SANSQIMGSPLAM ■SrOJfjr&AAT. »«««J '/»W4V. aarAanOB .qtoiDtH »CiT£»o k4«* aeooufirit. ITeorro'% pce/tf. abtSTAANOt -nTBOTTOl* or r '/fó PLClfi aeiTAANO f>£6C£fLGZerti i^MUREN N/CUW. m <tzo"CE.N &e- te srenp vooq Tj^ROnDEH etSTE/IA X A VOOH TUlM. 'L/ GZOHDE!y s/. "Ts v-3 a/- 1 Oi^faeoov^[n* GtonOtrJ Ui TtlD 1 Vp« 6£BOi/"/lKp. r VL455/ uJ-£>-' rt ClOHDtditiltHO M H»o< 3<?3t>b'W>/vfJ. <UU{. c- ateonotN atsreio ww? qioeh - c PL&timeoo'C szoHDtri aesTE-ffo r, C,eonOCH ZMD p uoo<? zal toenemen, lijkt ons vanzelfspre kend. Ten aanzien van het Stokstraatge- bied valt bovendien op te merken, dat, wanneer de verkeersverbetering aan de O.L. Vrouwekade de vesti ging van winkels ter plaatse meer aantrekkelijk zal maken, de city zich ongetwijfeld zal uitbreiden langs de binnenstraten die O.L. Vrouweplein- Wolfstraat met de O.L. Vrouwekade verbinden. Voorbeelden van hoge winkelfrequentie in zulke typen stra ten zijn er te over." De verwachting, dat een winkelcen trum of althans een winkeluitbreiding van de O.L. Vrouwekade uit zou plaatsvinden, is niet in vervulling ge gaan. Wel heeft het winkelcentrum zich achter de Maastrichtse Brug straat naar de Maastrichtse Sme denstraat ontwikkeld en vandaar in de richting van de Grote Stokstraat, althans voor zover dit het begin van deze straat betreft. Het is niet te ontkennen, dat de uit breiding van het centrum in de zin zoals men die in het rapport van 1951 bedoelde slechts zeer gedeel telijk heeft plaatsgevonden. Men meende namelijk dat het stelsel van nauwe rustige straten en groen stroken een juiste omgeving zou vormen voor het vestigen van kleine, gespecialiseerde winkels en bedrij ven. „Gedacht wordt hier onder meer aan bedrijven met uitgespro ken artistiek en ambachtelijk karak ter als goud- en kunstsmeden, hout draaierijen, pottenbakkers, inrichtin gen tot herstel van antieke meubels en schilderstukken, schoen- en kleermakers, brood- en banketbak kers, verder antiquairs en boekverko pers. Bovendien zullen tot dit milieu aangetrokken worden beoefenaars van kunstzinnige en wetenschappe lijke beroepen, zoals schilders, schrijvers, juristen, enz. Tenslotte zullen ook zij, die voor huisvesting in de buitenwijken weinig belangstel ling hebben hier een aangename woonbuurt vinden." De gedachte samenstelling is „klas siek" eenzijdig in die zin, dat men met een eenzijdige samenstelling als de onderhavige uiteraard ook slechts een eenzijdig samenge steld publiek trekt. Toch dient erop te worden gewezen, dat dit rapport van 1951 en het plan als zodanig reeds spreekt over voetgangersdo meinen en die ook werkelijk heeft ontworpen toen men het in de rest van Nederland nog had over krot opruiming met behulp van een bull dozer, of doorbraken en straatver bredingen om het autoverkeer voor al tot op elke plaats in de stad toe gang te verschaffen. In dit opzicht is het plan de andere Nederlandse plannen ver voor, al zou men op het ogenblik wellicht meer consideratie betonen voor de bevolking die in de

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1972 | | pagina 17