RESTAURATIES BESCHERMDE STADS- EN
DORPSGEZICHTEN
In oktober 1969 richtte het bestuur van de Bond Heem
schut zich tot de Ministers van CRM, van Financiën,
van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, van
Economische Zaken en van Binnenlandse Zaken, én tot
de elf Colleges van Gedeputeerde Staten met een schrij
ven inzake de restauraties van beschermde stads- en
dorpsgezichten.
Ingevolge de Monumentenwet worden gemeenten door
Monumentenbescherming en door het aanwijzen van
beschermde stads- en dorpsgezichten moreel verplicht
tot restauratie van hun eigendommen.
Wij achten dit zeer juist en noodzakelijk, gezien de toe
stand van vele monumenten, die ingrijpen op korte
termijn en vooral nauwgezet doorwerken wenselijk
maakt.
De wil om dit te doen bestaat in brede kring, maar stuit
bij tal van gemeenten op gebrek aan middelen.
Reeds vele jaren komt bij de behandeling van de Rijks
begroting ten behoeve van het Ministerie van CRM het
subsidiebedrag voor de Rijksbijdrage in de monumenten
zorg aan de orde.
Algemeen bekend mag worden verondersteld, dat dit
subsidiebedrag ontoereikend is en dat toezeggingen thans
worden gedaan, maar dat de subsidies pas over vier,
of zelfs vijf a zes jaar kunnen worden uitgekeerd.
Begin september 1970 richtte Heemschut zich terzake
tot de leden van de Staten-Generaal (hierover wordt
elders in dit nummer bericht).
Toch is ook al deze Rijkssubsidie van vitaal belang, ook
in zijn bescheiden vorm. Er wordt tenminste op deze
wijze gelegenheid gegeven tot een continuïteit in de
restauraties, tot het voorbereiden en uitwerken van
plannen en tot het bepalen van prioriteiten.
In de praktijk blijkt toch een wezenlijk probleem te
ontstaan voor gemeenten, die geen sluitende begroting
hebben. Immers, de restauraties kunnen dan, hoewel
gewenst en door die gemeenten aanbevolen, toch niet
uitgevoerd worden. Dat is dan te wijten aan de houding
van Gedeputeerde Staten in sommige provincies, die
zich op het standpunt stellen, dat zij zodanig gehouden
zijn aan de gestelde voorwaarden bij de toekenning van
een aanvullende bijdrage uit het gemeentefonds aan de
gemeenten, dat zij geen enkel besluit mogen goedkeuren,
als dat een verhoging van het begrotingstekort ten ge
volge heeft.
De grote moeilijkheid is, dat bij elke restauratie niet-
subsidiale kosten voorkomen, zodat er een exploitatie
tekort ontstaat en derhalve het begrotingstekort toe
neemt. Zo is het dus mogelijk, dat restauratieplannen
helemaal voorbereid kunnen worden, dat goedkeuring
van de Minister van CRM is ontvangen en dat dan
de restauratie toch niet uitgevoerd kan worden, omdat
de begrotingswijziging niet goedgekeurd wordt.
Dit betekent, dat het toegekende subsidie niet wordt
gebruikt en dat het monument verder vervalt, hetgeen
een ontmoedigende en treurige aanblik levert in het
stads- en dorpsbeeld.
Achterstand wordt groter
Restauratiekosten gaan steeds omhoog door prijs- en
loonstijgingen, dus de achterstand wordt voortdurend
groter en de monumenten blijven roepen om restau
ratie.
Enerzijds treedt de overheid streng op tegen particuliere
eigenaren (die hun monumenten in goede staat moeten
houden) en anderzijds geeft diezelfde overheid monu
menten prijs aan verval door stilstand en onbewoond
heid.
De grievende en zo schadelijke feiten liggen er: kleine
gemeenten met geringe financiële mogelijkheden, maar
met veel monumenten, krijgen te hoge lasten te dragen.
Men moet echter niet uit het oog verliezen, dat be
schermde monumenten tot het nationale bezit behoren
en geen privé of gemeentelijk bezit zijn. Beschermde
monumenten zijn te vergelijken met onderwijs, dat aan
een ieder gegeven moet worden als een nationale zaak.
Denkt men daaraan, dan is duidelijk, dat, bij ontoe
reikendheid van de doeluitkeringen van de gemeente
fondsen, het nadelige saldo, dat hiervan het gevolg is,
in de beschouwingen betrokken dient te worden bij de
aanvullende bijdrage uit het gemeentefonds.
Als de Raad van een bepaalde gemeente voorstellen
aanneemt om kredieten te verstrekken voor restauraties,
wordt de gemeente, als de vereiste hogere goedkeuring
achterwege blijft, in een onmogelijke positie gedrongen.
Sloten (Fr.), een begin van herstel en nu officieel beschermd
stadsgezicht.
12 6