Europa Nostra vergaderde in Trippenhuis te Amsterdam
Prins Claus, minister Schut en burgemeester Samkalden op deopeningszitting van het Congres van Europa Nostra.
Op de laatste officiële zitting van het congres werd
een motie aangenomen waarbij de aanwezigen „over
wegende dat het succes van de zesde algemene verga
dering grotendeels te danken is aan: de uitstekende
wetenschappelijke voorbereiding door de Bond Heem
schut, aan de perfecte technische organisatie van de
bijeenkomst en aan de ondervonden hartelijke gast
vrijheid; uiting geven aan hun grote erkentelijkheid
jegens: de voorzitter en het bestuur van de Bond
Heemschut, jegens de nationale en de plaatselijke
overheden, en jegens de heer de Zwaan." Toen kwam
nog zaterdagmiddag een wandeling door Amsterdam
met onder meer bezichtiging van de restauratiewerken
van het Claes Claesz Hofje en van de Nieuwe Kerk,
en zondag een tocht door Noordholland, met bezoeken
aan de Zaanse Schans, Edam, Volendam waar de
lunch werd aangeboden in hotel Spaander en ten
slotte het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen.
Dat was dan het slot van een paar dagen intensief
vergaderen, van vruchtbare contacten en geslaagde
ontvangsten, donderdagavond in het Muiderslot waar
de heer Yperlaan het gezelschap ontving namens de
minister van C.R.M., en vrijdagavond in het museum
Amstelkring namens het gemeentebestuur van Am
sterdam. In het intieme schuilkerkje Onze Lieve Heer
op Zolder beluisterden de congresgangers een concert
van het gezelschap Syntagma Musicum en na afloop
konden zij vanuit een rondvaartboot de verlichting
van de grachten zien.
Deze zesde jaarvergadering van Europa Nostra toonde
opnieuw dat de herstelgedachte in de oude stads- en
dorpskernen veld wint. Onder de organisaties die als
lid werden toegelaten bevonden zich uit ons land de
Ned. Kastelen Stichting en de Stichting Diogenes. Het
voorzitterschap werd overgedragen aan de Britse oud
minister Duncan Sandys, de energieke organisator van
de Civic Trust die door middel van een snel groeiend
aantal plaatselijke dochterinstellingen grote invloed
uitoefent op de verbetering van het stads- en dorps
beeld in Engeland. In verband daarmee zal het secre
tariaat van Europa Nostra dat totnogtoe in Rome was
gevestigd ten kantore van Italia Nostra, voor de ko
mende periode worden verplaatst naar Londen.
Van de op het congres gehouden voordrachten moet
in de eerste plaats het uitvoerige en heldere rapport
worden genoemd dat mej. ir. J. H. Mulder als inlei
ding van de besprekingen had opgesteld aan de hand
van de schriftelijk binnengekomen antwoorden op de
rondgezonden vragenlijsten. Het rapport gaf een over
zicht van de stand van zaken in de verschillende lan
den. Daarop sloten de volgende lezingen aan: over het
werk van de Scottish National Trust die met een be
perkt kapitaal opmerkelijke resultaten bereikt bij de
regeneratie van een reeks fraaie vissersdorpen, over de
moeizame strijd van Italia Nostra tegen machtige
financiële belangen, onvoldoende gesteund door een
gebrekkige wetgeving, over het herstelwerk in Amster
dam dat optornt tegen verval en verouderde plannen,
over winsten en verliezen die de Society for the Pro-
tection of Ancient Buildings bereikte, over de toe
komst van het Hallenkwartier in Parijs, over de her
leving van het Schnoorviertel in Bremen en over de
financieringsmethode van de Amsterdamse Mij. tot
Stadsherstel. Zowel de inleidingen als de discussie wa
ren voor de deelnemers uitermate leerzaam; moeilijk
heden die in het ene land onoverkomelijk schijnen,
blijken elders door een iets andere organisatievorm of
wettelijke bepaling te zijn voorkomen.
Enkele algemene wenselijkheden werden in resoluties
vastgelegd om in het najaar in de ministersconferentie
ter discussie te worden gesteld. Een daarvan had be
trekking op de wettelijke en fiscale maatregelen ter
82
