richting van de Vereniging getroffen en werkt nog altijd volkomen bevredigend. In het verleden is wel eens gepoogd om in bepaalde gevallen de makelaar uit te schakelen en de huur ders het door hen verschuldigde bedrag direct aan de penningmeester te doen overmaken. Deze op lossing, hoe schijnbaar aantrekkelijk, ook door haar eenvoud, heeft niet voldaan. Een voldoende con trole op het regelmatig betalen van het verschuldig de ontbrak. Het leidde ook tot het doen uitvoeren van onderhoudswerkjes in opdracht van de huur der maar voor rekening van de Vereniging. Het zijn de met de administratie belaste plaatselijke makelaars tot wie de huurders zich in eerste in stantie kunnen wenden voor normale onderhouds werken waaronder bijv. te verstaan kleine ge breken aan de sanitaire inrichtingen, daklekkages e.d. Betreft het onderhoudswerk van meer impor tantie, dan wendt de plaatselijke makelaar zich tot de adviseur en vraagt diens goedkeuring. Eventueel neemt deze het werk ter plaatse op, laat het op eigen gezag uitvoeren of in de gevallen waarin er aanmerkelijke kosten aan zijn verbonden of andere omstandigheden het gewenst maken legt deze de zaak met zijn advies aan het dagelijks bestuur voor. Er is in de loop der jaren wel eens gepoogd om de zelfstandige beslissingen van de makelaar en de adviseurs aan bepaalde bedragen te binden maar deze maatregel bleek, bij de grote verschillen in de gevallen en omstandigheden, niet het effect te sorteren, dat men er zich van had voorgesteld. In de administratie van hen, die zich in vroeger jaren bezig hielden met het verhuren van woningen en dus ook in die van onze Vereniging, kwamen steeds een tweetal posten voor, die thans vrijwel ontbreken nl. die van wanbetaling en ledig staan. Wanbetaling was niet steeds een gevolg van onwil, eerder moest zij worden geweten aan onvoorzichtig opgestelde huishoudelijk-finantiële schema's waar in voor ziekte of ongevallen geen post was uitge trokken. Deden die zich desniettemin wél voor dan was de „huisbaas" het kind van de rekening. Die was immers toch „kapitalist" en kon het verlies wel lijden. Thans is het zó, dat weliswaar de huurder door wetten van overheidswege wordt beschermd maar hij weet, dat die bescherming een einde neemt, wanneer hij zijn finantiële verplichtingen verzaakt. Ook weet hij, hoe moeilijk het is om, wordt de huur hem opgezegd, een andere woning te vinden en dit maakt hem wel wat voorzichtiger de huurbetaling te laten stagneren. De woningmarkt wordt aangenomen normaal te zijn, wanneer 3 tot 5 van alle woningen ledig staat en het ziet er naar uit, dat dit in vele jaren nog niet het geval zal zijn. De beperkte woningmarkt werkt intussen ook wel stagnerend op het werk van de Vereniging. Meer malen toch koopt zij huizep die weliswaar belang rijk zijn uit cultuur-historisch oogpunt maar die lange jaren gespeend zijn- gebleven van het 12

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1958 | | pagina 20