Tocht
langs de Lek
"S
Vianen. In de geschiedenis van Vianen hebben de
Brederodes met alle grandeur van dit machtige en
roemrijke geslacht wel een bijzondere rol gespeeld.
In het jaar 1213 liet Sweder van Culemburg in de
nabijheid van het toenmalige dorp Helsloot het
kasteel Batenstein bouwen. In 1414 kwam het kas
teel aan de heren van Brederode door het huwelijk
van Johanna van Vianen met Walraven van Brede
rode en blijft dan in handen van dit geslacht tot
het uitsterven daarvan door het kinderloos overlij
den van Wolfert van Brederode in 1679. In 1725
werd de hoge heerlijkheid met aanhorigheden door
de erfgenamen aan de Staten van Holland verkocht.
Het stadje heeft een zeer regelmatige ongeveer recht
hoekige aanleg. Van noord naar zuid wordt het
doorsneden door de brede Voorstraat, die aan de
noordzijde wordt afgesloten door de Lekpoort en
waaraan het Raadhuis en de Kerk zijn gelegen. Het
slot Batenstein lag aan de noordwesthoek binnen
de omwalling. Het kasteel is in de 18-de eeuw te-
nietgegaan, alleen de z.g.n. Hofpoort is er nog van
over.
Het bakstenen raadhuis met hardstenen voorgevel
dateert uit het midden van de 15-de eeuw. Bij de
onlangs gereedgekomen restauratie is de achter het
huis gelegen kloosterkapel bij het gebouw getrok
ken als burgemeesterskamer en is de bekroning met
kantelen van de hardstenen voorgevel weder in ere
hersteld.
Merkwaardig is vooral de kerk door zijn voor dit
kleine stadje zeer grote afmetingen, welke wel aan
de macht der Brederodes te danken zijn, die hierin
tevens hun graf- en bidkapel hadden. De toren
heeft Romaanse lisenen en boogfriezen waarschijn
lijk uit de 13-de eeuw en verhoogd in de 15-de eeuw.
De kerk is na de grote brand van 1542 opgetrokken
met zijn merkwaardige aanleg van middenbeuk ge
kruist j door een reeks dwarsbeuken van dezelfde
hoogte, wier kappen eindigen tegen topgevels aan
de zijkanten. Later werd het dwarspand verlengd en
het kojjr verhoogd. In de loop van de jaren was de
kerk danig in verval gekomen, maar pas na 1950 is
het tot een definitieve restauratie gekomen en is het
gebouty in zijn oude luister hersteld.
Het nóorderzijkoor bevat de vroegrenaissance graf
tombe van Reinoud III (1492-1556) en zijn gemalin
Philippotte van der Marck 1536), die hij reeds
tijdensj zijn leven heeft laten vervaardigen. Deze
toont ide liggende beelden van de overledenen
en daaronder een beeld van een half ver
gaan lijk. Het is een van de voornaamste en
beste werken der vroege renaissance in ons
land. iBrussels werk, maar de maker is onbe
kend. Achter de tombe staan de overblijfselen
van een rijk bewerkt doch sterk geschonden Heilig
graf. I)e fraai gesneden herenbank met wapens da
teert van 1624.
De zoojn van Reinoud III Hendrik (1531-1568) was
de leider van het Verbond der Edelen maar ook de
gene, die het smeekschrift aan de landvoogdes over
handigde. Hij liet voor zijn vrouw Amalia van Meu-
wenaaf even ten westen van de stad een buitenhuis
bouwen, Amaliastein. Wie het boek „De Grote
Geus" jvan Jan Fabricius heeft gelezen, weet, dat
Hendrik aan zijn vrouw wel het een en ander had
goed te maken.
Aan Louise Christine van Solms, de gemalin van
Joan Wolfert van Brederode, dankt Vianen de
71
*4
0i»A#
M
IttUSAI
IriM'nliii
ff KJ*
0M.M
13*.*"' Y
Kerk te Vianen gezien vanaf Stadsbuitenwal