Het verkeersprobleem in Amsterdam III 104 elementen bevatten om de ouderdom van de gehele structuur zichtbaar te maken afb12). Daartoe kan het in een geval als dit zelfs verantwoord zijn om een hiaat te vullen met een elders te slopen gevel; het betreft hier immers huisjes die onderling in vorm en formaat zo sterk verwant zijn {afb. 13), dat men zonder 13 De voor de Vlissingse renaissance typerende accoladebogen boven de vensters en halfcirkelvormige afsluiting van de trapgevels. bezwaar op de plaats waar het ene door omstandig heden is verdwenen, het andere op kan stellen. Al leen door een zodanig netwerk kan men de hoofd ruimten volledig tot hun recht laten komen en de oude stad als een duidelijk geheel in het totale conglome raat, met zijn eigen aantrekkeklijheid ook voor toeristen herkenbaar maken. Van zeer veel belang is ook de architectuur van alle nieuwe bebouwing. Wanneer daarin enerzijds be scheidenheid en anderzijds originaliteit ontbreekt is er weinig kans, dat oud en nieuw samen een interes sant en harmonisch geheel op zullen leveren. In vele oude steden ziet men, dat de nieuwe gebouwen tussen de oude bebouwing te weinig bescheidenheid tonen, maar meestal juist opvallen door opdringerige lelijkheid. Hier in Vlissingen is de nieuwe bebouwing in het oosten en westen van de oude stad bescheiden genoeg, maar het is wel erg moeilijk er enige originaliteit in te vinden. Wanneer het mogelijk blijkt om bij het uitwerken van het saneringsplan met enkele der bovenstaande sug gesties rekening te houden voor wat betreft de oude bebouwing, en wanneer het lukt de gulden middenweg te vinden tussen de bedoelde originaliteit en beschei denheid voor wat betreft de nieuwe bebouwing, dan hebben we hoop dat de toekomstige bezoeker van Vlissingen in deze uit de geschiedenis zo bekende stad inderdaad nog een fraai, historisch gegroeid en levendig centrum zal aantreffen. Ir. C. L. TEMMINCK GROLL Enkele recente berichten geven een aanwijzing dat de reactie van het publiek op de moeilijker wordende situatie in de binnenstad veel soepeler is dan men veelal aanneemt, of uit geschriften als van de heer Drost zou afleiden. Juist deze veronderstelde starheid, tot uiting komend in de bekende leuzen: ,,de automo bilist loopt niet meer dan zóveel meter", „het zaken centrum moet per auto bereikbaar blijven," „het leven mag niet afgesnoerd worden" e.d., ligt ten grondslag aan de vele desastreuze doorbraak- en dempings plannen. Men gaat uit van een vrij willekeurig aange nomen gedragspatroon van „de" automobilist, fietser, winkelier etc. In feite tonen de talloze individuen waaruit deze categorieën bestaan zich veel intelligen ter dan werd verondersteld. Zij passen zich aan, en zoeken nieuwe mogelijkheden, hetzij voor zichzelf, hetzij gezamenlijk. Zo heeft de directie van een niet nader genoemde N.V. aan de Kamer van Koophandel en de gemeentelijke diensten een plan gezonden om de rondvaartboten in te schakelen. Volgens dit plan zouden de „langparkeerders" uit de binnenstad moe ten worden geweerd. Voor hen zou parkeergelegen heid gevonden moeten worden buiten de Singelgracht, op plaatsen aan het water vanwaar de rondvaart boten 's morgens en 's middags tijdens de spitsuren naar de binnenstad heen en weer zouden varen. Nu is het vrij eenvoudig argumenten te vinden om dit plan onuitvoerbaar te verklaren; de bedoelde parkeer terreinen zijn er (nog) niet, en het is de vraag of de rondvaartboten voor het doel geschikt zijn. Het gaat echter minder om een in deze vorm te realiseren plan dan wel om een gedachte, namelijk dat het „lang- parkeren" in de binnenstad weldra verboden zal moe ten worden, dat hiervoor gelegenheid buiten het cen trum dient te zijn, en dat het openbare vervoer nieuwe mogelijkheden moet vinden om in de zo ontstane be hoefte te voorzien. Dat het vervoer te water hierbij weer een rol kan gaan vervullen lijkt geenszins uitge sloten. Het veldwinnen van deze gedachte, juist in de kringen van het Amsterdamse zakenleven, is van het grootste belang. Een tweede bericht ging over de Nieuwendijk, waar de winkeliers zich zorgen maken over de tanende aan- trekkelijkheid van deze winkelstraat. Gezamenlijk hebben zij een plan laten ontwerpen dat beoogt de Nieuwendijk tot een voetgangersstraat te maken zonder trottoir, waaruit dan het autoverkeer wordt geweerd. Ook hiervan kan gezegd worden dat de ge dachte vooralsnog belangrijker is dan de uitwerking. Het betekent immers dat de straat-zonder-auto's door de winkeliers zelf als een begerenswaardige en moderne situatie wordt beschouwd. Het derde bericht betreft een besluit van B. en W. om de Leidsestraat na vol tooiing van de herstelwerkzaamheden voor een proef tijd van drie maanden alleen voor auto's en trams open te stellen maar niet voor fietsen. Het is namelijk gebleken, dat de fietsen zonder veel moeite andere routes gekozen hebben, o.a. over de Spiegelgracht, toen de Leidsestraat werd opengebroken. Jarenlang al had men deze splitsing in verkeerssoorten over wogen, maar terzijde gelegd omdat „de" fietser dit „niet zou nemen". Nu echter de kleine omweg gebrui-

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1960 | | pagina 26