De commissie heeft o.m. de quaestie van de aan
leg van een rijwielpad door het landgoed Duiven
voorde in studie. Overleg hierover met het dage
lijkse bestuur is gaande.
Ook deze commissie bereidt een excursie voor de
leden in Zuid-Holland voor in het a.s. najaar.
De commissie Noord-Brabant werd uitgebreid
door toetreden van het Algemeen Bestuurslid de
heer Van Vlijmen.
De commissie adviseerde ten aanzien van de dem
pingsplannen van de haven te Breda en de sane
ring van het marktpleintje te Oost-West- en
Middelbeers.
De commissie was vertegenwoordigd bij de be
sprekingen over de sanerings- en uitbreidingsplan
nen van de vestingsteden Woudrichem en Heusden.
Tot de commissie Limburg trad als lid toe Mr. J.
Landheer te Geleen. De commissie had een
werkzaam aandeel in de voorbereiding en leiding
van de Heemschutdag in september te Maastricht,
Prof. Timmers hield een inleiding en leidde de
leden langs de Maastrichtse monumenten.
De wnd. Secretaris van de Centrale
Commissie
C. Boschma
A. Pomes
NOODKREET UIT OMMEN
In haar zitting van 31 maart jl. heeft de Ommer
gemeenteraad o.a. het uitbreidingsplan Zuid aan
genomen, waarin de bestemming in onderdelen
is geregeld van het bosgebied rondom de Wolfskuil.
Dit gebied ligt ten Zuiden van de spoorlijn Zwolle-
Mariënberg tussen de weg Ommen-Den Ham en
het Onderland van de Regge. Het terrein bestaat
voor een groot deel uit rivierduintjes, die opge
worpen zijn ten tijde, dat de Regge nog in haar
oude bedding stroomde, waarvan nu nog een
dode tak over is.
Het belaagde bos zelf bevat goed onderhouden
gemengd hout met veel Amerikaanse eik en krent
langs de wegen.,;Door de bijzondere formatie van
het terrein met een diep gat - de z.g. Wolfskuil -
in het duingebied en de dode tak van de Regge
is het Wolfskuilbos een stuk natuurschoon, zoals
weinig gevonden wordt in ons land. Daarbij komt,
dat het met twee wegen in verbinding staat met
het gemeentelijke landgoed Het Laer, zodat het
ideaal is voor korte en lange wandelingen, vooral
voor oudere rustzoekenden.
Na de oorlog heeft de gemeente Ommen zich in
verband met het vele natuurschoon, zoals de
Lemeler-, Archemer- en Besthmenerberg, de Eer
der bossen met de meestjes en het Laerbos met het
aansluitende Wolfskuilbos ontwikkeld als recreatie
centrum, waar de industrie veelal geweerd is.
Door het uitbreidingsplan-Zuid wordt een bres
geslagen in één van de mooiste delen van het
Wolfskuilbos. Men vraagt zich verbaasd af, of de
gemeenteraad zich niet gerealiseerd heeft, welke
aderlating het natuurschoon in de gemeente Om
men ondergaat, wanneer het plan uitgevoerd
wordt.
Het gemeentebestuur van Ommen heeft tot circa
1952 begrepen, dat het behoud van natuurschoon
een levensbelang is, niet alleen voor Ommen
zelf, maar vooral ook voor de duizenden bewoners
van de randstad Holland, die er 's zomers nieuwe
kracht komen opdoen. Zo steeg het aantal over
nachtingen in pensions, kampeercentra, enz. in
de gemeente van 78.000 in 1952 tot 112.000 in
1956. Over 1957 zijn nog geen cijfers bekend. Het
aantal zomergasten is vooral in de eerste week
van augustus - zo groot, dat men als Ommer blij
is 's dinsdagmorgens op de markt ook nog een
bekend Ommer gezicht te zien.
Wilde men een huis in het Ommer natuurreser
vaat bouwen, dan was tot 1952 een terrein van
1 ha nodig. Dit is al gedaald tot 0,5 ha en men
verwacht in het Wolfskuilbos circa 40 woningen
en een B.L.O.-school te kunnen bouwen. Vindt
dit plaats, dan is het met de rust in het bos gedaan.
Voor de vele zomergasten, die de randstad Hol
land ontvluchten om in Ommen bij te komen,
is de rust in de bossen één van de grote deugden
hier. Zó groot is de behoefte aan rust in de grote
steden, dat de Franse schrijver Georges Duhamel
reeds in 1931 in z'n boek „Querelles de Familie"
een pleidooi hield voor een „Pare National du
Silence" in Frankrijk. Hiet in het Wolfskuilbos
heeft men vaak het gevoel in een dergelijk park
te leven!
Tot zover is alleen nog maar voor het behoud van
natuurschoon gepleit, maar er is nog een andere
reden, waarom verdere bebouwing van het Wolfs
kuilcomplex uit den boze is. De eigenaar van 27 ha
van het geheel, Jhr. O. Repelaer van Molenaars
graaf, heeft dit terrein indertijd aangekocht als
49