Voorbereiding Heemschutdag die door het oorlogsgeweld geleden hadden werd uitgevoerd volgens uitsluitend economisch-financiële richtlijnen. Het trieste resultaat hiervan is nu nog duidelijk te zien in steden als Reims, Soissons en Saint-Quentin. In deze steden heeft men eindeloze, fantasieloze woonwijken gebouwd, die volgens hui dige opvattingen onleefbaar zijn. Het restaureren werd over het algemeen zeer con sciëntieus gedaan, maar men had toch nog heel wei nig oog voor de omgeving en achtergrond van de te restaureren gebouwen. Ook wettelijk was er nog geen mogelijkheid om hele buurten te beschermen. Toch kwam in de jaren twintig al de wenselijkheid hier van naar voren. Paul Léon, de directeur van Schone Kunsten, heeft herhaaldelijk ervoor gepleit dat de plannen voor uitbreiding of sanering mede vastge steld zouden worden door de Dienst van Historische Monumenten. Het ging erom, zo zei hij, niet alleen de gebouwen te beschermen, maar ook om ze te laten voortbestaan in een passende omgeving. Al spoedig kregen hij en zijn medestanders hun zin. Er kwam een wet waarin dit werd vastgelegd. Gelukkig beschikte men nu, behalve over de juri dische basis, ook over een team uitstekende architec ten, geschoold in restauratiewerk. Een aantal voor beelden van zeer geslaagde restauraties van ensem bles zijn de pleinen in Arras (Atrecht)de wijk St. Jean in Lyon en de omgeving van het paleis dei- Pausen in Avignon. Door de veelomvattende werk zaamheden in deze en andere steden vond men ook dikwijls archaelogisch belangrijke zaken, aan de hand waarvan kon worden vastgesteld hoe b.v. een plat tegrond of een stratenverloop er hadden uitgezien. Dit alles was iri volle gang toen de tweede wereld oorlog uitbarstte. Had men in 1918 te maken ge had met streken die door de oorlog geleden hadden, nu was het hele land er slecht aan toe. Bij de vast stelling van de talloze wederopbouwplannen was er nu echter wel degelijk sprake van een nauwe samen werking tussen de urbanisten en de mensen van de Dienst van Historische Monumenten. Een stad die wel zeer gehavend was, was Rouen, waar men toch vooral door deze samenwerking tot een zeer aan vaardbaar herstel is gekomen. Het oude centrum toont nu weer de typische Normandische vakwerk- bouw, waarachter dikwijls hypermoderne betoncon structies schuil gaan. Dit is niet het enige geslaagde voorbeeld van stadsherstel. In Orléans heeft men de gehele Rue Royale, met zijn merkwaardige arcaden, weer geheel hersteld. In Lyon wil men nu de hele binnenstad onder handen nemen, waarvoor de plan nen in vergevorderde staat van voorbereiding zijn. In Pariis zelf, dat misschien meer gebouwen van his torisch belang rijk is dan welke andere stad ook, be staan veel plannen voor restauratie, sanering en'rege neratie van hele stadsdelen. Al jaren lang kende men Parijs als een voornamelijk grijze stad. Wanneer men er nu komt ziet men, dat dit snel aan het veranderen is. Men heeft nl. een oud voorschrift gevonden, waar in staat dat de gevels regelmatig moeten worden schoongemaakt. Van dit voorschrift wordt op het ogenblik dankbaar gebruik gemaakt, zodat tot ieders verrassing de Madeleine, de Place de la Concorde, het Collége de France en vele andere gebouwen weer duidelijk tonen van welk een prachtige room witte natuursteen ze zijn gemaakt. Het spreekt vanzelf dat een dergelijke behandeling zeer kost baar is, temeer daar er meestal ook aan de gevels veel gerestaureerd moet worden. Maar daar dit alles in hoge mate bijdraagt tot de glorie van de hoofd stad van „La Grande Nation", is de regering bepaald royaal waar het het toekennen van subsidies betreft. In een stad als Parijs zijn natuurlijk ook een aantal wijken die vroeger betere dagen gekend hebben, doch nu hopeloos onderkomen zijn. Voor deze buurten, Le Marais en de buurt rondom de Quai de la Tour- nelle, zijn uitgebreide regeneratieplannen in bewer king. In beide wijken is intussen al het een en ander gebeurd met zeer gunstig resultaat. Niet alleen zijn de vaak prachtige oude huizen hersteld en aan mo dern gebruik aangepast, maar ook brengt een der gelijke geslaagde restauratie eigenaars van panden in de buurt er toe ook hun bezitting weer in de oude staat terug te brengen. In Nederland kennen we als geslaagd regeneratieproject de Stokstraatbuurt in Maastricht, maar hier in Parijs gebeurt natuurlijk alles op veel grotere schaal. Het alternatief was een totale sloop en dan een nieuwe wijk met ruimte voor het verkeer, maar de Préfet de la Seine heeft gezegd: „Si nous devons obéir aux impératifs de la circula- tion nous devons aussi respecter et sauver de la dévastation certaines zones sensibles, en particulier les rives de la Seine". Dat is natuurlijk een waarheid als een koe, maar het is altijd hartverwarmend zoiets te horen uit de mond van een politie-autoriteit. Het spreekt vanzelf dat er ook. in Frankrijk nog dingen zijn die veel te wensen over laten, maar het lijkt of men daar, zeker na de Wet van 4 augustus 1962, op de goede weg is. L. L. H. ROEST .Hoewel het voorjaar nog moet beginnen zijn de voor bereidingen voor de Heemschutdag 1963 al weer in volle gang. Om redenen van practische aard zal dit jaarlijks evenement wederom plaatsvinden op de 2e zaterdag van september, 14 september dus. Het doel van de excursie zal zijn Assen en omgeving. Het programma, dat later nog volledig bekend zal wor den gemaakt, omvat o.a. het Drents Museum, een gothische kerk in restauratie, een romaanse kerk, een havezathe en tot slot een bezoek aan het Natio naal Rijtuigmuseum te Leek. Een programma dus, waarin allerlei aspecten aan de orde komen en waar van we dan ook vertrouwen dat het veel Heemschut ters naar Assen zal brengen. 40

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1963 | | pagina 18