en zeer ingrijpend gerestaureerd. Deze historische
oliemolen uit 1670 staat vlak bij de plaats waar
zich in de 80-jarige oorlog de werkelijke „Schans"
bevond, die door Sonoy met succes tegen de Span
jaarden werd verdedigd.
Tegenover de Ooievaar, aan de andere oever van
de Zaan, staat de prachtige meelmolen „De Dood"
eveneens door activiteiten van de Vereniging „De
Zaanse Molen" gerestaureerd en opnieuw van roe
den en stelling voorzien. Eigenlijk opgenomen in de
Zaanse Schans is de kleine sierlijke specerijmolen
„De Huisman" uit 1786, afkomstig uit Zaandam,
herplaatst op een bestaande schuur. In deze molen
drijft één der bewoners van De Schans een mosterd
bedrijf en ontvangt zeer gastvrij eventueel belang
stellenden.
Juist ten Noorden van de inmiddels gesloopte
afzichtelijke fabriek is op kosten van de Gemeente
Zaandam de paltrokhoutzaagmolen „De Poelen
burg" herbouwd. Deze molen moest voor nieuwe
woningbouw wijken en is praktisch de enige Ne
derlandse paltrokmolen waarin nog regelmatig met
windkracht wordt gezaagd. Zij staat op de plaats
waar eens één der beroemdste molens gelegen was.
Dit was de pelmolen „De Grootvorst" aan welks
bouw Czaar Peter bij zijn bezoek aan Zaandam nog
een dag heeft meegewerkt.
Nog iets verder naar het Noorden is op de schuur
van de reeds jaren verdwenen molen „De Kat" de
enig overgebleven verfmolen in Nederland „De
Duinjager" herplaatst. Ook deze molen moest,
het verhaal wordt eentonig voor de aanleg van
een nieuwe woonwijk worden gesloopt. Deze weder
om geheel ingerichte molen draait van tijd tot tijd
voor gezelschappen en andere belangstellenden.
Deze rij langs de Zaan staande molens wordt af
gesloten door de oliemolen „De Os", die reeds jaren
geleden van kap en wieken is ontdaan. Plannen tot
grondige restauratie door de Vereniging „De Zaan
se Molen" zijn in voorbereiding.
Een nieuw streekplan voor de Zaanstreek staat ter
discussie. Uitbreiding van de woongelegenheid is
een dringende zaak waarvoor veel andere belangen
moeten wijken. Een zeer omvangrijk deel dezer
nieuwe woonwijken is geprojecteerd ten Westen
van de spoorlijn Amsterdam-Alkmaar. Hierdoor
zullen, hoe betreurenswaardig ook, verschillende
goed bewaarde en nog in werking zijnde molens
moeten verdwijnen. Hieronder bevinden zich o.a.
de oliemolen „De Zoeker" en de laatste overge
bleven papierwindmolen „De Schoolmeester".
Het is te hopen dat de Zaangemeenten, op welks
grondgebied deze molens staan, met evenveel toe
wijding en opofferingsgezindheid als Zaandam, zul
len trachten deze molens elders te herplaatsen. Van
de circa 1100 molens, waarvan in de bloeitijd een
700-tal tegelijk in bedrijf was, zijn nog ongeveer
een twaalftal aan de ondergang ontkomen. Het is
van uit cultuur-historisch standpunt van zeer grote
waarde deze molens, waaruit de huidige uiterst
belangrijke industrie is voortgekomen, voor het
nageslacht te behouden. Mochten bovenvermelde
molens in de toekomst moeten verdwijnen dan zou
herbouw in de omgeving van de Zaanse Schans
wel de meest gelukkige oplossing zijn. Het is dan
ook van belang bij het uitwerken van het Streek
plan hiervoor ruimte te reserveren. Hierbij gaan
onze gedachten in de allereerste plaats uit naar
de Kal verpolder!
Daar zoals uit recente waarnemingen is gebleken
dit gebied een steeds belangrijker broedplaats is
geworden voor elders, door opdringende woning
bouw, verdreven weidevogels, lijken ons de argu
menten voor het onbebouwd handhaven van de
Kalverpolder aanzienlijk te zijn versterkt.
Mochten deze idealen kunnen worden verwezenlijkt
dan zal dit gebied met zijn bewoonde oude huizen,
zijn dikwijls nog draaiende molens en zijn toene
mende vogelstand kunnen uitgroeien tot een waar
lijk nationaal monument en recreatiegebied, waar
in alle aspecten van natuur, landschap en cultuur
op schitterende wijze verenigd zijn.
Th. M. VAN DER KOOGH.
34
De „Kantstenen" van de
Specerijmolen De Huisman.