zoals op het Muntplein, of waar de voetganger bijzondere haast heeft, zoals op 't Stationsplein. 19. Tunnels voor fietsers vragen flauwe hellingen voor uit- en inritten; deze eisen daardoor grote lengten, welke juist in de binnenstad niet be schikbaar gesteld kunnen worden. Bovendien kunnen zij alleen doelmatig zijn op plaatsen, waar het fietsverkeer gescheiden kan worden van het overige rijverkeer. Een toepassing in de binnenstad.is daarom niet mogelijk. 20. Een van de ernstige belemmeringen voor het verkeer zijn de parkerende auto's. Wij gaven reeds als onze mening te kennen, dat een af doende oplossing voor dit probleem niet moge lijk is. 21. Het vormen van parkeerruimten, door een aantal bouwblokken in het hart van de stad te slopen en grachten te dempen, is geen wer kelijke oplossing. Het effect zou slechts een uitstel zijn van de parkeernood. Demping of overkluizing van grachten, dan wel het maken van grote open ruimten tussen de bebouwing is bovendien, behoudens wellicht een enkele uitzondering ,met het oog op het karakter van het stadsbeeld niet aanvaardbaar. De oplos sing zal gezocht moeten worden in de richting van limitering van de parkeerduur, doelmati ger gebruik van de aanwezige ruimte en het scheppen van parkeerruimte aan de rand van de binnenstad, waarbij met name aan par keergarages wordt gedacht. De verschillende aspecten van de parkeergarages, hetzij boven-, hetzij ondergronds, die in Europa nog maar sporadisch voorkomen, zijn in studie. 22. Met betrekking tot de schoonheid en het ka rakter van de binnenstad zal het beleid ge richt moeten worden op het, zoveel als enigs zins mogelijk is, behouden van dit waarde volle bezit. 23. Voor zover het de openbare gebouwen en de openbare weg betreft, dient de Gemeente zich door bovenstaande richtlijnen te laten leiden. Wij achten de bomen, met name langs de grachten, van bijzonder belang, aangezien zij een essentieel element in het Amsterdamse stadsbeeld vormen. 24. Ten aanzien van de particuliere eigendommen kunnen door het hanteren van de welstands bepaling van de Bouwverordening inbreuken op de schoonheid van de binnenstad bij het bouwen of verbouwen worden geweerd. Voorts kan door toepassing van het sloop- verbod in de bouwverordening worden voor- vullende functie. Voor de huidige en toekomstige ver keer sverhoudingen betekent dit stelsel dat men van alle kanten brede toegangen opent naar een klein stadsgebied, waar geen plaats is om deze toevloed te verwerken, noch om te rijden, noch om te parkeren. Dat een dergelijk streven thans absurd zou zijn be hoeft geen betoog. 21. Te hopen is, dat dit stadium spoedig zal worden gevolgd door daadwerkelijke bouw van parkeergarages langs de dubbele buitenring; het betreft hier een urgente voorziening! 22. Uiteraard onderschrijven onze besturen deze doelstelling tenvolle. Gaarne zouden wij echter aan hetbehouden willen toevoegen: „herstellen en vernieuwen opdat dit waardevolle bezit weer tot gelding kan komen in een levende bij zijn aard passende functie" 24. Het is te hopen dat deze mogelijkheden gehanteerd Zullen worden ten aanzien van verschillende projecten van grote bedrijfsgebouwen die de laatste jaren de be- volking in beroering hebben gebracht. Dit sloopverbod wordt helaas veel te weinig gehan- 75 Moderne schortjes-architectuur. Dit huis in de Nwe. Amstelstraat, traditioneel geconstrueerd met dragende zijmuren en houten balklagen wekt in zijn voorgevel de schijn van een betonskelet, zulks op verzoek der commissie voor de oude stad die ook op deze wijze de binnenstad een „eigentijds" gezicht opdringt. foto W. M. Zilver llupe

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1955 | | pagina 31