VERWEND
„De automobilist", zei wethouder Hamm toen hij op
4 november de eerste paal had geslagen voor een
parkeergarage aan de Marnixstraat, „is verwend. Hij
ergert zich aan de parkeernood. Maar deze automobi
list is nog niet gewend aan de gedachte dat het niet
alleen geld kost om met een auto te rijden, maar dat
het ook geld kost om een auto te parkeren." De wet
houder kondigde aan dat er waarschijnlijk onder het
museumplein, het Vondelpark en het Amstelveld ook
parkeergarages zullen komen, samen voor 1400 auto's.
Wie wat meer van deze bouwwerken wil weten kan het
vinden in het Stichting Weg-bulletin van september
1969. Daar wordt als globale prijs aangegeven: ruim
6000 per plaats voor een eenvoudige bovengrondse
garage exclusief grondkosten, bij ondergrondse 60 tot
100 duurder; inclusief grondkosten rond 9000 per
plaats. Voordat U verder gaat rekenen doet u goed
eerst voor 2,een klein boekje aan te schaffen, ge
titeld „Autogram", samengesteld door de architect
Marten Bierman en de socioloog Henk Bakker, uitge
geven door „de lastige Amsterdammer," postbus 1936,
in Amsterdam.
...WILT U DE MOTOR. AFZETTEN EN 2£,& VlêlX>
Temidden van de loodzware betogen over het ver-
keers- en parkeerprobleem, doet dit sarcastische „bin-
nenzakboek" weldadig aan. Het prikt vinnig door de
ergernis van de verwende automobilisten heen. Men
kan er een rijke keuze aan citaten in vinden van ge
zaghebbende lieden die op de waanzin van het huidige
autogebruik wijzen, verder verhelderende statistieken,
cartoons en uitspraken van autoriteiten. Een van de
fraaiste voorbeelden van autobezetenheid is het citaat
uit het Vrije Volk van 12 febr. j.1., uit een interview
met J. B. Th. Hugenholtz, directeur van het Zand-
voortse race-circuit: „Laten we toch die grachten
dempen. Daar is toch niets aan verloren. De gevels
blijven toch staan? Houd desnoods één enkele gracht
open voor de toeristen." „Het openbaar vervoer heeft
zijn tijd gehad. Net zoals de stoomtrein heeft afgedaan,
is ook de trein in wezen een zaak van het verleden
geworden." „De mensen willen rijden! Dat de politieke
partijen nog niet hebben ontdekt dat de stemmen van
twee miljoen ontevreden autobezitters braak liggen!
Om nog niet te spreken van de schade aan onze
economie als het verkeer vastloopt." „De overheid
kan zoveel bezuinigen. Laat zij geen cent meer stop
pen in woningbouw, de meeste sociale voorzieningen
opheffen en de ontwikkelingshulp aan de kant doen."
De verdienste van zo'n uitspraak is zijn onthullende
oprechtheid. Wat de heer Hugenholtz beweert, bren
gen talrijke lieden achter het stuur in praktijk: de
bewustzijnsvernauwing van de man-op-wielen, voor
wie niets anders meer bestaat. Het is daarom wel in
teressant hierop enkele citaten te laten volgen van de
Canadees Marshall McLuhan, uit „Mens en Media",
over „de auto, de mechanische bruid." „Als men zou
vragen: zal de auto het houden? of: zal de auto blij
ven bestaan?, dan zou het verwarring en twijfel zaaien.
Vreemd, maar in zo'n vooruitstrevend tijdperk, waarin
verandering de enige constante in ons leven is gewor
den, vragen wij nooit: zal de auto blijven? Het ant
woord is natuurlijk: nee. In het elektrische tijdperk is
zelfs het wiel verouderd. In het hart van de auto
industrie zijn mensen die weten dat de auto zijn tijd
heeft gehad, evenals het met de kwispedoor gegaan
was toen de typiste op het toneel van het zakenleven
verscheen Dat het wiel verouderd is wil niet zeg
gen dat het verdwijnt.
143
