behoud van de schoonheid is voor een evenwichtig
stedebouwkundige, met een normale dosis respect
voor wat zijn voorgangers deden, geen heksentoer.
De mening van de A.N.W.B.
Ten aanzien van de in het plan voorgestelde ver-
keersverbeteringen, schrijft de A.N.W.B.: „Naar
onze overtuiging heeft de stadskern daaraan geen
behoefte (althans voor wat de voornaamste en
meest ingrijpende betreft) en zij zullen er boven
dien toe leiden, dat deze kern met ongewenst en
onnodig verkeer zal worden belast. Immers ten
aanzien van een dergelijk centrum van zeer be
perkte afmetingen, vormende het hart van een
stad, welke na haar voleindigde groei niet meer dan
80.000 inwoners zal omvatten, kan o.i. worden vol
staan met een „beschermende" binnenring, welke
tevens de mogelijkheid biedt het doorgaande en
het niet voor de kern bestemde verkeer daarlangs
af te leiden.
Deze ringweg, die grotendeels aanwezig is, dient
voltooid en, waar nodig, verbreed te worden.
In de binnenstad zullen voorts bepaalde verkeers-
verbeteringen niet kunnen uitblijven, doch deze
kunnen van beperkte aard zijn en behoeven het
stadsbeeld niet aan te tasten.
Aan een stedebouwkundig plan van zodanige om
vang en van zó verstrekkende aard als het onder
havige, waarvan het verkeersplan in feite de basis
vormt, zal onvermijdelijk een zorgvuldige verkeers-
analyse en een enquête naar herkomst en doel van
het automobielverkeer op de naar Alkmaar toe-
leidende wegen ten grondslag moeten liggen.
Aan de hand daarvan kan een verkeersstromen-
diagram worden opgesteld, dat als uitgangspunt
voor het verkeersplan kan dienen.
Een vermelding van een dergelijk verkeersonderzoek en van
de resultaten daarvan hebben wij in de stukken niet
kunnen vinden.
Niettemin durven wij aldus de A.N.W.B. - ook
zonder deze gegevens, te stellen, dat wij als voor
zieningen voor het verkeer in de binnenstad
ongewenst achten:
1. de doorverbinding van de Friese brug naar de
verkeersweg, welke ontstaat door demping van
het Luttik Oudorp;
2. de onder 1 genoemde verkeersweg;
3. de noord-zuid verbinding via de te dempen
Kaarsemakersgracht, Voordam en Mient en de
te verbreden Huigbrouwerstraat, Hofstraat en
Baangracht mèt dam in de Baansingel;
4. de demping van het Verdronkenoord.
De bovengenoemde dempingen, waardoor het ele
ment water op verschillende plaatsen uit de
binnenstad zal verdwijnen, zullen op definitieve
wijze het stadsbeeld aantasten en dusdanig ver
armen, dat hierdoor het karakter en dus de aan
trekkelijkheid ervan, ook - en niet in de laatste
plaats - voor het toerisme, vrijwel geheel verloren
zal gaan.
Naar onze mening heeft het prijs geven van water
weinig of geen invloed op een „gezonde stads
ontwikkeling" en het „goed functionneren van de
stadskern". Er zijn genoeg voorbeelden van dem
pingen waaruit deze lering kan worden getrokken",
aldus het - laten wij het rustig zeggen - ver
nietigende oordeel van de A.N.W.B. ten aanzien
van de in het saneringsplan vermelde verkeersvoor-
zieningen.
De mening van de Kon. Ned. Oudheidkundige Bond
In een uitvoerig en gedegen adres komt de
K.N.O.B. tot de conclusie: „Het water heeft in
de oude steden nog wel degelijk een functie als
men beseft, dat het recreatieve en esthetische ver
langen van de moderne mens een reële behoefte is,
waarvan de bevrediging de commerciële belangen
in engere zin niet in de weg staat, eerder slechts
stimuleert. Het water is in de stad een element op
zichzelf, dat aan het stadsbeeld een verrijking geeft,
die het op geen enkele andere wijze kan verkrijgen;
een verrijking, die op de achtergrond toch mee
speelt in het verlangen om een bepaalde stad te be
zoeken en die zowel door de winkels en door de be
woners als door de toeristen bewust of onbewust
ondergaan wordt. Door het geheel uitbannen van
dit element in de binnenstad en het ontkennen van
de zin hiervan in de moderne city, betekent dit
plan een grote aanslag op de gezonde ontwikkeling
van de Alkmaarse binnenstad." Ook hier is geen
woord Frans bij.
De mening van Cobouw
Het weekblad Cobouw, Centraal Orgaan voor de
bouwwereld komt in een uitvoerig artikel tot de
conclusie: „Het is te hopen, dat de gemeenteraad
van Alkmaar „vroeder" is dan het college van
B. en W. en het ingediende plan in vijf minuten
verwerpt. Maar wij houden ons hart vast, want B.
en W. zeggen in de toelichting o.a. dat het dempen
van alle grachten een jaarlijkse besparing van
twee en zestig honderd gulden (f 6.200) zal geven".
En het blad gaat verder: „Ons tegenvoorstel is
daarom: sluit - zo nodig! - bepaalde gedeelten van
de oude binnensteden gedurende enkele uren van
de dag voor gemotoriseerd - desnoods voor alle -
86