aan de lijst toe te voegen. De definitieve lijst is nu vastgesteld met in totaal ongeveer 160 monumen ten binnen de veste, hetgeen er tien meer zijn dan was voorgesteld. Twee percelen werden geschrapt, het pand Markt straat 64 en de oude consistorie van de Grote kerk, Sint Annastraat 2, die in het kader van de kerkrestauratie reeds was gesloopt en door een beter passend gebouw was vervangen. Opmer kelijk is, dat de z.g. Havenaanleg met kademuren, beschoeiingen, trapje, enz. aan de lijst is toege voegd, om het behoud van deze karakteristieke elementen in het vestingbeeld te verzekeren. Ook het omstreden pand Raadhuisstraat 22, het huis met de stut, het trapgeveltje is deel gaan uitmaken van de definitieve lijst. Markelo had bezwaren Markelo had bezwaren, vooral omdat men in de gemeenteraad vreesde, dat de modernisering van de oude boerderijen door het op de monumenten lijst plaatsen in de weg zouden worden gestaan. Ook hier kwam weer de opmerking naar voren, dat, als men eenmaal zijn pand op de lijst heeft staan, daar niets meer aan mag worden veranderd. Weer een typisch voorbeeld van onvoldoende voorlichting, want zo ligt het niet; er mag niets worden veranderd zonder toestemming van de be voegde instanties. Die toestemming kan niet alleen in onderling overleg gegeven worden, maar is reeds verschillende malen gegeven en veelal tot beider genoegdoening, d.w.z. mogelijkheid tot mo derner bedrijfsvoering en behoud van de schoon heid van het pand zelf, mede gezien in zijn om geving. De burgemeester gaf ter zake overigens een duidelijke uiteenzetting. Het raadslid, tevens voorzitter van de plaatselijke VVV, stelde rigou reuze bekorting van de monumentenlijst voor, uiteraard tot grote verbazing van de burgemeester die terecht meende van een voorzitter van de VVV een ander geluid te mogen horen. Het is overigens opmerkelijk dat de Alg. Ned. Ver. v. Vreemdelingenverkeer en verschillende plaatselij ke VVV's die in 1911 behoorden tot de oprichters van de Bond Heemschut, zich nu op het terrein van de monumentenzorg zo weinig roeren en zelfs zo weinig tot aktie zijn te bewegen. Men staat wel snel klaar om de vruchten van geslaagde en moei zaam tot stand gekomen restauraties te plukken door deze in hun folders op te nemen. Wat meer activiteit om de verdere aftakeling van hun steden en dorpen te helpen tegengaan zou voor de heem schutszaak een goede steun zijn en voor de schoon heid van stad en dorp een zegen. Een der raadsleden, die kennelijk nooit gehoord had van roerende monumenten, maakte bezwaar tegen het op de lijst plaatsen van het doopvont van de kerk. Hem stond waarschijnlijk scherper voor ogen het grote aantal doopvonten, dat in de 19de eeuw evenals kerkkronen versjacherd is. Hij althans vond het geen monument. Besloten werd de minister te adviseren: 5 boerderijen, 2 schuren, een café en een doopvont niet op de lijst te zetten. De beslissing is aan de minister. Het ontwerp stadhuis van Amsterdam Het Algemeen Handelsblad schrijft hierover: „Van groot belang zou nu zijn, dat vóór de Raad een uitspraak doet over het wel dan niet uitwerken van het voorgestelde plan, men van bevoegde zijde een uitspraak verlangt, hoe men eventuele bouw zou willen begeleiden (Door een Nederlands bouwbureau? Wie?), dat men een globale, maar eerlijke schatting maakt van de kosten en dat men een duidelijk beeld schetst, wat er precies met de eventuele realisering van dit bouwwerk wordt op gelost. Bovenal zou het goed zijn als de Raad een maquette te zien kreeg van het voorgestelde bouw werk uitgevoerd met muurdoorbrekingen, glas (onder andere het „Rembrandtieke" lichtbruine glas) en materiaalgebruik, de schrik zou het stads bestuur om het hart kunnen slaan". Overigens zou het stadsbestuur van Amsterdam hier geen nieuwe weg mee inslaan. De maquette (geheel demonteerbaar) van het oude stadhuis op de Dam is nog steeds aanwezig en wel in zo'n staat dat deze waardevolle aanwijzingen kon geven bij de onlangs voltooide restauratie. Het was oudtijds gebruikelijk voor belangrijke gebouwen, zoals het Trippenhuis, stadspoorten, toren, e.d., maquettes te laten maken en wel op zo redelijke schaal, dat men er een oordeel over kon krijgen. Bakkersstraat in de mist Onder dit kopje schrijft Bert Bommels in Het Parool en noemde het onbevredigend, dat door een verkregen raadsfiat bouwheer Caransa een vrijbrief had gekregen om de bijl in Het Wijnvat te zetten, ook al had de wethouder beloofd dit nog even op te houden. De bezwaren tegen de procedure, aldus B. Bommels, betekenen nog geen verzet tegen een verbreding van de Bakkersstraat. Als de Reguliersbreestraat voor het verkeer wordt afgesloten, zal het onvermijdelijk zijn de Bakkers straat wat ruimer te maken. Technisch gezien is de afbraak van Het Wijnvat daarom nog geen ramp, want deze ruimte zal waarschijnlijk moeten wor den gewonnen. Het zou in dit stadium wel een ernstige zaak zijn als ook het Gouden Hoofd (aan de andere kant van de Bakkersstraat) zou worden gesloopt. Volgens het oude plan zou dat nodig zijn om de straat op een breedte van ongeveer 30 meter te brengen. Gezien de beperkte verkeers capaciteit van de Utrechtse en Amstelstraat lijkt een zo brede Bakkersstraat een zinloze zaak. We mogen daarom hopen, dat het gemeentebestuur het 3

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1969 | | pagina 7