Rust in stad en land Nieuwe leden 39 den Eeuw in de Muiderkring. En de godsdienst twisten vinden een historisch décor in het slot Loeve- stein; afgezien nog van de Ridderzaal, die tenslotte elk jaar opnieuw toch een belangrijke rol speelt in het politieke gebeuren van vandaag. Zonder onze kastelen zouden ons landschap én onze geschiedenis heel wat armer zijn. Daarom is het werk van de NKS voor dit facet van het Heemschutwerk uitermate boeiend en belangrijk. Het is dan ook te hopen, dat een groter aantal Nederlanders het werk van de Nederlandse Kastelenstichting zullen gaan steunen. De Directeur van de Theo de Vries, Nederlandse Kastelenstichting, Perschef NKS. J. H. E. BARON VAN NAGELL Een van de allerbelangrijkste elementen in de schoon heid van stad en land is de stilte: niet alleen als har monie van tinten, lijnen en vormen, ook in de zin van afwezigheid van hinderlijke geluiden. Hinderlijke geluiden, want volstrekt niet alle geluid is hinderlijk. Er zijn klanken, af en toe opklinkend, die de stilte juist accentueren. Het gekwaak van een den in een poldersloot; Gezelle's „ruisen van het ranke riet"; de kievitsroep over de voorjaarsvel den; klokgelui over de dorpse straten en over de gevels van de avondstad; het carillon, waar Ida Gerhardt zo ontroerend over dichtte in de eerste oorlogsjaren; het getik van de haarhamer op de zeis in hetavonduurbij de boerderij; het geluid van schepen over het IJ-water. Ik zou er bladzijden vol over door kunnen schrijven, over het schone harmonieuze geluid, dat bij de sfeer van stads- en dorpsbeeld past, ja, er onlosmakelijk mee verbonden is. Maar daarnaast zijn er zoveel storende, stadsbeeld en landschap bedervende elementen in de geluids sfeer gekomen. En het ligt op de weg van ons, vrien den van de schoonheid en de harmonie, om ook hier waakzaam en werkzaam te wezen. Wie Parijs, wie Italië bezocht om slechts deze twee voorbeelden te noemen weet van het af grijselijke lawaai, juist in deze verrukkelijke dorado's, maar weet ook van de maatregelen in Parijs genomen, maatregelen waartoe ook Italië, mede in het belang van het vreemdelingenverkeer, zich diende aan te gorden, om dit lawaai zoveel mogelijk te beteugelen. Venetië is een paradijs op aarde, alleen al omdat het motorlawaai op straat hier ontbreekt. Onze Hilver- sumse fraaiste winkelstraat, de Kerkstraat, is enige jaren geleden een lustoord van stilte geworden toen het verkeer, behalve van voetgangers natuurlijk, er verboden werd. Zo weinig mogelijk claxongebruik, streng toezien op de naleving van het verbod van open knalpotten, afsluiten van bepaalde straten voor gemotoriseerd verkeer, is noodzakelijk om onnodig lawaai af te schaffen en onvermijdelijk lawaai zoveel mogelijk te dempen. Aan de afsluiting van toeristische rijwielpaden voor bromfietsen dient zeer streng de hand te worden gehouden, opdat er tenminste nog enkele rustige plekjes blijven. Een zeer ernstig euvel is het lawaai uit de lucht, dat overal, ook tot de voorheen rustigste oorden, door dringt en waarvoor men nergens veilig is. Het is eigenlijk wel zeer droevig (ik laat al het principiële en politieke hier allicht geheel buiten beschouwing), dat juist ons dicht bevolkte land standplaats en oefen plaats voor straaljagers en andere vliegtuigen is. In het buitenland hoort en merkt men van dit alles veel minder dan hier. Hoog vliegen, boven het IJssel- meer en weinig bevolkte gebieden vliegen, gebieden waar veel ziekenhuizen en sanatoria zijn als het Gooi, zoveel mogelijk mijden, dient de boodschap te zijn. De omgeving van Soesterberg, Huis ter Heide, etc. is onbewoonbaar. Een sportvliegveld vlakbij een dichte agglomeratie als Hilversum is een onding. Op alle mogelijke manieren dienen wij ons te weer te stellen, hopelijk met volle steun van de overheid, ook tegen deze steeds meer pretenties tonende doods vijand van rust en schoonheid: het lawaai. De woor den van Adama van Scheltema, in zoveel rustiger tijden dan de onze geschreven, zijn daarom nu des te meer geldend: Leer u aan de stilte laven Waar het leven u geleidt Zij is uwe veilige haven Want zij is de grote gave Van de eeuwigheid. Ds. A. L. BROER Met ingang van 1961 traden toe als buitengewoon lid: W. J. G. Aalders, Rotterdam; Mevr. M. M. E. K. gravin van Aldenburg Bentinck, 's-Gravenhage; Heer en Mevr. B. van Alphen-Idzenga, Amsterdam; J. J. Ankerman, 's-Gravenhage; Mevr. C. van den Arend- de Goederen, Heemstede; Mr. J. A. Backer, Voor burg; Arch. en Ing. Bureau arch. A. Bakker en ir. H. G. Bakker, Dordrecht; J. J. Barendse, Haarlem; Ds. W. Barnard, Amsterdam; J. A. J. Becx, Tilburg; Jhr. Mr. E. S. B. Th. Beelaerts van Blokland, Bonn; Jhr. F. W. A. Beelaerts van Blokland, Heemstede; Mevr. J. O. M. Beitjes, Arnhem; C. J. van den Berg, Vught; Drs. F. G. Berkenvelder, Breda; A. den 5

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1961 | | pagina 45