Heemschutberichten
Noordlaren op de keien
B. en W. van de Groningse gemeente Haren hebben
de raad een krediet van 53.650,— gevraagd, „om
dat zij ervan overtuigd zijn dat een verbetering van
de Noordlaarder wegen niet langer op zich mag
laten wachten." In Noordlaren bestaan namelijk nog
men durft het nauwelijks hardop te zeggen
wegen die met veldkeien zijn bestraat, wegen uit
het praemotorische tijdperk, wegen die niet toege
komen zijn aan de verrukking der egaal-grauwe as-
faltbaan met hun opgewtekte randversiering van
neonreclame, patates-frites kramen en service-sta
tions. Noordlaren is nog niet bevrijd van het ana
chronistische verschijnsel „karakter", waar kunste
naars en toeristen op af komen. De Groninger
kunstkring „De Ploeg" schreef hieromtrent aan de
raad: „Helaas heeft het dorp Haren zelf bijkans alle
karakteristieke dorps-eigen monumenten verloren
zien gaan; wij vragen ons af, of thans met deze z.g.
verbetering van de bestaande, voor Noordlaren zo
karakteristieke en waardevolle dorpsweggetjes niet
de kroon zou worden gezet op een meedogenloos
streven alles in de gehele gemeente te beroven van
ook de laatste resten van een waardevol streekeigen
karakter.
Verschillende van onze leden werken als kunstschil
ders regelmatig in het dorp Noordlaren en beschou
wen dit nog als een oase in de woestijn der gemo
derniseerde en genivelleerde dorpen, welke een
soortgelijke ontluistering hebben ondergaan als
waarover u thans moet oordelen; wij weten tevens,
dat wij als kunstenaars niet alleen staan in onze
bewondering voor wat Noordlaren nog biedt, wij
weten dat ook talloze niet-kunstenaars doch wèl ge-
voeligen voor nog bestaand maar steeds zeldzamer
wordend clorpsschoon, mèt ons een plan als het be
doelde als een zéér onzalig plan beschouwen."
De provinciale commissie Stad en Dorp Groningen
van de Bond Heemschut sloot zich hierbij aan,
evenals de provinciale Groningse Archeologische
Commissie.
Nadat de gemeenteraad toch het besluit genomen
had, heeft het dagelijks bestuur van de Bond Heem
schut een schrijven gericht tot B. en W. waarin ge
wezen werd op de omstandigheid dat in Noordlaren
twee uitstekende wegen voor doorgaand verkeer ten
dienste staan, en bovendien een verbindingsweg te
genover de kerk van een gladde bestrating is voor
zien, zodat het verwijderen van de karakteristieke
keienbestrating van de tussenliggende dorpswegge
tjes uit een oogpunt van verkeer niet noodzakelijk is
te achten. Elders worden de keibestratingen bewust
gehandhaafd, zoals in Sint Anna ter Muiden, Ste-
vensweert eri Elburg. Ook in Drenthe begint men de
waarde van het behoud van de nog aanwezige kei
straatjes in te zien, hopelijk tijdig genoeg vóór zij
alle zijn verdwenen. Het bestuur van de Bond
Heemschut heeft het college verzocht, alvorens tot
uitvoering van het project over te gaan, advies in te
winnen bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg,
terwijl een van zijn leden, die architect is, zich be
reid heeft verklaard terzake de problemen met het
college onder ogen te zien.
Binnengracht te Bunschoten
Het college van B. en W. van Bunschoten verzocht
de Bond Heemschut een oordeel te geven over de
door een raadslid geopperde gedachte om in het
kader van riolerings-werkzaamheden de binnen
gracht tussen de dorpskernen Bunschoten en Spa
kenburg te dempen.
Deze gracht, vroeger verbindingswater met de open
zee, is na sloping van de overbodig geworden sluis,
na de oorlog van aard veranderd maar een aan
trekkelijk element in de gemeente gebleven: het
enigszins versmalde water scheidt .sindsdien met
frisse groene bermen twee brede verbindende stra
ten tussen beide dorpen. Hierdoor werd in de be
hoefte van het toenemende landverkeer en de wen
selijkheid van enige pleinruimte in Spakenburg
voorzien. Indien de vaart alsnog gedempt zou wor
den, zou ter plaatse een langgerekte pleinachtige
ruimte ontstaan, waarlangs de lage huizen ter weers
zij volkomen uit de schaal zouden vallen. Een even
tuele plantsoenaanleg zou dit bezwaar niet opheffen
en, gegeven de afmetingen, uitermate kostbaar wor
den en moeilijk te onderhouden zijn. Het bestuur
van de Bond Heemschut heeft B. en W. zijn erkente
lijkheid betuigd in deze zaak te zijn geraadpleegd
en is na onderzoek ter plaatse op grond van de
bovenstaande overwegingen tot de overtuiging ge
komen dat demping van de binnengracht uit een
oogpunt van landschapsschoon bepaald niet ver
antwoord zou zijn.
Voorrnalig Ursulinenklooster, Roermond
In Roermond is een plan gemaakt om ten bate van
het Lanclbouwhuis het voormalige Ursulinenkloos-
ter aan de Steegstraat, een der weinige monumen
tale gebouwen uit de 17e eeuw die de stad nog bezit,
te slopen. Het klooster staat vermeld in de voor
lopige monumentenlijst en-bevat, achter de statige
Maaslandse gevel, voldoende ruimte die voor het
thans gestelde doel geschikt te maken zóu zijn. Het
bestuur van de Bond Heemschut heeft B. en W. met
klem verzocht geen toestemming te willen verlenen
voor de sloping van dit monument.
Streekplan Rijn en IJssel
Er is een ontwerp ter visie gelegd voor een streek
plan Rijn en IJssel, een gebied dat zowel ten aam
zien van het natuurschoon als van de monumentale
45