welke wij voor het aanzien en het karakter van de binnenstad rampzalig achten. Daar Invaller blijkbaar uitging van de onjuiste veronderstelling, dat Heemschut elke autotunnel onder het Y afwijst, begrijpen wij zijn conclusie, hoe weinig vleiend die ook is. Wat wij niet begrijpen is, dat hij langs de kern van ons artikel heen ging, deze zelfs, hoewel hoofdzaak, geheel onbesproken liet. Dat betreft de ligging van de Y-tunnel als autotunnel (alweer volgens het tunnelplan 5) welke op het hart van de stad is gericht, daarop zijn verkeer zal uitstorten en daaruit aanzuigen. De binnenstad is op de verschillende spitsuren a.1 overbelast, zodat een. verstandige beperking van het verkeer daar onafwendbaar is. Het on nodige verkeer zou er uit moeten, het overige verkeer zal gespreid en verstandig geleid moeten worden. Ook de openbare middelen van vervoer verdienen opnieuw uit dit gezichtspunt bekeken te worden, eventueel met goede gebruikmaking van het waterverkeer, waarvoor Amsterdam zich zo bij uitstek leent. Een Y-tunnel gericht op de binnenstad kan de verkeerschaos slechts vergroten. Dat neemt niet weg, dat een of meer verkeerstunnels onder het Y op andere plaatsen, zoals de Coentunnel, niet anders dan onze grote instemming kunnen hebben. Het gebruik van de Y-tunnel ten behoeve van wielrijders en voetgangers zouden wij volkomen aan vaardbaar willen achten, omdat daarvoor rede lijke argumenten zijn aan te voeren en de binnen stad niet zodanig ontwricht zal worden als door een Y-tunnel voor autoverkeer op deze plaats het geval zal zijn. Om dat te beseffen is niet veel visie nodig, wel wat gezond verstand. De rampzalige consequentie van een Y-tunnel voor het autoverkeer volgens tunnelplan 5 is de vernietiging van een deel van de binnenstad en een toespitsing van de verkeersonveiligheid. Om dat wij menen, dat een betere oplossing mogelijk is, achten wij deze waarschuwing, nu er stagnatie in het werk is gekomen, alsnog gerechtvaardigd. De Oude Stadsherberg 'in Enkhuizen De Oude Stadshèrberg op het Eiland te Enkhuizen, die in 1598 van stadswege werd gebouwd, wordt gesloopt. Zij heeft de Nieuwe Stadsherberg over leefd. De herberg rustig en prettig van verhouding zoals men dat kent van zovele oude gebouwen, lag aan de voet van het dijkje, dat naar de sluis loopt. Merkwaardig was, dat de vloer in de gelag kamer zo hoog lag, dat men van daar met één blik de haven en een deel van het Krabbersgat kon overzien. Een schilderachtig stuk Enkhuizen is 23 Singel Amsterdam 1958. Foto Ton Koot

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1958 | | pagina 11