Commissie
„De weg in het landschap" W.I.L.
Jaarverslag mei 1970 - mei 1971
Kale traversen
114
De steeds zeldzamer wordende landschappelijke weg
De ellende van de palen-esthetica.
Kaler kan het niet. (Foto's: A. G. M. Boost).
Het gebruikelijke jaarlijkse contact tussen onze leden
geschiedde ook ditmaal door een excursie onder leiding
van de wnd. voorzitter, ir. G. A. Overdijkink, op 12 juni
1970, met als doel onder meer de bezichtiging van een
aantal recreatiegebieden en picknickplaatsen, die als
het ware een aanvulling van de weg vormen en er toe
bijdragen de functie van de weg te verhogen.
Ondanks het teleurstellend geringe aantal deelnemers,
kwam tijdens de excursie een uitvoerige gedachtenwis-
seling op gang, waaruit eens te meer naar voren kwam,
welke waarde goede landschappelijke voorzieningen
hebben, met name boom- en struikbeplantingen, als be
geleiding van de weg, als afscherming van parkeer- en
picknickplaatsen en voor het inkapselen" van recreatie
gebieden, en welk een verlies het betekent indien door
verkeers- of andere planologische maatregelen het be
staande groen moet worden opgeruimd, dan wel reeds
verdwenen is.
Wij willen graag aannemen dat in het algemeen eerst na
rijp beraad en wanneer geen andere oplossing mogelijk
is, wordt overgegaan tot het kappen van bomen; maar
helaas moet vaak worden geconstateerd dat in dergelij
ke gevallen niet voldoende moeite is gedaan om plaats
te vinden voor een vervangende beplanting, opdat het
landschappelijk verlies althans ten dele wordt ondervan
gen.
Vooral nu de bouw van nieuwe auto(snel)wegen de groei
van het wegverkeer niet meer kan bijhouden en noodge
dwongen met spoed allerlei verbeteringen aan bestaan
de wegen moeten worden uitgevoerd, blijkt dat, in af
wachting van het openstellen van de vervangende, door
gaande verbindingen, de rijbaan tot het uiterste wordt
verbreed, waarbij bomen en bermen verdwijnen en van
de eertijds sfeervolle route met een recreatiefunctie
slechts een barre rijbaan overblijft.
Dit proces vindt overal plaats en telkenmale worden wij
gealarmeerd door berichten over „aangekruiste" bomen,
voorgenomen bochtafsnijdingen en andere weg-regule-
ringsmaatregelen, ons al te zeer bekend uit de vroegere
ruilverkavelingen.
Zo werd in het verslag van de eerder genoemde excur
sie vermeld:
„de door het verkeer intensief gebruikte weg Apeldoorn
- Arnhem heeft, in afwachting van het tot stand komen
van de grote noord-zuid verbinding Zwolle - Arnhem -
Helmond, veel van zijn toeristische charme verloren door
reconstructies, waarbij de beplantingen en het groen het
moesten ontgelden. Het is een overeenkomstige proce
dure die de thans weer rustige oude Zuiderzeestraatweg
op verschillende plaatsen veel van zijn oorspronkelijke
luister ontnam, waarbij vooral de kale traversen door
verschillende dorpen, voor zover geen omleggingen
plaats vonden, opvallen."
De Commissie was ook in het verslagjaar herhaaldelijk
betrokken bij de welhaast gebruikelijke aantastingen
van wegen, landschap en dorpssféer, alle tengevolge
van de „eisen" van het verkeer, waarbij de kosten veelal
een beletsel vormen voor alternatieve, minder schade
berokkenende oplossingen, indien bij de autoriteiten die
het aangaat niet voorop staat dat tot elke prijs het groen
in ons land behouden moet blijven en, waar opruiming
ervan onvermijdelijk is, tenminste voor een integrale ver
vangende beplanting moet worden zorggedragen, opdat