bouwen en dan is deze nu nog ge zellige stad op menselijke maat iets heel anders geworden. Door de ligging van Basel op de sa menkomst van Duitsland, Frankrijk en Zwitserland en in het centrum van Europa zal het steeds aantrekkelij ker worden als zakencentrum. Veel inwoners van Basel vinden de stad allang niet meer een geschikte woonplaats en verhuizen naar ste den en dorpen in de Elzas waar ze (evenals de Duitsers trouwens) tot verdriet van de Fransen met hun vol waardige francs en marken naar verhouding goedkoper terecht kun nen dan in hun eigen land. Het zal dus heel wat inzicht en strijd kosten deze welgestelde bewoners in de stad te houden en de allerergste on gelukken in het stedelijke beeld te vermijden, twee zaken, die op het eerste gezicht misschien niet veel met elkaar te maken hebben maar op het tweede gezicht wel degelijk. Kernen kleine steden goed In Zwitserland meer dan bij ons zijn de historische kernen van de kleine steden nog vaak heel goed bewaard gebleven. Waar in ons land de oude structuur nog dikwijls duidelijk aan wezig is, als er niet teveel is ge dempt, maar de nieuwere architec tuur het stedelijke beeld dikwijls grondig heeft bedorven, daar treft men in Zwitserland vaak nog een verrassende harmonie van opbouw en plattegrond aan. Deze wordt ech ter ook in Zwitserland niet alleen in de grote steden bedreigd: „Ein stark verbreiteter, blinder Fortschrittsglau- be und eine ebenso ausgedehnte Ahnungs- und Teilnahmslosigkeit weiter Bevölkerungskreise am Schicksal der baukünstlerischen Vermöchtnisse unserer Vorfahren begunstigen den rücksichtlosen Raubbau an diesen unersetzlichen Allgemeingütern. Die angedeuteten Substanzeinbussen haben in den vergangenen 25 Jahren selbst bei uns in der Schweiz zusammen ein Ausmass angenommen, das den durch Feindaktionen in den Nach- barlandern wahrend des letzten Weltkrieges verursachten Verlusten zahlenmassig nur urn ganz weniges nachsteht", aldus Fritz Lauber in Heimatschutz van april 1971. Hoe wel het beeld onjuist lijkt, vooral om dat hier niet „zahlenmassig" vergele ken kan worden, zal men de schrij ver in zoverre gelijk moeten geven, dat in verschillende steden, en dan niet alleen in Basel, Zürich of Ge- nève, maar ook in Thun of St. Gallen een schaalvergroting is opgetreden, waardoor de oude stad geheel uit zijn voegen is geraakt. Dit verschijnsel is echter niet van vandaag of gisteren. Hoewel Zwit serland de eerste industriële revolu tie van de negentiende eeuw lang niet in die mate heeft meegemaakt als vele andere landen is het soms moeilijk de oude stadskern (die dan echter dikwijls nog heel gaaf is) te rug te vinden. Typisch voorbeeld hiervan zijn Wil en Moudon waar men er echt naar moet zoeken. In deze gevallen bestond echter weinig gevaar voor een onharmonische overgang van oud in nieuw, aange zien het oude vrijwel ongenaakbaar op een heuvel lag. Toch zijn in Mou don nog een paar lelijke ongelukken gebeurd. Een hooggelegen oude stad krijgt zijn nieuwe bebouwing meestal aan de voet van de heuvel, waardoor een duidelijke afscheiding is ontstaan, bij laaggelegen oude steden zoals Winterthur is de over gang geleidelijker wat het stede bouwkundig aspect betreft en ab rupter als men het verschil in archi tectuur en dus het stadsbeeld als geheel nader beschouwt. Daar waar bij ons soms nog grachtengordels voor een duidelijke afscheiding zor gen, was in Zwitserland het gevaar van „aanbreien" groter. Lauber wijst erop, dat bij oude stadsuitbreidingen nog wel eens voorzichtig te werk is gegaan en wij zouden als een goed voorbeeld het pleinenstelsel aan de voet van de oude stad van Genève kunnen noe men. Maar als de stad zich te snel uitbreidt of waar oude wijken niet aanwezig of van geringe omvang zijn, is het van belang omzichtig te werk te gaan en vooral niet onder het mom van sanering oude, bijvoor beeld negentiende eeuwse wijken, 143 Het geheel ommuurde stadje Murten is één van de kunsthistorische pronkstukken van Zwitserland. Het gaat echter niet aan de verdedigingswerken te laten begroeien, waardoor de strenge lijnen geheel worden verdoezeld.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1971 | | pagina 21