De molen „de Maagd"
te Hulshorst
Nieuwe leden
Heemschut's Collectebus
82
Men zegt dat ieder volk de regering krijgt die het - als
geheel - verdient. Hetzelfde zou gesteld kunnen wor
den van de omgeving waarin wij leven, van onze
steden en dorpen en van ons landschap. Het heeft
weinig zin de ogen te sluiten voor het feit dat slechts
een minderheid actieve belangstelling koestert voor de
schoonheid, de historie en het karakter van Nederland.
„Heemschut" zal wel nooit de oplage van een groot
dagblad krijgen. Toch kan ook een kleine groep die
zich voor een ideaal inspant veel bereiken. Inspanning
is echter nodig - en geld, telkens opnieuw, nu eens
voor dit, dan weer voor dat.
Willen wij als leden van de Bond Heemschut de voort
woekerende ontluistering van ons land op zoveel moge
lijk punten stuiten, dan is het tijdig betalen van de con
tributie niet genoeg. Uiteraard kunnen niet alle leden
aan alle inzamelingen bijdragen. Maarhetzou toch mo
gelijk zijn dat de lezers van dit blad, naast de bescheiden
contributie van onze Bond, zo nu en dan een steuntje
gaven aan een afzonderlijk object dat hun belang
stelling heeft. In het vorige nummer rammelden wij
met de collectebus voor de St. Maartenskerk in Tiel.
Dit keer is het de Molen „De Maagd" te Hulshorst^
waarvoor men een bijdrage storten kan op giro
901 304, ten name van P. Boddingius te Hierden, onder
vermelding „Molen de Maagd".
Ter herinnering: van de ruim 10.000 molens die eens
ons land sierden, zijn er nog ca. 980 over. Al doen de
souvenierswinkels hun best ons het verschijnsel
„molen" antipathiek te maken, toch weet iedere reizi
ger door Nederland welke een prachtig element de
molens in het landschap vormen. De weinige overge
bleven molens kunnen niet worden gemist, „de Maagd"
Molen ,,de Hoop", Harderwijk.
van Hulshorst zeker niet. Deze molen staat voor de
bekende tweesprong: sloping of restauratie. Voor dit
laatste is een bedrag van f 12.000 nodig. Lukt het deze
som bijeen te brengen dan wordt tevens de omgeving
wat opgeknapt, o.a. door verwijdering van de plaat
ijzeren loods die op de plaat is te zien.
Wie helpt de Maagd van Hulshorst
Als gewoon lid traden toe:
Het Gemeentebestuur van Swalmen (per 1-1 '59)
„De Groot-Noordhollandsche van 1845"
Algemeene Friesche Levensverzekering-maatschappij.
Het Nederlands Cultuurhistorisch Instituut aan de
Universiteit van Pretoria.
Als buitengewoon lid traden toe:
M. W. N. Cobben, Sittard; Charles H. B. Estourgie,
arch. Nijmegen (per 1-1 '59); Mevrouw E. J. Groen-
man-Gratama, 's-Gravenhage; Ir. T. van Hoogevest,
Amersfoort; L. H. A. de Jonge, arch. Zieriksee; (per
1-1 '59); Mevrouw E. van der Maesen, Zeist; Pieter
Out, Zaandijk; Baronesse E. Prisse-Bsse van Lynden,
Ulvenhout (N. Br.); Jan Roseboom, Nederhemert
(N. Br.); C. L. Spits, Nieuwer-Amstel; Mevrouw
I. Truijen-Timmermans, Baarlo (L.); Dr. D. Twiss,
Baltimore.
Vervolg van blz. 81
lichtgeschilderde kozijnen en klauwstukken een rhytmisch
spel tegen de ten dele donker geoliede baksteenvlakken, en
het is opnieuw een feest om er naar te kijken.
De vijf huizen worden goed bewoond. Er zijn de laatste tijd
een paar jonge gezinnen bijgekomendie er kennelijk plezier
in hebben. Er wordt geschilderd en gerepareerd.
Nu spelen de kinderen op de stoepen, op en af en tussen de
hekjes door.
Wij moeten als Heemschutters soms fel zijn, meer dan ons
lief is. Het waarom zie ik voor me. G. B.