culaire is die van Den Bosch in 1629 geweest. Voor het nageslacht is het interessant dat men ter plaatse nog heel goed kan zien hoe de stadhouder met zijn getrainde corps officieren-ingenieurs te werk is ge gaan. Als zijn hoofdkwartier koos de prins het (nog bestaande) kasteel Maurick te Vught, gelegen op het hoge, droge zand, met een ruim uitzicht op de belaagde vesting. Verder naar het westen, ook op het zand, werd de ruiterij gelegerd. De Ko ning van Boheme (de zogenaamde „Winterko ning", die als balling in ons land leefde) betrok het huis Oud Herlaar toen hij, als de voornaamste vreemdeling, het wonderwerk van het beleg kwam bezichtigen. Ook de Prinses van Oranje, Amalia van Solms, is met haar gevolg komen kijken en zij maakte de uittocht van de Spaanse bezetting na de overgave van de stad mee. Tussen Vught en Den Bosch, alsmede verder rondom de stad, waren allerlei militaire werken aangelegd, zowel van Staatse als van Spaanse zijde. Wanneer men met oude afbeeldingen en kaarten van het beleg in de hand in het lage land om 's-Hertogenbosch rondwandelt, is het niet moeilijk nog verschillende sporen te vinden van de op last van Frederik Hendrik gegraven sloten en opgewor pen wallen. Maar wat de historicus van heden vooral treft is het algemene aspect dat het terrein hier biedt: het wijde, drassige land, waaruit Den Bosch oprijst en waarvan Vught de afsluiting aan de zuidkant vormt; het ligt daar in grote lijnen nog precies zoals ten tijde van de belegering. Nog steeds kan men op dezelfde plekken, waar eens Frederik Hendrik en zijn officieren stonden, de stad beschouwen, schier onbereikbaar (op de ene moderne verkeersweg na, die in het landschap niet al te zeer stoort) als zij daar ligt. Alle moeilijk heden die de aanslag opleverde, maar ook de mogelijkheden: het onder water zetten van het land door het afdammen van de Dommel, zijn er nog aan de bodem „af te lezen". Het is een van de meest authentieke, instructieve en volledige „mo numenten van geschiedenis" die Nederland uit onze grote Vrijheidsstrijd bezit. Naast de natuur wetenschappelijke en de aesthetische betekenis een klemmende reden dat het Bossche Broek gespaard blijve! Ds. A. L. B roer RUST IN STAD EN LANDSCHAP Een van de allerbelangrijkste elementen in de schoonheid van stad en landschap is de stilte, de rust. Rust niet alleen als harmonie van tinten, kleuren, schakeringen, lijnen en vormen. Rust ook in de zin van afwezigheid van hinderlijke geluiden. Hinderlijke geluiden. Want ja, volstrekt niet alle geluid is hinderlijk. Er zijn klanken, af en toe op klinkend, die de stilte niet storen maar juist accen tueren, verdiepen. Het gekwaak van eenden in een poldersloot; Gezelle's „ruisen van het ranke riet"; de kievitsroep over de voorjaarsvelden; klokgelui over de dorpse straten, over de gevels van de avondstad; het carillon, waar Ida Gerhardt zo ontroerend over dichtte in de eerste oorlogs jaren; het getik van de haarhamer op de zeis in het avonduur bij de boerderij; het geluid van schepen over het IJ-water. Ik zou er bladzijden vol over door kunnen schrijven, over het schone harmonieuze geluid, dat bij de sfeer van stads en dorpsbeeld, van nauwe straatjes, ruime pleinen, wijd veld en breed water past, ja, er onlosmakelijk mee verbonden is. Maar daarnaast zijn er zoveel hinderlijke, storende, stadsbeeld en landschap bedervende elementen, op allerlei gebied, waar ook in de geluidssfeer, gekomen. En het ligt volkomen op de weg van ons, vrienden en beschermers van de schoonheid en de harmonie van stad en land, om ook hier waakzaam en werkzaam te wezen, te worden en te blijven. Wie Parijs, wie Italië bezocht - om slechts deze twee voorbeelden, schoonste plekken stellig mede op aarde, te noemen - weet van het afgrijselijke lawaai, juist in deze verrukkelijke dorado's dezer wereld. Weet ook van de maatregelen in Parijs genomen, maatregelen waartoe ook Italië, mede in het belang van het vreemdelingenverkeer, zich diende aan te gorden, om dit lawaai zoveel moge lijk te beteugelen. Venetië is een paradijs op aarde, alleen al omdat het. motorlawaai op straat hier ontbreekt. Onze Hilversumse fraaiste winkelstraat, de Kerkstraat, is sinds enige maanden een lustoord van stilte geworden, sinds het verkeer, behalve van voetgangers natuurlijk, er verboden is. Zo weinig mogelijk claxongebruik, streng toezien op de naleving van het verbod van open knalpotten, afsluiten van bepaalde straten voor gemotoriseerd verkeer, is noodzakelijk naast alles wat verder redelijkerwijs uitgedacht kan worden om onnodig lawaai af te schaffen en nodig onvermijdelijk lawaai zoveel mogelijk af te dempen en te beper ken. Aan de afsluiting van toeristische rijwiel paden voor bromfietsen dient zeer streng de hand 25

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1956 | | pagina 13