Haantje op de toren
Regelmatig verdwijnt er ergens een windvaan van
een torenspits. Jaar in jaar uit wijst het goudblin-
kende voorwerp de windrichting aan en dan
plotseling verdwenen. Een paar mannen zonder
hoogtevrees hebben de toren beklommen en de
windvaan meegenomen.
„Dat hoort bij ons beroep", vertelt de heer C. Vinke,
bedrijfsleider van de koperslagerij A. Jobse uit Mid
delburg. Dit bedrijf heeft zich gespecialiseerd in
het restaureren van oude en het maken van nieuwe
windvanen. Langs smalle laddertjes klauteren de
koperslagers tot aan het spitsje van de toren. Hoog
in de lucht balancerend maken zij de zware wind
vaan los.
Enige tijd geleden hebben de koperslagers de wind
vaan van het stadhuis te Veere naar beneden ge
haald. Het oorlogschip, dat als herinnering aan de
glorie van het vroegere handelsstadje op de stadhuis
toren stond, was zwaar beschadigd. „Zoals zovele
andere, zat ook deze windvaan vol kogelgaten", ver
telt de heer Vinke glimlachend. „De mensen heb
ben er kennelijk lol in de windvaan op de toren
te beschieten."
De Veerse windvaan was zo zwaar beschadigd dat
de koperslagers diep in de geschiedenis moesten dui
ken om erachter te komen wat de originele vorm
van de windvaan was. In een oude beschrijving van
de bouw van het Veerse stadhuis lazen zij dat de
windvaan uit 1597 stamt. Ook ontdekten zij dat het
schip bij de laatste restauratie in 1933 verkeerd ge
tuigd was. Hoe het schip dan wel getuigd moest
zijn konden de koperslagers nergens vinden. Er
moest een oude zeekapitein aan te pas komen om
de landrotten uit de brand te helpen. Hij gaf
de mannen van de firma Jobse een lesje in de tui
gage van oude zeilschepen. De oude zeerob vertelde
de koperslagers dat de Veerse oorlogsbodem „vier
kant getuigd" moest worden. Daarna konden de
mannen de windvaan in zijn originele vorm terug
brengen.
Met de werkzaamheden yan de koperslagers is de
windvaan nog niet gereed. Er moet nog een laagje
bladgoud op aangebracht worden, wat de firma
Jobse echter niet zelf doet. Dit speciale werk wordt
uitbesteed aan de heer J. A. van Pagée. „Het is zo'n
beetje mijn hobby", vertelt de heer van Pagée,
„Mijn vader en grootvader cleden dit werk ook al."
Met uiterste precisie plakt de heer van Pagée cle
velletjes 23-karaats goud op cle windvaan. De goud-
blinkende windvanen kosten een aardig kapitaaltje.
„Wanneer het Veerse oorlogschip straks gereed is
komt er voor zo'n 10.000 gulden op de toren van
het stadhuis te staan", zegt de heer J. M. Jobse.
De koperslagers uit Middelburg hebben bekendheid
in heel Nederland gekregen. Ze reizen overal heen,
wanneer er maar een windvaan op de toren zit. „Je
moet liefde voor dit vak hebben", zegt cle heer
Vinke. „Ook teamgeest. Als je die twee eigenschap
pen niet hebt kan je nooit samen met een ander
een toren beklimmen. Op de wiebelende ladder kan
je geen onenigheid krijgen."
„Er was eens iemand, zijn naam noem ik maar niet,
die het wel leuk vond eens mee te gaan naar boven",
vertelt de heer Jobse. De man is dapper met de
koperslagers tot aan het spitsje van de toren ge
klommen. Maar naar beneden durfde hij niet meer.
Hoe langer hij in cle diepte keek, hoe angstiger hij
werd. De koperslager hebben er toen maar korte
metten mee gemaakt. Als een windvaan hebben ze
de man op hun nek genomen en langs de steile lad
dertjes naar beneden gesjouwd. „Die gaat nooit
meer naar een torenspits", zeggen de torenbekiim-
mers lachend.
Het werkterrein van de Middelburgse koperslagerij
ligt niet alleen op torens, maar ook boven in de
lantaarnpalen. Vele gemeenten willen de modellen
van de gaslantaarns in de oude wijken handhaven.
De gaslantaarns passen in de sfeer van grachten en
trapgeveltjes. De moeilijkheid echter was dat de lan
taarns van ijzer zijn en daardoor te veel aan onder
houd kosten. „Wij zijn de modellen van de oude
gaslantaarns van koper gaan namaken", vertelt, de
heer Vinke, „Onze lantaarns kunnen niet roesten."
in allerlei plaatsen zijn deze „elektrische" gaslan
taarns te zien. „We zijn nu aan het marktplein van
Delft bezig", zegt de heer Vinke trots. „Bij de vol
gende taptoe zullen onze „oude-nieuwe" lantaarns
branden."
BEN VAN DER VELDEN
43