men is van plan heel dit complex te slopen en er een modern en groot gebouw voor in de plaats te zetten. De Regenten van het Godshuis zijn zonder enige twijfel van de allernobelste bedoelingen ver vuld als zij de ouden van dagen aan een beter on derkomen trachten te helpen. Dit verdient niet an ders dan waardering. Maar toch stemt het droef, dat in de stad, waar thans reeds het 17de eeuwse Ursu- linenklooster gevaar loopt gesloopt te worden (zie Heemschut, juni 61, blz. 45), zich nog dit tweede gevaar voordoet. Is de 19de eeuwse mentaliteit boven gesignaleerd dan toch nog niet geheel overwonnen? Men verwijt de voorstanders van Heemschut soms, dat zij slechts geestdrift weten op te brengen voor oude muren en dat zij de mensen, die gedoemd zijn daarbinnen te wonen, vergeten. Dit is een dood doener, die door de charme van zovele gerestau reerde oude huizen en buurten afdoende wordt weersproken. Daarentegen kan één felle dissonant de harmonie van een stadsbeeld onherroepelijk ver storen en zodoende het geestelijk bezit van heel een bevolking aantasten. Laten wij hopen, dat in Roermond geen onherstel bare dingen gebeuren: de sfeer van het Roermondse stadsbeeld zal er wèl bij varen en later zal men er ons om prijzen. Prof. Dr. J. J. M. TIMMERS toont, hebben althans hun weluitgewogen verhou dingen bewaard en vervullen als zodanig in het hier nog boeiende straatbeeld een voorname rol, die een serieuze restauratie alleszins zou rechtvaardigen. Achter deze huizen ligt een stemmige binnentuin, met een schilderachtige omsluiting van lage econo miegebouwen, rustiek maar vol sfeer. Dit hofje wordt aan de zijkant beheerst door een hoge topge vel, die in de hoofdverdiepingen zijn stenen kruis kozijnen heeft verloren, maar die in gerestaureerde toestand een fraai voorbeeld zou zijn van de een voudige en zo robuuste inheemse architectuur. Het behoeft geen betoog, dat dit complex als be jaardentehuis niet meer voldoet aan de heden ten dage aan een dergelijke instelling op te leggen ei sen: licht, lucht, ruimte, sanitaire voorzieningen, comfort. Kortom: al hetgeen aan een inrichting als deze niet ontbreken mag, ontbreekt hier. U be grijpt het al, lezer: men wil gaan bouwen en niets is lofwaardiger dan dat. Een pracht kans, zult U zeggen, om een onderkomen complex tot nieuw le ven te wekken. Men heeft daar immers op het ogen blik alle middelen voor, waardoor men aan de oude muren en de oude sfeer al de verworvenheden van het hedendaagse comfort kan aanpassen. Een ideale oplossing dus voor een tehuis, waarin oude mensen zich eerder thuis zullen voelen dan in een modern terrarium van staal en glas. Maar helaas, zo gunstig liggen de zaken niet, want 80

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1961 | | pagina 30