GEMEENSCHAPPELIJK COMMENTAAR OP
VAN DE TWEEDE NOTA OVER DE AMSTER
Opgesteld door vertegenwoordigers van het Genoot
schap Amstelodamum, het Genootschap Architec-
tura et Amicitia, de Maatschappij Arti et Amicitiae,
de Bond van Nederlandse architecten kring Amster
dam, de Nederlandse Federatie van Beroepskunste
naars, de Stichting Diogenes, de Vereniging voor
Heemkennis „Ons Amsterdam", de Bond Heemschut,
de Vereniging „Hendrick de Keyser", de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam, de
Stichting Nieuw Beelden, het Koninklijk Oudheid
kundig Genootschap, de directie van de Amsterdamse
Maatschappij tot Stadsherstel nv, het Sociaal cultu
reel wijkcentrum „d'oude stadt".
Dit commentaar wordt tevens onderschreven door
de Werkgroep Amsterdam 1975, de Vereniging
„Levend Monument" en de Stichting Stadskern,
welke groeperingen aan het overleg deelnamen.
Op 16 augustus 1967 werden woordvoerders van de
organisaties die bij de opstelling van dit commentaar
betrokken zijn, uitgenodigd om in een openbare ver
gadering van de raadscommissies voor Volkshuisves
ting en Publieke Werken als deskundigen hun me
ning te geven over het voorstel van de raadsleden
Brinkgreve, Nipperus en Rossen d.d. 9 mei 1966,
nr 428, inzake wijziging van de verordening tot vast
stelling van voorschriften ex artikel 43 der woning
wet voor de oude stad, en haar toepassing, en het
preadvies van burgemeester en wethouders over dit
voorstel cl.d. 3 maart 1967.
De sprekers beperkten zich niet tot het betreffende
voorstel en het preadvies doch brachten de totaliteit
van het stedebouwkundige beleid ter discussie, zowel
in de binnenstad als ten aanzien van de stad in haar
geheel. Hoewel zij de binnenstadsproblematiek langs
verschillende wegen benaderen bleken er toch aan
knopingspunten te zijn voor een gemeenschappelijk
standpunt. Het vrij algemeen gevoelde onbehagen
over de huidige gang van zaken, vond zijn grondoor
zaak in het ontbreken van een duidelijke visie op
de toekomst van de stad, in het bijzonder van de
binnenstad. Komt een dergelijk toekomstbeeld niet
spoedig tot stand, zo meenden meerdere sprekers,
dan loopt Amsterdam groot gevaar zijn centrum
functie in ons lancl en zijn plaats als stedebouwkun
dig monument van wereldbetekenis te verliezen.
Op initiatief van het Genootschap Architectura et
Amicitia kwamen vertegenwoordigers van de voor
de hearing uitgenodigde organisaties sindsdien her
haaldelijk bijeen om elkanders standpunten beter te
leren kennen en te zoeken naar een gemeenschap
pelijke basis, die zou kunnen dienen voor een con
structief commentaar op de in het vooruitzicht ge
stelde nota inzake de binnenstad. Als voorbereiding
hebben verschillende deelnemers criteria opgesteld
waaraan volgens de inzichten van hun groep een
adequaat binnenstadsbeleid zou moeten voldoen.
Opnieuw viel daarbij op dat ondanks de uiteraard
verschillende benadering duidelijke overeenkomst
op tal van essentiële punten bleek te bestaan.
Vrijwel alle deelnemers aan deze gesprekken onder
steunden de door enkelen hunner in het voorjaar
ig68 ondernomen stappen bij het gemeentebestuur
om de slopingen in het gebied van het plan Nieuw-
markt op te schorten tot de aangekondigde nota
binnenstad zou zijn verschenen en de te verwachten
openbare meningsvorming zou hebben plaats ge
vonden. Met erkentelijkheid zij hier vermeld dat het
gemeentebestuur aan dit verzoek gehoor heeft gege
ven. Het gesprek over de uitgangspunten waarop de
herziening van het plan-Nieuwmarkt zou moeten
berusten wordt thans gevoerd in een hiertoe samen
gestelde werkgroep uit de Raad voor de Stedebouw.
Ook ten aanzien van de stadsspoorwegplannen heb
ben de gesprekken geleid tot een gemeenschappelijk
standpunt van de meeste deelnemers, welk stand
punt in twee adressen aan het gemeentebestuur werd
kenbaar gemaakt.
Op grond van de in onderling overleg gewonnen
inzichten en gegevens is het bijgaande commentaar
door een redactie-commissie geformuleerd en door
vertegenwoordigers van de genoemde organisaties
onderschreven. Detailkritiek is in het algemeen ach
terwege gelaten. De opstellers hopen dat het resul
taat van hun werk een bijdrage zal leveren tot het
vinden van de juiste weg voor Amsterdam.
ALGEMENE OPMERKINGEN OVER WAT
HET VOORONTWERP-NOTA WEL EN NIET
BEVAT
Grote waardering verdient het voorontwerp-nota
voor de uitvoerige en overzichtelijke documentatie.
Het stuk geeft een inventarisatie van gegevens die
voor een goede beoordeling van de situatie nood
zakelijk zijn. Geen antwoord wordt echter gegeven
op de vraag hoe de gestalte van de binnenstad zal
worden, in verband met de door haar in de toe
komst te vervullen functies. Ook wordt geen uit
sluitsel gegeven over de volgorde en de wijze van
voorbereiding, het uitvoeringstempo en de financie
ring van de nodige bestemmingsplannen. Het ont
breken van uitspraken hierover kan ook positief
gewaardeerd worden als gevolg van de bedoeling het
voorontwerp een cliscussie-stuk te doen zijn, waarop
eerst de reacties van de burgerij worden afgewacht,
36