historische schoonheid. Daaraan is de naam Heemschut onverbrekelijk verbonden, en Heem schut moet zich bij dit werk gesteund weten door een netwerk van plaatselijke organisaties. Beheer van onroerende goederen is een andere zaak dan het opstellen van goed gefundeerde adressen. Al haalt men er de beste makelaar en architect bij, de eigenaarstaak ten opzichte van meestal bouwvallige monumenten is niet licht, en het werk dat een restauratie meebrengt op het gebied van contacten met diverse overheidsinstan ties vergt een hoeveelheid ervaring die men pas najaren krijgt. De overheid van haar kant heeft de monumenten-bezittende instellingen hard nodig. Zij doen het pionierswerk, zij durven de moeilijke objecten aan waarvoor geen particulier te vinden is, en ze geven het voorbeeld dat, als het lukt, door particuliere eigenaars wordt nagevolgd. De Stichting Het Dorp Velsen geeft door haar be stuurssamenstelling reeds blijk van deze band: de bestuursleden worden door Burgemeester en Wet houders benoemd, voorts wijzen G.S. en de minis ter van C.R.M. ieder een bestuurslid aan. De samenwerking tussen het rijk en de gemeente komt ook tot uiting op het planologische vlak. Be gin 1968 heeft de gemeente Velsen een bestem mingsplan voor de kern van het dorp laten opstel len. Dit plan beoogt de waardevolle gebouwen de kerk, het oude mannenhuis, een paar dozijn woonhuizen zowel op zichzelf als in hun situatie te handhaven. De Rijksdienst voor de Monumen tenzorg bereidt van zijn kant de vaststelling voor van een beschermd dorpsgezicht op grond van de Monumentenwet. Is deze procedure voltooid dan zal het bestemmingsplan daarbij worden aange past. Door het een en ander wordt niet alleen de aard van de bebouwing vastgelegd, maar ook de wegverharding, de beplanting, de verlichting, de hekken e.d. Het zal verboden zijn de grond te ge bruiken voor de opslag en het verhandelen van goederen, auto's inbegrepen, schroot en afval. Voor de op de monumentenlijst vermelde panden is de bestemming aangegeven, in hoofdzaak gezins woningen en ateliers, winkels, hotel-restaurant. Dat het vele jaren duren zal voor het bestemmings plan geheel gerealiseerd zal zijn ligt voor de hand. Maar de richtlijn staat vast, ongewenste ontwikke lingen kunnen worden voorkomen. Het tempo van uitvoering hangt natuurlijk af van de beschikbaar komende geldmiddelen. Wie geen oog heeft voor het bijzondere van zulk een min of meer toevallig gaaf gebleven dorp zal over al deze inspanning voor een kerkje en een handvol huizen geërgerd zijn schouders ophalen. Dat wordt, zo heet het dan, een museum. Het leven krijgt er geen kansen. Inderdaad is hier een ontwikkeling geblokkeerd die elders vrij haar gang kan gaan. Het is een feit, triest maar waar, dat het architectonische niveau van wat er in de dorpen en de kleine steden nieuw gebouwd wordt, enkele uitzonderingen daargelaten, nog veel lager ligt dan in de grote steden. Ons land wordt gestadig saaier in zijn naoorlogse uitbreidingswijken en -wijkjes, en steeds lelijker in zijn bebouwde kommen van voor 1940. De bouwproductie is enorm, het deel daarvan dat iets met bouw kunst te maken heeft angstig klein. De rest is, op zijn best, kundig, glad commercieel maakwerk. Deze mening leeft niet alleen in de Heemschut-kring, men kan haar minstens zo stellig in de architectenwereld beluis teren. In de discussie over het recht van de mensen 134

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1968 | | pagina 10