TON KOOT EEN WAARSCHUWING TEGEN DE VERKEERSCHAOS Wie het beleid van de Bond Heemschut geregeld heeft gevolgd, weet, hoe de Bond bij voortduring heeft gewaarschuwd tegen de ongebreidelde toe neming van het verkeer in de kernen onzer oude steden. De lengte en de zwaarte van het vracht vervoer, de onheilspellende toeneming van het vervoer in privé-auto's, zij waren herhaaldelijk onderwerp van critiek in adressen gericht tot de overheid, in jaarverslagen en artikelen in Heem schut. Op de Heemschutdag te Dordrecht in 1949 zei voorzitter Dr. J. A. Bierens de Haan grimmig in zijn openingsrede: „Overal dreigt onze gevaar lijke vijand, de afgod verkeer, inbreuk te maken op de oude schoonheid van stad en land, ter wijl zijn dommelende helper, de onverschilligheid tegenover het schone, hem daarbij gewillig de hand reikt. Tegen de eerste moet de voet dwars gezet worden; de tweede moet dooreengeschud en wakker gemaakt worden." In zijn. herdenkingsrede bij het 40 jarige bestaan van de Bond Heemschut op 2 februari 1951 sprak dezelfde voorzitter verwijtend de thans welhaast gevleugelde woorden uit: „Laat men zich niet wat al te gemakkelijk intimideren door het brute geweld van de moderne gemechaniseerde masto donten en dinosauriërs, die door onze straten denderen? Is het werkelijk nodig dat men oude huizen gaat afbreken, omdat de steeds groter en onhandelbaar wordende vrachtauto's niet meer in staat zijn hun draai door de daarop nooit be rekende nauwe straten onzer oude steden te nemen? Is er niet genoeg stads- en landsschoon geofferd aan het verkeer, en wordt het niet tijd de zaak eens om te keren en het verkeer te bedui den zijn buitensporige eisen wat te matigen ten behoeve van een stedeschoon, dat in het menselijk leven een hogere plaats inneemt of althans in te nemen behoort dan wat slechts een middel is om de verplaatsing van de mens en zijn produkten te versnellen?" In het licht van dit standpunt wijzen wij onze lezers en medestanders op een bericht in het Algemeen Handelsblad van 3 de cember 1957, waarin de aandacht wordt geves tigd op een pleit voor beter openbaar vervoer in de steden en wel van zeer onverwachte zijde. Dit bericht luidt: Pleit voor beter openbaar vervoer in de steden „Het gebruik van privé auto's in de stedelijke centra is in zijn tegenwoordige omvang een luxe, die geen enkele stad ongelimiteerd zal kunnen toelaten, vooral voor het gebruik voor het gaan van huis naar de plaats van het werk. Hierover zijn de leden van een commissie, ingesteld door de Union Internationale des Transports Publics (U.I.T.P.), na de verkeerstoestanden in verschil lende landen te hebben onderzocht, het wel eens geworden. De bevindingen van de commissie zijn neergelegd in een fraaie met foto's en statistieken verluchte brochure onder de titel „Het is hoog tijd een eind OP HEEMWACHT te maken aan de verkeerschaos." De commissie komt tot de con clusie, dat het de openbare ver voermiddelen zijn, die de grote stad met haar centrum hebben mogelijk gemaakt en dat het nu de particuliere vervoermiddelen zijn, die dreigen het verkeer tot stilstand te brengén. Het centrum met zijn bedrijvigheid, de centrale zenuw van het culturele en economische leven van de grote stad, moet bewaard blijven. Voorwaarde ervoor is de normale functionering van het verkeer. Men moet komen tot een vermindering van het aantal auto's in het centrum van de stad. Het openbare trans port-apparaat moet worden gemoderniseerd en gerationaliseerd. De toekomstige investeringen voor het verkeer zullen van een veel grotere orde zijn, dan tot nu toe en zij moeten absolute priori teit hebben. Men moet bij voorkeur parkeerterreinen aanleg gen buiten het stadscentrum (voor het parkeren van korte duur) of aan de periferie (voor het parkeren van lange duur) en tegelijkertijd zorgen voor snelle en frequente openbare vervoerverbin- dingen van de parkeerterreinen naar het centrum. Daarom moeten de stedelijke autowegen niet tot het stadscentrum toe doorlopen, maar aan de periferie eindigen of als raaklijnen om de periferie heengeleid worden. Men moet de grootste voor zichtigheid in acht nemen bij het toestaan van de bouw van grote gebouwen in het centrum. Deze scheppen verkeei en dragen er in grote mate toe bij de verkeerscongesties te vergroten. Het openbaar vervoer moet van het individuele vervoer worden gescheiden door afzonderlijke rij- 21

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1958 | | pagina 9