28
Prinsengracht nr. 300enkele jaren geleden een uitgewoond kavalje,
bevat thans comfortabele woningen. (foto W. M. £ilver Rupe)
vallende afwijking in karakter der werkzaamheden
met die der woningbouwcorporaties was de voor
dracht tot toelating in het bijzonder „gegrond op
de wenselijkheid dat inzake de omschreven aspecten
van de volkshuisvesting practische ervaringen zouden
worden verworven, die voor de toekomst van nut
kunnen zijn."
Hoewel een onafhankelijke particuliere naamloze
vennootschap, zijn „Stadsherstel" krachtens haar
bijzondere status in de statuten enige economische
beperkingen opgelegd. Zo is voor de aankopen de
goedkeuring vereist van Burgemeester en Wethouders
ter plaatse waar de panden gelegen zijn. Verkoop
en bezwaring van onroerend bezit, kan slechts ge
schieden met toestemming van de Minister van Volks
huisvesting en Bouwnijverheid. Aandeelhouders ont
vangen ten hoogste 5 dividend, waaraan een cumu
latief karakter is gegeven.
Aldus gereglementeerd startte „Stadsherstel" in 1957
als beleggingsmaatschappij van geleidelijk te res
taureren binnenstadspanden met de eerste aankoop
en wel van Brouwersgracht 86. Sindsdien zijn tot
heden 50 aankopen verricht, die de verzamelnaam
„zorgenkinderen" mogen dragen.
Hier zijn wij beland bij het eerste probleem der op-
bouwperiode. De verwerving van een genoegzaam
aantal huizen voor de vorming van een breed draag
vlak bleek in de gestelde tijd niet te verwezenlijken,
gevolg van verschillende oorzaken.
Zo kwam aan de zijde van het aanbod in de praktijk
weinig beleggingsmateriaal doch veel meer restau
ratiemateriaal aan de markt. Uit het feit dat uit meer
dan 350 aanbiedingen in de loop der jaren slechts 50
aankopen werden verricht volgt wel hoe zeer het
gehalte van het gebodene tewensen liet en vele
objecten als met de geldende restauratie subsidies
niet meer haalbaar" moesten worden afgevoerd.
Naast de stijging der prijzen van het onroerend goed
sedert 1957 als zodanig, vormden de hoge vraag
prijzen in verband met gehele of gedeeltelijke lege
oplevering een rem op het bereiken van het aankoop
schema. De prijzen betaald door zakelijke gegadigden
of beleggende particulieren voor eigen bewoning
of gebruik, staan meermalen in geen enkele verhouding
tot de maatstaven die de exploitant bij het afwegen
van baten en lasten moet aanleggen.
Is de aankoop eenmaal geschied dan rijzen bij een
maatschappij als „Stadsherstel" geheel eigen moei
lijkheden van exploitatie.
Gedeeltelijk is het verworven bezit bij de aankoop
onverhuurd of onbewoonbaar. Met de restauratie
voorbereiding van elk object zijn maanden gemoeid,
terwijl ook tijdens de restauratieperiode de objecten
geen baten afwerpen. Komt een pand ook inwendig
voor totale restauratie in aanmerking dan moeten
nog aanwezige huurders in samenwerking met het
Centraal Bureau voor Huisvesting en het gemeentelijk
Bouw- en Woningtoezicht worden overgeplaatst
naar andere woningenHiermede is ook al geruime
tijd gemoeid.
Alvorens de objecten tot het stadium van restauratie
gekomen zijn, moet een gehele reeks van hindernissen
worden genomen. Wij kunnen hier slechts opsommen
dat deze verband houden met de aanwijzing van de
architect, de beoordeling van diens restauratieplannen
zowel voor de gevel als de woningindeling, de behan
deling der kostenbegroting van post tot post in verband
met de bouwtechnische opzet en aanpak, het overleg
met het gemeentelijk bureau voor monumentenzorg,
de gunning aan de aannemer na beoordeling van
diens begroting op alle onderdelen aan de hand van
op ervaring gebaseerde eenheidsprijzen.
Dat bij het restauratiewerk het subsidiebeleid van