De schoonheid van Enkhuizen 71 Het sobere maar monumentale hoekhuis Janskerkhof i Een vroeg 19e eeuws huis v. Asch v. Wijckskade. Interessante gevels Zuilenstraat. De Gronsvelt Cameren voor de Klaaskerk en een paar charmante oude huisjes van het Bruntenhof. Zwart: Verlies van de beslotenheid van het Dom plein en de Ganzenmarkt, zomede van het typisch stedebouwkundig geheel Ganzenmarkt-Schoutenstraat- Neude. Zwart: Fatale gaten in de wanden van het Dom plein, aan de Nieuwe Gracht (Zuilenstraat, Schalk wijkstraat) en Oude Gracht (L. en K. Smeestraat, Jacobsbrug): Zwart: Verlies van de intimiteit bij de Leeuwen- berchkerk. Wit: Een verkeersverruiming, waarvan men aan- naamt dat zij voor de e.k. 20 jaar ook tot verkeers-. verbetering zal leiden. Hierbij is inderdaad niet veel commentaar meer nodig. Maar de strijd om het plan-Feuchtinger is nog niet ten einde. Krantenberichten hebben gemeld dat duizenden ingezetenen in de laatste dagen voor het sluiten der bezwaarschriften-termijn hun handtekening op een der door het Comité klaargelegde lijsten hebben gezet. Nu wacht Utrecht op de behandeling in de gemeenteraad, die waarschijnlijk in de herfst zal plaatsvinden. Voordien zal Heemschut nog op deze zaak terugkomen. G. B. gemeentebestuur eveneens in goede staat verkeert. Een artikel, dat heet: „Twee pakhuizen", komt voor in het nummer van augustus 1958. Het is romantisch en er zitten onjuistheden in. In de aanhef stuiten we al op onnauwkeurigheden, waar er sprake is van een Buitenhaven (midden in de stad), die „grotendeels" gedempt" moet zijn, en verder wordt er gesproken over de „twee laatste overgebleven pakhuizen". (Men herleze ons artikel, alvorens deze citaten te accepteren. Red.) Welnu, het is mij bekend, dat voor het behoud van deze pakhuizen door het gemeentebestuur reeds stap pen zijn gedaan. Het is heel goed mogelijk, dat deze met succes zullen worden bekroond! Nu we toch bij de pakhuizen zijn aangeland, kunnen we onze aandacht richten op de meer eenvoudige monumenten, voornamelijk woonhuizen, waarvoor vooral de Vereniging Oud-Enkhuizen op de bres staat. Het Departement O.K.W. heeft gezegd, dat deze vereniging een voorbeeld is voor dergelijke vereni gingen in andere steden. Er wordt heel veel gedaan, met weinig geld, en de resultaten zijn in de stad heel duidelijk te constateren. Het is niet overdreven te zeggen, dat het geld, dat via deze vereniging aari de monümenten wordt besteed, op geen enkele andere wijze een beter rendement zou krijgen. Maar dit is niet alles. De nieuwbouw sluit zich in de hoofdstraten heel aardig aan bij de traditionele bouw; men ziet tuitgevels van handvormsteen, die modern en doelmatig zijn en toch iets eigens, iets Enkhuizens hebben! Natuurlijk is dit in de nieuwbouw buiten de stad (plan Noord) in het geheel niet het geval. Er is de laatste tijd in Heemschut nogal eens sprake geweest van Enkhuizen, en niet altijd in gunstige zin. Hierdoor zou de indruk kunnen worden gewekt, dat het met de zorg voor het uiterlijk van de haringstad slecht is gesteld. Deze indruk zou niet juist zijn en daarom is het m.i. nuttig de situatie eens uiteen te zetten. Ik heb de moeite genomen over dit onderwerp te spreken met de Burgemeester, de Directeur van Ge meentewerken en de Secretaris van de Vereniging Oud-Enkhuizen. Duidelijk bleek, dat bij deze invloed rijke mensen de wil prevaleert zoveel culturele schoon heid te behouden als maar mogelijk is. Zeker, de uit 1598 daterende Stadsherberg werd in de loop van 1958 gesloopt. Maar men moet niet denken, dat Enkhuizen „daar geen weet van had". Gedurende een lange reeks van jaren is getracht dit bouwwerk te behouden. Ik heb de verzuchting gehoord: zolang je wat bereiken wilt, is er niemand thuis; maar als je ten einde raad moet gaan slopen, staat het dezelfde avond nog in de krant. Dan is het plotseling nieuws! B. en W., Gemeentewerken en Oud-Enkhuizen hebben gedaan wat mogelijk was om tot een oplossing te komen. Het is niet gelukt. Het zou niet sportief zijn dit de „verliezers" te verwijten. Want zij hebben ook een heleboel goed werk gedaan, dat wèl is geslaagd. Mag ik in dit strijdblad de vreugde volle klanken laten horen? De Drommedaris b.v. zorgt voor deze klanken, in figuurlijke en in letterlijke zin! Zij werd onlangs op luisterrijke wijze gerestaureerd. De monumentale Westerkerk werd in 1955 als vernieuwd opgeleverd; de Zuiderkerk wordt thans onderhanden genomen. De toestand van de andere prominente gebouwen als Stadhuis, Waaggebouw en Koepoortgebouw is zeer bevredigend; er is een geregelde en effectieve controle. De lezer moge beseffen, dat hiermede de zes belang rijkste monumenten zijn genoemd en dat de zevende, de vestinggordel rond de stad, door de zorg van het In het nummer van december 1958 staat een stukje over een „pakhuis", dat geen pakhuis is en dat ge- schikt moet worden gemaakt als „nieuwe woning". Hoe dat moet is onduidelijk. Het zou mooi zijn, als dit huis weer als woonhuis zou kunnen worden gebruikt, zeker. Het gemeentebestuur is ter zake reeds actief!

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1959 | | pagina 23