Friese brug in het noorden en de zuidelijke toe gang tot de binnenstad toch is een verkeersweg te maken, welke aan alle daaraan te stellen eisen kan voldoen. Wij bedoelen het volgen van de stadsgracht over Bierkade en Korte Vondelstraat. Door zo nodig een strookje van het water bij de weg te trekken kan gezorgd worden voor een ver keersweg van voldoende breedte. Slechts aan één zijde van de weg bevinden zich de uitmondingen van straten, welke, zeker voor wat betreft het ge deelte Friese brug—Verdronken Oord, desgewenst door een parallelbaan kunnen worden opgevangen. Het is ons een raadsel, dat men deze toch voor de hand liggende oplossing niet dankbaar heeft aan gegrepen. De door ons bedoelde weg, die weinig langer is dan die door de binnenstad, is in Uw plan van de Friese brug af practisch onbereikbaar gemaakt. Instede daarvan had men o.i. een ver- keersoplossing dienen te ontwerpen die het ver keer naar de Bierkade en Kanaalkade leidt. De toe gang ter plaatse tot de binnenstad zou daarbij als zeer secundair behandeld moeten worden. Dat het oostelijk stadsdeel voldoende bereikbaar moet worden en blijven, onderschrijven wij gaarne. Dat zulks het beste kan geschieden van de door ons voorgestelde verkeersweg uit, waardoor een grotere spreiding, dus geringere plaatselijke ver keersintensiteit in de straten van de stadskern, menen wij hierboven voldoende te hebben gemo tiveerd. Ook in onze zienswijze kan het Luttik Oudorp een functie vervullen, zonder dat dem pen over een grote afstand noodzakelijk is. De breedte van het water is dusdanig, dat strookjes daarvan bij de weg kunnen worden getrokken, zonder dat het stadsbeeld schade lijdt. Dergelijke oplossingen zijn o.a. toegepast te Leeuwarden (Nieuwestad) reeds voor de tweede wereldoorlog en enkele jaren geleden bij de Bakenessergracht te Haarlem. Ter staving hiervan voegen wij hierbij een teke ning, waarop het gracht-profiel, zoals wij dit den ken, is aangegeven. Het is naar onze mening voor het stadsbeeld van het hoogste belang, dat het Luttik Oudorp niet over een lengte van 75 5 100 m. wordt gedempt. Het voornaamste bezwaar hiertegen is wel, dat bij een gedempte gracht een wanverhouding in schaal ontstaat tussen de straatbreedte en de hoogte der aangrenzende bebouwing. Gezien het grote aantal monumenten, langs het Luttik Oudorp gelegen, zou zulks in het onderhavige geval een aantasting van het stadsbeeld betekenen. Verder geven de doodlopende graohtgedeelten aanleiding tot vervui ling (een verbindingsriool kan in deze geen ver betering brengen). Ten slotte heeft de praktijk uit gewezen, dat het dempen van een grachtgedeelte maar al te vaak de inleiding vormt van het dem pen van andere grachtgedeelten en grachten, waar door het fraai stadspatroon van Alkmaar nog meer onherstelbare schade zou lijden. wmmmi vm;;////;////;////), J6|3° I -woyahGE1 -gya^Aw 3fto^oeio'3f&b, Jxriöcw JPBOFÏÖÏV <S ONJUISTE BLADZIJ-NUMMERING In Heemschut no. 1 van 1965 is ten onrechte de bladzijnummering van de oude jaargang voortgezet; blz. 125144 moet zijn blz. 120! 24 JnIDV^.K5E5 J3Ü.BAAM &*°m CüD £BOF'XEjU g-a

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1965 | | pagina 10