financiële risico's kunnen veroorloven, maar óók
dat het oude monument, dat in staat van verval is
geraakt, niet wacht met instorten, totdat in een toe
komstig begrotingsplan de subsidie uitgekeerd kan
worden.
Wij zijn ons volkomen bewust, dat allerwege op de
regering beroepen worden gedaan om meer subsi
dies, om grotere uitgaven. Wij zijn ons ook bewust,
dat dit de neiging oproept bij die regering, om ons
in de lange rij van dergelijke aanvragers terug te
zetten om onze beurt af te laten wachten.
Wij vragen hen, die deze opvatting huldigen, wèl te
beseffen, dat het hier allerminst om een eigen be
lang gaat, of om objecten die ongestraft op de
wachtlijst kunnen worden gezet.
De zorg voor onze monumenten is een nationale
culturele zaak, bij wet vastgelegd, met een element
van urgentie en van onvermijdelijkheid, die ver
plichtingen schept.
Als Bond Heemschut achten wij ons verplicht er op
te wijzen, dat de taak van de Monumentenzorg op
dit ogenblik niet naar behoefte wordt vervuld. Dit
niet uit onwil of gebrek aan medewerking van de
burgerij, maar door financieel onderwaarderen van
de harde feiten.
Monumenten vormen het gezicht en het karakter
van steden en dorpen, revalidatie van stadskernen
draagt bij tot verbetering van de volkshuisvesting,
evenwichtiger bewoning van stadskernen èn kan bij
dragen tot gezonder verkeersafwikkeling.
Slopen is een eenmalige, afbrekende, een negatieve
bezigheid.
Er is ook behoefte aan een Monumenten-rampen
fonds, een fonds dat, naast de gewone orde van sub
sidieverlening bij normale aanvragen, kan ingrijpen
in noodgevallen, als de eigenaren hun aandeel niet
kunnen opleveren en daardoor het monument dreigt
ten onder te gaan.
Al ware het maar, dat vanwege een dergelijk ram
penfonds voorlopige voorzieningen konden worden
getroffen, om het direct verloren gaan van het mo
nument te voorkomen, tot het ogenblik waarop een
reguliere restauratie tot stand kan worden gebracht.
LEDEN
Het is verheugend dat de jaarlijkse aanwas van
nieuwe leden groeit. Wij zien dat uiteraard als een
gelukkige toeneming van de belangstelling voor de
schoonheid van eigen land, op de wijze zoals de
Bond Heemschut die wekt.
Het aantal gewone leden, dat zijn de verenigingen
en lichamen, die ieder een deel van de Heemschut
gedachten nastreven, nam toe van 272 naar 284.
Het aantal donateurs kwam van 119 op 130 en het
aantal buitengewone leden, zijnde particulieren die
hun individuele belangstelling voor het Heemschut
werk tonen en daaraan willen bijdragen, groeide
van 3730 naar 4100.
In het totaal is daarmee bij de afsluiting van dit
jaarverslag een aantal van 4510 bereikt.
Hoewel alle leden het geïllustreerde tijdschrift
„Heemschut" ontvangen en dit de afgelopen jaren
voortdurend aan prijsstijging onderhevig was, heeft
het bestuur toch besloten niet tot contributieverho
ging over te gaan, in het vertrouwen, dat de leden
die daartoe financieel in staat zijn, hun contributie
vrijwillig op een hoger bedrag dan 10,— per jaar
willen brengen en zij, voor wie dat minder past, be
reid zullen zijn bv. door het aanbrengen van één of
meer nieuwe leden hun aandeel te leveren.
De Bond kan nóg zo veel voornemens hebben, die
door zijn idealen worden ingegeven, zonder een ge
zonde financiële grondslag kan nu eenmaal niet ge
werkt worden. Die grondslag ligt bij de eisen die
thans aan de Bond Heemschut worden gesteld, op
tenminste 10.000 leden.
Ten slotte maken wij onze leden opmerkzaam, dat
in de toekomst oproepen voor jaarvergaderingen en
Heemschutdagen niet meer afzonderlijk per druk
werk worden toegezonden. De verhoogde porto
kosten betekenen een dergelijke financiële uitgave,
dat wij genoodzaakt zijn onze oproepen in het ver
volg in ons orgaan op te nemen.
BESTUUR
De algemene ledenvergadering gehouden op 5 juni
1965, herkoos voor een zittingstermijn van vijf jaar
de dames E. F. van den Ban en Ch. Noë, en de heren
Bicker Caarten, Boost, Meischke, Overdijkink,
Trouw en Zanstra.
Op voorstel van het dagelijks bestuur werden in die
zelfde ledenvergadering als nieuwe leden gekozen
de heren: Van der Flier, Ketelaar, Van der Linde
van Sprankhuizen en Rienks.
Mr. B. P. Baron van Harinxma thoe Slooten stelde
zich niet herkiesbaar, wij zijn hem dank verschul
digd voor zijn aktieve en zeer gewaardeerde mede
werking.
Thans zijn 34 van de 35 statutair toegestane plaatsen
in het algemeen bestuur bezet.
Het algemeen bestuur kwam bijeen op 11 december
1965 èn op de ochtend van 7 mei, beide vergaderin
gen werden gehouden te Amsterdam. Deze vergade
ringen werden bijgewoond door leden van de provin
ciale commissies.
COMMISSIES
De Commissie Stad en Dorp Limburg werd her
opgericht en vergaderingen werden bijgewoond door
de voorzitter en de algemeen adviseur.
Zoals reeds werd vermeld onder „bestuur", woonden
voorzitters en secretarissen der commissies de alge
mene bestuursvergadering in december 1965 bij.
Namens de Bond Heemschut werd door de heer De
Zwaan zitting genomen in de stichting de West-
Friesche Molens.
De Centrale Commissie Stad en Dorp, de Commis
sie De Weg in Het Landschap en de Commissie
Bevordering Heemschutgedachte brengen in de al
gemene ledenvergadering afzonderlijk verslag uit.
68