De haven van Breda vóór de demping.
Het simpele bericht in ons aprilnummer van Heem
schut in 1951 weerspiegelt niet de besprekingen en
uitvoerige correspondentie en requestering die daaraan
vooraf gingen.
Wij meldden, dat het Bestuur van onze Bond aan
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant verzocht had
het Raadsbesluit tot demping van de haven van Breda
goedkeuring te onthouden.
Gedeputeerden hebben dit verzoek ingewilligd. Heem
schut was waarlijk niet de enige adressant.
In Breda zelf was een aktieve beweging onder de
burgerij voor behoud van de haven. En zij hadden
daarvoor klinkende argumenten.
Wij zullen niet in herhaling treden.
Zo ziet het Havenplein er na de demping uit.
De Kroon stelde Gedeputeerden (en ons) in het gelijk.
Men zou zeggen dat is duidelijk en daarmee is de
kous af. Niet deze kous.
Opnieuw begon een lijdensweg en hoe is het mo
gelijk in 1960 kwam het antwoord van de Kroon
op ons adres aan de Kroon van 28 juli 1958, dat de
toenmalige Minister van Volkshuisvesting en Bouw
nijverheid de desbetreffende gemeente-verordening tot
demping van de haven niet in strijd met de wet of het
algemeen belang achtte, zodat de Minister geen aan
leiding kon vinden deze verordening voor vernietiging
voor te dragen.
Op grond van esthetisch-stedebouwkundige overwe
gingen heeft de Minister er achteraf bij het gemeente
bestuur op aangedrongen de grootst mogelijke aan
dacht te besteden aan de verzorging van het ontwor
pen havenplein.
Het bestuur van de Bond Heemschut achtte het Bre
dase plan wèl in strijd met het algemeen belang, na
melijk met het onschatbare belang dat met het behoud
van karakteristiek stedeschoon gemoeid is.
In hoeverre Heemschut met deze opvatting gelijk had,
kunt U opnieuw zien (U zag het toch al in Gronin
gen, Leiden, Woerden, Gouda, Utrecht en waar niet?)
als U de hierbij gaande foto's bekijkt. U ziet met
hoeveel zorg en aandacht het gemeentebestuur het
Havenplein behandeld heeft
De tranen schieten je even in de ogen, maar niet van
ontroering!
T.K.
79