschut, maar
eenvoudig van opzet is, voorts een
lijst van allerlei „verwante" instellin
gen en verenigingen, lijsten van rap
porten der plaatselijke overheden op
het gebied van townplanning en voor
al restauratie en tenslotte omvangrij
ker brochures, waarin de problema
tiek in zijn algemeenheid (hinder van
het verkeer, nieuwe, kleinere ver
keersmiddelen in centra, parkeren,
verkeerde uitbreidingen) maar ook
concrete voorbeelden worden beham
deld.
Tenslotte kent de Civic Trust jaarlijks
bekroningen en eervolle vermeldin
gen toe (voor zover ik weet zonder
uitkering van geld), als regel van uit
gevoerde plannen, waarbij de aanpas
sing van oud en nieuw geslaagd mag
worden genoemd. Over die aanpas
sing valt natuurlijk nog wel te vertel
len en te discussiëren. Wij geven
hierbij een paar voorbeelden, die naar
onze mening niet of wel gerechtvaar
digd zijn.
R. Blijstra