11! M
grote inhoud wordt verkregen. De indeling is ge
heel aangepast aan de mogelijkheden van het ge
bouw, immers de grootste hoogte onder de nok
wordt gebruikt voor het bergen van hooi en granen,
terwijl onder de lagere gedeelten van het scheve
dak te stallen, de inrit en desgewenst dé woning
worden ondergebracht. Onderdelen die ook min
der hoogte behoeven. Deze vorm betekende een zo
•grote verbetering, vergeleken bij de oude lang-
huizen, dat binnen enkele eeuwen alle boerderijen
in het betreffende gebied werden omgezet in de
vorm van de grote schuur.
De boerderij van de friese vorm komt voor in het
noorden van ons land. In Noordholland be
noorden het IJ, in Friesland en in Groningen. Het
uiterlijk loopt in de drie gewesten nogal uiteen.
Noordholland kent de stolp, waarbij het dak in een
1 punt uitloopt, of wel een kortere of langere nok
j heeft. De woning is met de andere bedrijfsruimten
onder één dak gebracht. Ook treffen we er het,
loodrecht op de nok van de schuur geplaatste, uit
gebouwde voorend aan. Het heeft een opgaande
voorgevel, waarvan het gedeelte boven de kamer
op de begane grond van hout is, bekroond met
een makelaar. Als uitbreiding van de koestal komt
in later tijd de op ongeveer gelijke wijze uitge
voerde staart voor.
In Friesland met in doorsnede grotere gebouwen,
vinden we drie hoofdvormen. De stelp, evenals de
noordhollandse stolp, met alle woon- en bedrijfs
ruimten onder één dak, doch met een langere nok;
29
GESLOTEN BOUW
MET
UITGEBOUWDE WONING
Voor de grotere bedrijven
kan de
uitgebouwde woning
worden toegepast.
Schuur met langsdeel en
middentas.
lvv.CC
"%'ÜSIII
11 -11
Friese kop-ha)s-romp.
Zeeuwse verspreide bouworde.
Rivierendwarshuis.