Het plan Nervi Aan 30 augustus 1965. Zijne Excellentie de Minister van Volkshuisvesting te 's-GRAVENHAGE Excellentie, Hierbij nemen wij de vrijheid Uw aandacht te vragen voor het volgende. Bij besluit van de raad der gemeente 's-Gravenhage werd op 15 februari 1965 vastgesteld de Verorde ning Houtmarkt-Turfmarkt 1965 (Verordening, houdende voorschriften ter bepaling van rooilijnen en tot regeling van de bebouwing en het gebruik van gronden, in hoofdzaak gelegen tussen het. Spui, de Kalverstraat, de Wijnhaven, de Nieuwe Haven en de Schedeldoekshaven). Dit stedebouwkundig plan beoogt ondermeer de bouw mogelijk te maken van een gebouw ter hoogte van 140 m., waarin o.a. kantoren zullen worden ondergebracht. Wij hebben gemeend bij het College van Gedepu teerde Staten van Zuidholland tegen dit onderdeel van het plan ernstige bedenkingen naar voren te moeten brengen. In onze brief van 23 februari 1965 formuleerden wij deze bezwaren als volgt: „Hemelsbreed zal dit gebouw op betrekkelijk ge- „ringe afstand van de Grote Kerk bij de Groen- „markt komen te staan. „Zulks heeft ten gevolge, dat deze kerk tegenover „het hoge en massieve kantoorgebouw als het ware „in het niet zal zinken. Het profiel van de stad zal „dientengevolge ten zeerste worden geschaad. „In zekere mate geldt dit bezwaar ook ten opzichte „van de Nieuwe Kerk aan het Spui. „De historische kerkgebouwen nemen in de stads kernen een voorname plaats in en vormen daarin „een architectonisch en stedebouwkundig accent „van hoge waarde. Bij realisering van het kantoor gebouw zal zulks voor een groot deel teniet wor- „den gedaan. „Verder is het ons bekend, dat 's-Gravenhage wor stelt met een verkeers- en parkeerprobleem in de „binnenstad. Grote ingrepen in de structuur worden „nodig geoordeeld om dit probleem tot een oplos sing te brengen. Geheel in strijd hiermede is het „stichten van een kantoorgebouw ter plaatse, waar- „in 3000 personen een werkkring zullen moeten „vinden. De werknemers en de bezoekers van het „kantoorgebouw zullen het aantal parkerende „auto's in de binnenstad belangrijk doen stijgen, „terwijl ook de verkeersintensiteit (wat het in het „gebouw werkzame personeel betreft, juist in de „spitsuren) zal toenemen". Op deze gronden verzochten, wij deGedeputeerde Staten voornoemd hun goedkeuring aan het betref fende raadsbesluit te willen onthouden. In de door de Gedeputeerde Staten op 22 juli 1965 belegde openbare vergadering hebben wij onze be zwaren nader toegelicht. Naar aanleiding van het gestelde en het preadvies van burgemeesters en wethouders, nl. dat het stads- silhouet geen statisch gegeven mag zijn en dat ook nooit geweest is en dus de stad niet onder haar eigen silhouet mag worden doodgedrukt, hebben wij opgemerkt, dat de Bond Heemschut geen ver starring wil en oog heeft voor de stedebouwkundige ontwikkeling, maar dat de zienswijze van burge meester en wethouders toch niet tot de slotsom mag leiden, dat elke ingreep op het silhouet van de stad nu maar moet worden toegestaan en zoals in het onderhavige geval door het gemeentebestuur be vorderd. Het gaat hier om een concreet geval, nl. dat dit ge bouw op deze plaats door zijn afmetingen, inzonder heid de hoogte en massaliteit, stedebouwkundig niet verantwoord is en aan de fraaie historische binnenstad van 's-Gravenhage afbreuk doet. Voor een dergelijk gebouw is buiten de binnenstad ongetwijfeld een meer geëigende plaats te vinden. Verder merkten wij op, dat de behoefte aan kan toorruimte niet ter zake doende is, aangezien elders in de gemeente even goed en zelfs beter in deze be hoefde kan worden voorzien. Kantoorgebouwen dienen door goede toegangswegen gemakkelijk be reikbaar te zijn en moeten over ruime parkeergele- genheden ten gerieve van werknemers en bezoekers beschikken. Vandaar, dat tal van grote steden het verplaatsen van kantoren uit de binnenstad meer naar buiten stimuleren. In het onderhavige geval gaat men tegen deze logische ontwikkelingsgang in. Wanneer men in een stadskern het verkeers- en parkeerprobleem wil oplossen, dient de eerste maat regel" te zijn alles na te laten, wat dit probleem kan verzwaren. De bouw van de kantorenflat zal ten ge volge hebben, dat de verkeersstroom, nog wel in de spitsuren, met honderden auto's extra zal worden belast. Ook dit is in strijd met de hedendaagse stedebouwkundige inzichten. 89

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1965 | | pagina 5