t den gebracht door Prof. dr. Albers van de Techni sche Hogeschool in München. Hij plaatste het on derwerp in het leader van de verandering van het begrip „stad". De tegenstelling tussen stgi;cl» en land verdwijnt. In de stedelijke gebieden krijgen de vroe gere steden, waarvan het weefsel nog in grote trek ken in stand bleef, nieuwe kern functies. Dit is een essentieel punt, functieverlies betekent immers on herroepelijk economische, sociale en bouwkundige achteruitgang. Het inpassen van nieuwe bestemmin gen is geen privézaak van de eigenaars, maar een be langrijk punt van overheidsbeleid. Sociale waarde bepalingen en historisch erfgoed moeten daarin hun plaats hebben. Voor de monumentenzorg bete kent dit de stap van de museale zorg voor het geïso leerde gebouw naar de ruimtelijke ordening en de revalidatie van complexen en stadswijken. Ook hierin is een nieuwe benadering nodig. Het beste voorbeeld van de museale visie op het vraag stuk is Williamsburg, de oude hoofdstad van Virgi- nia, U.S. die geheel in koloniale stijl is gerestaureerd, c.q. herbouwd en ingericht. Hoe waardevol ook, geeft deze methode geen richtlijn voor onze taak de historische continuïteit te handhaven in de stedelij ke kerngebieden. Daarvan zijn kernmerken de keuze uit vele mogelijkheden, de uitdrukking van indi vidualiteit en de gelegenheid tot identificatie, ei genschappen die nieuwe stadswijken missen. Over de betekenis die locale verenigingen kunnen hebben verstrekte Dr. Middleton van de Engelse Ci- vic Trust waardevolle informaties. Deze plaatselijke verenigingen in Engeland variëren sterk van om vang en doelstelling, sommige richten zich*op her stel van bepaalde gebouwen of wijken, andere ijveren voor verbetering van het stadsbeeld, behoud van natuurschoon of voorlichting aan de burgerij. Thans zijn er 650. Zij hebben een losse band met de Civic Trust. Grote aandacht trok het overzicht dat Heemschut's penningmeester J. A. de Zwaan, gaf over de strijd om de binnenstad van Amsterdam in de laatste twee jaar. Drie gebeurtenissen, zo be toogde de Nederlandse vertegenwoordiger, geven hoop dat in de gestage afbraak van het Amsterdam se stadsschoon door de grote bedrijfsgebouwen van slechte architectuur, een kentering gaat komen. De eerste is cle nota over het welstandstoezicht van Mei 1966, met het daarop volgende preadvies van B. en W. en de hearing van augustus 1967, de tweede is de enorme reactie op het bouwplan van de Algeme ne Bank Nederland in december 1966, de derde de handtekeningen-actie Amsterdam 1975. Deze drie fasen in de strijd getuigen van een sterk groeiende belangstelling, tot ver buiten de eigen Heemschut kring. Het behoud van de karakteristieke sfeer van de binnenstad is een zaak geworden waarvoor tien duizenden jongeren warm lopen. In tegenstelling tot de vaak wat theoretische be schouwingen die op internationale congressen nu eenmaal onvermijdelijk zijn, had de uiteenzetting van de heer de Zwaan de directheid van een repor tage, en de belangstelling die hiervoor bestond bleek uit vele vragen om de tekst en om afdrukken van de Amsterclaad-advertentie. Het volgend jaar zullen de vertegenwoordigers van de Europese zusterorgani saties zich ter plaatse op de hoogte kunnen stellen, want in 1969 wordt het congres van Europa Nostra in Amsterdam gehouden, op uitnodiging van de Bond Heemschut. Dan zal het vraagstuk meer van de praktische kant worden bekeken, vooral wat de financiële en organisatorische aspecten betreft. Wanneer men poogt van dergelijke congresdagen een balans op te maken dan zijn er zelden directe resultaten te noemen. Er worden natuurlijk resolu ties vastgesteld. Het adres waaraan Europa Nostra die stukken richt is de Raad van Europa te Stras- bourg. En het is inderdaad van belang dat de schoonheid van de oude europese steden als een zaak behandeld gaat worden die niet in betekenis onderdoet voor kolen en staal of landbouwproduc ten, een zaak op internationaal niveau, die meer aandacht, zorg en geld moet krijgen omdat zij wezen lijk is voor het welzijn van ons Europeanen. G.B. 71 Renaissancevleugel van hei Oucle Hof (1576) nu museum

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1968 | | pagina 9