Het „Heerenlogement" te Beusichem Bestelling Fibula-Heemschutboekj es Het begrip „beschermd dorpsgezicht" krijgt plotse ling zinvolle betekenis, wanneer men op een nazomer avond tijdens het invallen van de schemering het dorpsplein oprijdt van het Betuwse Beusichem. Het oude kerkje uit de 15de eeuw met zijn Romaanse toren uit de 13de eeuw, de lage huizen van fraaie architectuur (evenwichtige raamverdeling, unieke snij- ramen boven de deuren) staan in een romantisch waas te dromen rondom het wijde marktplein, waar onopvallend een enkel modern voertuig zich als het ware verschuilt op een schaduwplek. Een van de in het oog vallende panden is het „Hee renlogement" (no. 31) dat dankzij de samenwerking van Gemeente en Rijksdienst voor de Monumenten zorg en, niet te onderschatten, het enthousiasme van enige notabelen bijzonder fraai gerestaureerd de her innering aan oude tijden, de glorietijden van Beu sichem doet herleven. Beusichem wordt reeds in de vijftiende eeuw ge noemd als centrum voor de paardenhandel en is dit door de eeuwen heen gebleven. De paardenmarkt werd niet alleen door Nederlandse kooplui bezocht, maar er kwamen ook handelaren uit Duitsland, Zwit serland, Engeland, zelfs uit Rusland en Arabië. De inwoners van Beusichem namen in hun ruime huizen, rondom het marktplein gelegen, deze vreemdelingen als gasten op; ook in omliggende dorpen nam men zijn intrek en er werden speciale klavervelden aan gelegd om de paarden van voer te voorzien. Na de marktdagen was er 's avonds kermis en men kan zich voorstellen hoe levendig het toeging in het thans zo rustige, landelijke Beusichem, dat niet aan een grote verkeersweg ligt. Toch is Beusichem via Culemborg zeer goed bereik baar en van Utrecht uit directer met het veer over de Lek, een bijzonder mooie tocht. Op het pand Markt 31 is de aandacht gevallen toen Gijsbert van Kempen in 1958 overleed, telg uit de familie van Kempen, die bijna honderd vijftig jaar liet huis bezeten heeft en een bijzondere plaats innam in de Beusichemmer gemeenschap. Het huis, dat in een zeer vervallen staat verkeerde, dreigde gesloopt te worden. Grotendeels daterend uit de 16de eeuw bleek het echter uit bouwkundig oogpunt zeer interessant. De Gemeente kocht het pand in 1961 en in 1966 kon onder leiding van architect Korswagen worden begon nen met de restauratie, die in mei 1969 werd voltooid. Een vierkant torenachtig gebouwtje met een fraai overwelfde kelder zou het oudste gedeelte zijn, een lagere vleugel en een grote stal zouden later zijn aan gebouwd. Na de restauratie is in het huis een restaurant geves tigd, waar men in een sfeervolle omgeving bijzonder gastvrij een oude traditie? bediend wordt. De kleinere ruimten, zoals de opkamer en de daaronder gelegen kelder zijn gehandhaafd en voor ontvangst ingericht. In de stal is een klein theater geopend, waar niet alleen voorstellingen gegeven worden door be roepsgezelschappen zowel muziek als toneel maar waar ook de plaatselijke bevolking bijeenkomsten kan organiseren. Er worden ook tentoonstellingen ge houden, o.a. van 14 januari2 februari 1970 een ten toonstelling van oude tegels: „Kunst in het klein, Nederlandse tegels van ca. 1600-1850". Wanneer men zich wil overtuigen van een geslaagde restauratie, die niet alleen beantwoordt aan het schoonheidsideaal, maar bovendien een cultuurbeoe fening in de ruimste zin mogelijk maakt, stijge men af bij het „Heerenlogement" te Beusichem. Misschien treft men wat mij overkwam twee onder hel groene dekkleden dampende rijpaarden aan, als in vervlogen tijden gebonden aan stenen marktpalen, terwijl de berijders in het logement verpozing zoeken. De impressie is dan volmaakt. H. C. Dr.-C. Teneinde een vlotte toezending van de door de leden te bestellen boekjes uit de Fibula-Heemschutreeks te bewerkstelligen, verzoeken wij u deze bestellingen bij voorkeur via Heemschut-giro (124326, of gemeente giro H 2230) op te géven. Ook bij bankbetaling (Mees Hope) kan de opdracht op het strookje worden vermeldt. Dit voorkomt correspondentie en verzekert snelle af doening. 129

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1969 | | pagina 10