velbekroning wordt samengesteld die in het stads
beeld past; en dat in twee naast elkaar gelegen pan
den de ramen niet op gelijke hoogte worden aange
bracht en niet van gelijke afmetingen zijn. Dit gaat
een heel eind in de richting van de wijzigingsvoor
stellen inzake het welstandstoezicht die in 1966 door
drie raadsleden werden ingediend.
De uitvoering van het plan zal, zo werd met nadruk
door de wethouder betoogd op de in het voorgaande
genoemde persconferentie, een grote mate van mede
werking vereisen van de zijde der eigenaars.
De gemeente wil niet meer onteigenen dan strikt no
dig is. Wil deze wens in vervulling gaan dan zal de
gemeente voor het overleg met de belanghebbenden
nieuwe soepele vormen moeten vinden. Met „voor
lichting" in één-richtingsverkeer komt men er niet.
De eigenaren van bedrijfspanden hebben begrijpelij
ke bezwaren: het totstand brengen van vervangende
bedrijfsruimte tegen een aanvankelijk lage huur kan
veel onrust opvangen. Een belangrijk punt is ook het
huurpeil. Het restaureren van monumenten is duur,
en dit betekent dat, na aftrek van alle subsidies, de
huren vele malen hoger worden dan eerst. Nu mag
niemand verwachten dat hij een aan hedendaagse
eisen beantwoordende woning krijgt voor de huren
van 10 of minder per week die nu in de oude
huizen nog voorkomen. Het woningwetniveau moet
het minimum zijn.
Zou een deel van de huidige bevolking in de buurt
willen blijven wat in vele opzichten wenselijk is
dan zullen er ook woningwetwoningen moeten ko
men in een architectonische vorm die past in het
stadsbeeld. Het plan-Bethaniënbuurt biedt hiervoor
maar weinig, te weinig ruimte. Daarom is het nodig
dit plan niet als een geïsoleerd geval te zien, als een
soort zoethouder voor de monumentenbeschermers,
maar als een experiment dat als voorbeeld voor an
dere bestemmingsplannen zal moeten dienen, en dat
meteen in verband gebracht wordt met wat er in de
omgeving gaat gebeuren. Op één punt wijst de toe
lichting al in die richting: „gelegenheid tot parke
ren zal elders moeten worden gecreëerd. Het ligt o.a.
in de bedoeling in het gebied ten oosten van de
Nieuwmarkt een parkeergarage op te richten." Op
het ogenblik kunnen een paar geparkeerde auto's de
smalle straatjes van de Bethaniënbuurt volledig
blokkeren. De gedachte is echter dat de vernieuwde
woningen in de Bethaniënbuurt zo duur zullen zijn
dat de aspirant-bewoners dan ook een parkeerplaats
in de omgeving zullen eisen. En aangezien voor het
gebied aan de overzijde van de Nieuwmarkt nu een
maal een plan tot massale sloping is vastgesteld kan
daar de parkeergarage komen. Een begrijpelijke maar
inconsequente en verouderde gedachte. De vraag of
er parkeergarages in de binnenstad gebouwd moeten
of kunnen worden kan niet incidenteel aan het plan-
Bethaniënbuurt worden gekoppeld. Daarvoor zal
een algemeen parkeerplan moeten komen, niet al
leen voor de binnenstad maar ook voor de ten dele
saneringsrijpe 19de eeuwse wijken, en niet minder
WOMMK
voor de grote woonbuurten uit de periode 1920
1940, want nergens is voldoende ruimte voor de groei
ende autozwerm. Veel belangrijker dan de nabijheid
van parkeergelegenheid is voor de verbetering in het
woonklimaat de nabijheid van veel en veelsoortige be
woners. Wonen in de binnenstad betekent iets wezen
lijk anders dan wonen in een buitenwijk waar men
sen van dezelfde inkomensgroep en dezelfde leefwij
ze in gelijksoortige woningen gehuisvest zijn. Wonen
in de binnenstad betekent de nabuurschap van aca
demicus en ongeschoold werkman, kleine midden
stander en student, van kunstenaar en ambachts
man, gemengd met allerlei nering en bedrijf. De bin
nenstad heeft minder auto's en meer bewoners nodig.
Daarom is het inconsequent aan de westzijde van de
Nieuwmarkt de monumenten te herstellen en de
woonfunctie te bevorderen, en aan de oostzijde een
verouderde verkeersdoorbraak uit te voeren die om
zoomd moet worden door volstrekt uit de schaal val
lende bedrijfsgebouwen.
De zone van het wederopbouwplan-1965 zit al vol
lege plekken. Het slagen van het plan-Bethaniën
buurt zou wel eens kunnen afhangen van de bereid
heid om het plan-Nieuwmarkt in dezelfde richting
om te buigen, en om claar woningwetwoningen te
bouwen voor de mensen die van oudsher thuishoren
in dit deel van de stad, ter weerszij van de Nieuw
markt. Op deze eerste stap naar reconstructie van de
binnenstad moeten de tweede en de derde volgen, en
daarvoor is correctie van door de ontwikkeling ach
terhaalde besluiten voorwaarde en toetssteen.
G.B.
35
De Barndesteeg, de voetgangersdrnkle zal door het plan ver
lost luorden van hel anlogevaar. foto Dienst P W.)