fe-W'
52
te
De Voorstraat naar het noordenachter de N. H. Kerk.
in dit gave dorpsplein met de harmonische oude
huizen rondom.
Voorschoten is in vijf en twintig jaar sterk veranderd.
De lelijke huisjes zijn er nog wel, maar zij vallen
minder op omdat er zoveel nieuws bijkwam; zowel
bungalows als woningwetbouw. Nieuwe wegen en
verbreding van de oude hebben de structuur gewij
zigd. De wijde uitzichten over de polder zijn door
bebouwing dichtgestopt. Voorschoten wordt steeds
meer een forensengemeente: één uit de vele en gestadig
aangroeiende „woongebieden", even netjes als ver
velend en overal hetzelfde.
Maar de Voorstraat bleef. De toren werd gerestaureerd
en de belangrijkste oude gebouwen, het Ambachts
huis en het Baljuwhuis, zullen hopenlijk spoedig
volgen. Ook de kleine dorpshuizen die hun hoofd
vorm en schaal behielden zijn een grondige opknap
beurt volledig waard. Wat het meest opvalt, en nu
meer dan vroeger omdat in de gehele zóne van
Leiden tot den Haag de verstedelijking jaarlijks verder
doordringt, is het karakter van besloten landelijkheid.
Het is echt een marktplein, geen verkeersweg. De
toegangen zijn smal en bochtig, de rooilijnen onregel
matig. Na zoveel jaren terugkomend in de Voorstraat
kwam ik tot de bevinding dat de werkelijkheid veel
mooier was dan mijn herinnering, en dat deze werke
lijkheid een kostbare zeldzaamheid was geworden.
Het gemeentebestuur van Voorschoten heeft een
uitbreiding naar het oosten geprojecteerd, met indus
trieterreinen langs de Vliet nu nog een prachtig
vaarwater door het polderland waarvan talloze water
sportliefhebbers genieten en met de mogelijkheid
van een wegaansluiting over de Vliet op de rijksweg
4 A. Om de dorpskern in de aan alle zijden uitgroei
ende bebouwing economisch „levend" te houden
zou dan ook de Voorstraat aan drie zijden openge
broken en gemakkelijk voor auto's toegankelijk ge
maakt moeten worden. Een aantal inwoners van
Voorschoten, de Vereniging Oud Leiden en uiteraaid
ook de Bond Heemschut hebben geadresseerd aan de
gemeenteraad en met klem aangedrongen op behoud
van het cultuurhistorisch zo belangrijke geheel dat de
Voorstraat vormt. Een verkeersweg kan ook oostelijk
om de Voorstraat heen worden geprojecteerd. Het is,
zoals reeds vele malen in dit blad bij soortgelijke
gelegenheden werd betoogd, niet nodig. Andere op
lossingen zijn vrijwel altijd te vinden, oplossingen die
de schoonheid sparen en opnieuw tot gelding bren
gen". Men moet het echter eerst gezien hebben. En
dat is het verdrietige van de strijd waarin de Bond
Heemschut al meer dan vijftig jaar is gewikkeld: op
dit essentiële punt praat men langs elkaar heen.
Er zijn vele mensen die het niet zien. Misschien ervaren
zij op een vakantiereis in het buitenland wél iets
van de sfeer en de schoonheid, maar als het Om de
zaken dicht bij huis gaat dan wordt dit zintuig
met de koffers opgeborgen, en dan mogen een paar
bouwvallige huisjes, of een vervuilde gracht of een
aantal bomen de „vooruitgang" toch niet tegen
houden.
Baatzucht maakt blind. Dat hebben de Amerikaanse
boeren ervaren die de bossen platbrandden om snel
vruchtbaar bouwland te winnen: een generatie later
was de vruchtbaarheid weggestoven en bleef een
zandwoestijn over die nu moeizaam wordt bestreden.
Had men toen de windsingels bos gespaard die nu
met hoge kosten worden aangelegd, dan was, inder
daad, de exploitatie iets minder gemakkelijk en de
opbrengst wat lager geweest maar dan zou het
land geen woestijn zijn geworden.
In Nederland wordt op het ogenblik met de karakte
ristieke schoonheid van de steden, de dorpen en het
landschap gemorst op een wijze die héél sterk aan de
roofbouw der Amerikaanse tarwegebieden doet den
ken. Niemand ontkent de noodzaak om in ons over
bevolkte land woningen, wegen, fabrieken te bouwen.
Maar Nederland is ook een toeristenland van groei
ende betekenis en de Nederlandse bevolking heeft
ook een toenemende behoefte aan ruimten waar iets
anders te beleven valt dan snelheid, efficiency en
geld verdienen. Die ruimten in stad en land zijn onze
windsingels, onze repen bos die behouden moeten
blijven, om te voorkomen dat het een woestijn1 wordt
van eentonigheid. De Voorstraat in Voorschoten is
er een van.
G. B.