Groot Bentveld,
merkteken in Hollands duin
'Het was in 1966, dat door toedoen van de toen op
gerichte Vereniging tot behoud van Groot-Bentveld
de schijnwerper werd gericht op het oude huis en
de buitenplaats, waarvoor toen sloopplannen be
stonden. In Heemschut verscheen een tweetal foto's
met bijschrift en de toezegging, dat in een volgend
nummer op de betekenis van Groot Bentveld terug
zou worden gekomen. Inmiddels was het huis onder
de bepalingen van de Monumentenwet geplaatst en
was het gevaar voorlopig geweken. Evenwel werd
door de eigenaars niéts aan het onderhoud gedaan
en de plannen tot bebouwing van de buitenplaats
werden in gewijzigde vorm voortgezet. Nog is het
gevaar voor het huis en het omringende bos, oase
in een steeds dichter bebouwde villawijk, niet ge
weken. Wel stemden Provinciale Staten tegen de
De Ranitzweg, die vlak langs het buiten het auto
verkeer naar Zandvoort moest leiden; maar de
eeuwenoude vijand van de monumenten, de niets
ontziende houtzwam, dreigt toch zijn slachtoffer niet
los te laten.
Er zijn uit de gelederen van voornoemde vereniging
weer bezorgden opgestaan, die nu willen proberen
middels een stichting het voortbestaan van Groot
Bentveld te verzekeren. Contact-adres: R. J. Hobé,
Lijsterstraat 10, Zandvoort.
Inmiddels willen wij proberen, zij het wat laat, de
belofte aangaande dit vooral geschiedkundig zo
interessante huis in te lossen.
Bentveld wordt reeds vermeld in de 10de-eeuwse
registers van de St. Maartenskerk te Utrecht. Hét
gebied valt samen met een vooruitgeschoven eiland
van het oude duingebied, tussen de Aerdenhout en
Zandvoort, een terrein, dat door zijn lage ligging
nogal vochtig was. Uit het „Kuytegat" ontsprong de
Grote Nel, waarvan in 1612 vermeld wordt, dat door
zandophopingen en vervuiling (ook toen al!) veel
wateroverlast werd veroorzaakt in het gebied van
Aerdenhout. Gezien deze vochtige toestand kunnen
wij moeilijk meegaan met de verklaring van de
naam Bentveld, die zegt, dat het een terrein met
droog buntgras zou zijn. Eerder kunnen we ons
verenigen met de verklaring van dr. J. de Vries in
het Etymologisch Woordenboek, die meent, dat bent
afgeleid is van een woord, dat bies betekent
Over een-huis horen we eerst iets in 1596 als hop
man Nicolaas de Leur het huis in erfpacht afstaat
aan Cornelis Symonsz. De Leur mag er blijven
wonen en bepaalt dat er twee paarden gestald kun
nen worden. In 1660 vermeldt het protocol van
Zandvoort, dat Pieter van Alteren, ridder, vrijheer
van Jaersveld, Raad en Fiscaal van de Admiraliteit
binnen de stad Amsterdam, als lasthebber van
Jonkvrouwe Elisabeth van der Nisse, Bentveld ver
koopt aan Michiel Duncombe Esq, ten behoeve van
William Lord Craven van Hampstead, maarschalk
kolonel in dienst van de Republiek sedert 1640.
Cornelia van der Nisse, dochter van een burge
meester van Goes, huwde in 1664 met Willem
Adriaan van Nassau-Odijk, kleinzoon van prins
Maurits, stichter van het fraaie Slot van Zeist. Uit
het voorgaande blijkt wel, dat Groot Bentveld toen
al in aanzien moet zijn geweest. Het huis dateert in
hoofdzaak uit die tijd, hetgeen moge blijken uit
balklagen met moer- en kinderbinten en een ruime