Bil koop herstel van de blijvende bebouwing. Tal van panden zijn in later tijd verminkt, verkleind, be pleisterd. Moet men bij een restauratieplan dan teruggrijpen op een vroegere, rijke vorm die niet precies bekend is een trapgevel dus of tot uit gangspunt de simpele 18de eeuwse kroonlijst met wolfseind nemen, die wel in details gemeten en waar nodig vernieuwd kan worden? Toen in 1938 een groot pand naast het stadhuis gerestaureerd moest worden, heeft men voor het eerste gekozen; nu staat er wel het jaartal 1579 op de trapgevel, die naar oude prenten werd gerestaureerd, maar de authenticiteit van het geheel is dubieus. Juist de nieuwe bestemming van tweede woning 'waar wel wat aan besteed kan worden, roept de néiging wak ker tot historische fantasietjes, en dan is de stap niet groot meer naar de 19de eeuwse stijlimitatie. Voor het stadsbeeld van beslissende betekenis is echter ook, zoals gezegd, wat er nieuw, en wat er niet gebouwd wordt. Veere binnenkomend uit Zand dijk ziet men een rij knusse burgerhuisjes uit het begin van deze eeuw, van een zo oprechte lelijkheid 80

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1964 | | pagina 16