Als motto van dit artikel werd een gedicht van Théophile Gautier geciteerd. Zijn woorden vertolken nog steeds de ervaring van de honderdduizenden die ooit het voorrecht hadden om, al was het maar voor enkele dagen, in Venetië voet aan wal te zetten. Venetië blijft een onvatbaar wonder van kleur en sfeer en gestalte, een wonder van opperste voornaamheid en ijlste harmonie. Heeft dit dan geen waarde in deze strijd om haar bestaan? Het is, sinds de romantiek de scheiding uitsprak tussen de kunst en het prak tische leven, een hebbelijkheid geworden van vele politici en zakenlieden om de schoonheid met een neerbuigend glimlachje tot de niet ter zake doende verschijnselen te rekenen, en te beschouwen als een zaak van liefhebberij voor de avonduren, iets waar alleen artisten, die immers notoir onsoliede zijn, zich in ernst mee bezighouden. Schoonheid is een kwestie van sentiment, en zaken zijn zaken, De roofbouw op de schoonheid der historische steden is zelfs een „goede" zaak. Met lieden die volgens dergelijke op vattingen handelen is geen compromis mogelijk, alleen harde strijd. Zo lang het alleen de „dichters en dro mers" waren die deze strijd aanbonden, stonden zij zwak, hoe scherp hun pen soms ook geslepen was. Nu echter het laissez-faire beginsel in de westeuro- pese landen vrijwel algemeen verlaten is en de over heid in haar verschillende bestuursorganen verant woordelijkheid aanvaardt voor belangen die, blijkens de vorige-eeuwse ervaringen in het gedrang komen bij haar afzijdigheid, belangen van volksgezondheid, huisvesting, cultuur, zorg voor maatschappelijk of economisch zwakstaande bevolkingsgroepen en derge lijke, nu is er een verbinding en, sterker nog, een vruchtbaar bondgenootschap mogelijk tussen de schoonheidsminnaars en de zich van hun verant woordelijkheid bewuste bestuurders. De verdediging van Venetië wordt dan niet meer alleen gevoerd door kunstenaars en kunstgevoeligen. Het is een zaak van weloverwogen stedebouwkundig beleid geworden om in de verschillende stadsdelen van de in 1927 gevormde gemeente groot-Venetië: de oude stad, de andere laguneneilanden en de uitgestrekte woon- en werkgebieden op het vasteland (Mestre en Marghera), een zo evenwichtig mogelijke verdeling tot stand te brengen tussen de functies die in dit geheel moeten worden vervuld. Het gemeentebestuur heeft niet alleen sanerings- zorgen in de oude stad, ook de chaotisch gegroeide woonwijken rondom Mestre behoeven ingrijpende voorzieningen. Alleen het moderne industriegebied (links): Elke toerist kent de Piazza San Mar co, een der schoonste pleinen van de wereld. Daar krijgen de gebouwen ook het nodige onderhoud. rechts bovenMaar ook de vervallen en overbevolkte bebouwing aan de kleinere pleinen maakt deel uit van het kunstwerk Venetië, zoals de prach tige details de afzonderlijke gebouwen verrijken, (rechts onder).

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1963 | | pagina 23